In deze maandelijkse column laat Dick van der Heijde z’n gedachten gaan over symfo en de rol die muziek speelt in z’n leven. Dick is geheel verlamd, kan niet praten, communiceert letter voor letter met z’n ogen maar bovenal is hij, zoals hij zelf zegt, al een kwart eeuw helemaal kierewiet van het genre.

Sinds september 2003 logeer ik vaak van zaterdag op zondag in de “Ganzeveste” te Goes. Dat is een verblijf voor mensen met een lichamelijke handicap. Tussen de vaste bewoners probeer ik er mijn draai te vinden, want de twaalf jaar dat Diana me al verzorgt beginnen zo langzamerhand hun tol te eisen. Terwijl Diana en Owen op pad gaan om zich te amuseren zit ik daar in mijn ‘Sporthuis Centrum’ kamer samen met m’n gettoblaster en een zevental zorgvuldig uitgezochte cd’s. De Progwereld vaart er wel bij want samen met mijn ouders, die altijd langs komen, heb ik daar al menig alinea voor een recensie of column geschreven. Ook heb ik een zee aan tijd om over de inhoud ervan na te denken. Ondanks dat ik het personeel en de bewoners er erg aardig vind, ben ik altijd blij weer thuis te zijn en wil dan ook minimaal één weekend per maand thuis blijven. Er is altijd wel een goede reden voorhanden. Als het Nederlands elftal moet voetballen: ik blijf thuis. Als Owen jarig is: ik blijf thuis. Roel in de finale: ik blijf thuis. Pasen: ik blijf thuis.

Er is één datum waar ik driehonderdduizend maal dubbel en dwars naar uitgekeken heb, een datum die dik omrand met een rode stift op de kalender stond geschreven:

Zaterdag 20 maart 2004
Vergadering Progwereld
Aanvang: 15.00 uur.
Locatie: bij Dick thuis

Dat hadden we al afgesproken tijdens de vorige halfjaarlijkse vergadering die we in het theater van Erik Groeneweg hielden. Het was destijds een zeer geslaagde middag geweest waarbij ik het gevoel had iedereen al jaren te kennen terwijl ik de heren collega’s toen pas voor het eerst zag. Dat kwam natuurlijk door de teamgeestversterkende e-mailgroep waardoor we dagelijks met elkaar in contact staan. Dagen erna moest een ieder toch even kwijt hoe leuk het was geweest.
Diana had voorgesteld om de volgende vergadering bij ons thuis te houden en iedereen vond dat prima. Ze vond het maar niks om met ons oude brikkie het land in te gaan en ik zag het helemaal zitten om mijn nieuwe vrienden naar het Zeeuwse te halen. De verwachtingen voor de volgende vergadering waren dan ook hoog gespannen.

We prikten een datum en ik stelde iedereen een jikkemiene in het vooruitzicht, ervan uitgaand dat toch niemand het Zeeuwse woord voor de onvervalst Zeeuwse lekkernij, de bolus, zou kennen. Uit één reactie (ik noem geen namen) bleek dat ook: ‘Doe die van mij maar met uitjes’. De voorbereidingen waren in volle gang. Erik gaf aan dat hij niet kon komen die dag, Maarten mailde de agendapunten door, mijn ouders brachten extra stoeltjes, extra borden en extra bestek, Markwin zag in mij de ideale notulist, Diana kocht een paar flessen frisdrank en mijn moeder stofte het cd-rek nog even af en zette alle schuingevallen cd’s weer netjes rechtop. Het spul kon komen.

20 maart 2004.

Eindelijk was de grote dag daar. Met een goed gevoel werd ik die ochtend uit bed gehaald onder de tonen van het Duitse Grobschnitt. Eenmaal in de woonkamer dook ik zoals altijd direct achter de computer om de zinnen die ik die nacht in m’n kop had gestampt toe te voegen aan de recensie die ik aan het schrijven was. Op dat moment was ik bezig met “Présages” van Nemo. En ik wilde graag als de jongens er waren, een bepaald nummer laten horen, maar ja dat duurde nog een paar uur. Ondertussen letterde ik me te pletter, de tijd vloog om. Diana plakte m’n zinnen in het juiste worddocument en las het aan me voor. ‘Weer een alinea erbij’ ,dacht ik, ‘op naar de volgende’. Ik had aan Maarten gevraagd een apart agendapunt te wijden aan een korte demonstratie van mijn zeer bijzondere communicatieprogramma wat ongetwijfeld een ieder zou interesseren.

Diana draaide m’n stoel, zei dat ze Owen naar z’n vriendje ging brengen en vroeg welke cd ze voor me kon opzetten. Daar had ik al een week over nagedacht. Het was weliswaar nog maar halftwee, maar je weet maar nooit. “Pray For Rain” van Atlantis leek me de ideale cd, temeer omdat het bij de meesten vrij onbekend zou zijn, maar vooral natuurlijk omdat het zo’n lekker schijfje is.

Toen Diana weer thuis was en de nummers van Atlantis voor de tweede keer uit de boxen tetterden, parkeerden er een paar onbekende auto’s op het pleintje voor ons huis. Omdat ik het niet goed kon zien, noemde Diana de namen op van de uitstappers. ‘Daar is Maarten en daar is Markwin en Joost en Rob en euh dat moeten Corné en Ruud zijn.’ Zo te horen waren de wijzen uit het oosten nog onderweg. Maarten had direct de mededeling dat Christian ziek had afgebeld. Dat vond ik erg jammer want Christian heeft altijd een uitgesproken mening en die zou de vergadering ten goede kunnen komen.

Erwin, Frans en Maarten

Inmiddels waren ook Erwin en nieuwkomer Frans gearriveerd. Maarten deelde promo-cd’s uit. De sfeer was direct erg goed. Ik moest er aan denken hoe het zou zijn om met deze jongens honderd dagen in het Big Brother huis te zitten.

Geanimeerd werden alle onderdelen van de site besproken waarbij het opviel dat iedereen zo goed z’n zegje kon doen zonder dat er door elkaar heen gekakeld werd. Tijdens de gesprekken vlogen de kwinkslagen door de lucht en ik moest spijtig genoeg weer constateren dat een carrière als standup-comedian voor mij niet is weggelegd. Een belangrijk agendapunt betrof de nieuwe site. Er was een geheel nieuwe lay-out gemaakt en daar konden we stuk voor stuk onze mening over kwijt. Frans had een hele waslijst met opmerkingen en als Maarten hem niet had afgeremd waren we nu nog bezig geweest vrees ik. Het ging allemaal heel erg gemoedelijk.

Corne en Joost

We hielden even een pauze en dus tijd voor de kneuzenbeurs. Ik had reikhalzend uitgekeken naar dit fenomeen waar we elkaar een plezier deden door cd’s weg te geven uit de onderste regionen van onze kast, cd’s waar we inmiddels de remaster al van hadden gekocht, matige promo’s of gewoon cd’s die we beu waren. Het was opzienbarend hoeveel exemplaren er over tafel gingen. Ondertussen draaide ik m’n nummer van Nemo, Sur La Tombe Du Phoenix. Lekker hard, Diana had onze vlug klagende buurman van 26 jaar wijselijk zijn pand al zien verlaten.

We gingen verder met vergaderen en namen al afscheid van Joost die vroegtijdig door z’n vriendin opgehaald werd. Het viel me op hoe lang hij was, maar ja ik ben dan ook maar een ukkepukje van anderhalve meter hoog. Diana kwam weer naast me zitten. Op een kladblok noteerde ze mijn opmerkingen. Als geen ander besefte ze de impact van die dag op mijn eigenwaarde. Ze letterde niet al te hard met me zodat de anderen gewoon door konden blijven praten. Ik vind het altijd lastig als een kamer vol visite toekijkt als Diana en ik letteren. Ik voel me dan bezwaard om überhaupt nog iets te zeggen omdat ik ieders gesprek stilleg. Bovendien is het dan net of ik iets super belangrijks te vertellen heb. Gelukkig gingen de gesprekken van de jongens gewoon door en als er een gaatje viel deed Diana m’n zegje. Iemand liet de naam Ricocher vallen en Diana keek me verontschuldigend aan. Nu wil ik geen seksistische opmerking maken maar waarom spreken vrouwen bandnamen altijd verkeerd uit?

Omdat de magen begonnen te knorren gingen Markwin en Frans om, wat later zou blijken, veel te veel Chinees halen, maar niet voordat Markwin de nieuwe cd van Proto-kaw had op gezet. Ik kreeg Maarten precies in m’n gezichtsveld en zag hoe hij uit z’n dak ging van The Occasion Of Your Honest Dreaming dat hij met een twistdansje omsierde.

Na het eten was het aan mij de beurt om mijn communicatieprogramma te demonstreren. Al twee weken had Diana m’n gemaakte bestandjes niet verwijderd zodat ik herkenbare stukjes tekst over het scherm kon laten vliegen. Een stukje van m’n John Young- recensie kwam in beeld en Maarten vertelde dat John een boos mailtje had gestuurd. ‘Hij mag blij zijn dat ik me nog zacht heb uitgedrukt’, dacht ik. Diana vertelde hoe het programma tot stand was gekomen. Iedereen was vol lof over Herman Visser, de man die het geschreven had. Ik gaf erbij aan dat ik zelf bedacht had hoe het moest werken, ik had immers alle reguliere middelen voor mij al zien floppen en wist dan ook precies wat ik wilde. Ik toonde het scrollen van de gemaakte tekst en Diana legde uit dat ik m’n ogen niet opzij kan draaien. Tja, als Mohammed niet naar de berg kan komen zal de berg naar Mohammed moeten komen!

Nadat ik had laten zien hoe ik er een mailtje mee kan versturen ging de vergadering weer gewoon verder. Inmiddels was Owen thuis gekomen en het vervulde me met trots dat hij bij me op schoot kwam zitten. Er waren immers ook zoveel enge mannen in huis. Met de gebruikelijke rondvraag kwam de vergadering tot z’n eind en omdat de klok al negen uur aangaf gingen de heren huiswaarts. We hadden de wind al om het huis horen joelen en Diana was dan ook blij dat ze er niet meer door hoefde.

Op televisie zag ik JK bij ‘Idols’. De cultuurschok was gigantisch. Naast me stond een grote doos met cd’s die overgebleven waren na de kneuzenbeurs. Diana noemde in vogelvlucht op wat er bij zat. Vermoeid en met een lichtbonkend hoofd ging ik naar bed. Toen m’n vrienden nog op de terugreis waren, was ik al in dromenland.

Inmiddels is het een dikke maand later. De weken vliegen om. Ik heb al weer een paar keer in m’n “Sporthuis Centrum” kamer gezeten en gewerkt aan de nodige recensies. Momenteel zet ik de puntjes op de i van mijn verhaal over Marbles, de nieuwe cd van Marillion maar m’n gedachten dwalen steeds af naar de leuke middag met m’n vrienden. Diana heeft digitale foto’s genomen. Echt nodig was dat niet want de beelden van Markwin in de witte stoel of Erwin op de bank, de beelden van Ruud…ze zitten in m’n geheugen gegrift.

Dick
dickmail@zeelandnet.nl