Opgebouwd in zeven jaar tijd komt Obiymy Doschu met zijn derde album “Vidrada”, dat vrij vertaald zowel ‘vreugde’, ’toevlucht’ als ’troost’ kan betekenen. Het mag duidelijk zijn dat deze progressieve rockband uit Oekraïne te midden van de ontberingen van de brute Russische invasie van Oekraïne, een opbeurende boodschap heeft met hoop en veerkracht, en met meeslepende melodieën en oprechte teksten, de luisteraars in moeilijke tijden met dit album wil ondersteunen.
De thema’s gaan over het hervinden van de kindertijd, troost vinden in de natuur, de betekenis van thuis, het vluchtige verstrijken van de tijd, het smeden van menselijke connecties in een steeds meer verdeelde wereld en het ontdekken van de kracht om te volharden in de duisternis.
Het debuutalbum “Elehia”, waar collega Ruard Veltmaat zestien jaar geleden over schreef, had een hoog neerslachtig en depressief gehalte. Dat doet sterk denken aan Antimatter en Anathema, maar dan wel wonderschoon, intrigerend en vol dynamische emotie. Dankzij klassieke strijkinstrumenten en volledige Oekraïense zang was het mistroostige plaatje compleet.
Wat we ditmaal horen is echter meer een mix van melodieuze progressieve poprock, neo-klassiek door de vele strijk- en piano arrangementen en een zweem Oekraïense melancholie. Ten opzichte van “Elehia” zijn de meeste nummers qua intensiteit echter afgeschaald en horen we vooral luisterliedjes met af en toe aanzwellende postrockerupties. Soms geeft de elektrische gitaar even een aangename solo of riff weg en volgt zowaar in Відрада (Refuge) een symfonische outro. Alleen in Істини (Truths) komt de stevige kant even naar boven met wat grunts van Andriy Tkachenko, die toepasselijk door de Oekrainiers extreme vocals worden genoemd, en zoeken ze daarmee kort Kauan uit hun doomperiode op.
En dat zijn gelijk voor mij de twee echte hoogtepunten te noemen. Ook nu weer wordt er geen solo overdreven gespeeld, nergens krijgt één instrument de overhand, en wordt alles vakkundig geproduceerd. En daar zit een aanknopingspunt in voor de progliefhebber met een hang naar mooie liedjes zoals in Не опускати руки (Don’t Give Up). Het album, opgenomen in Kiev, werd namelijk gemixt door Bruce Soord, die zijn eigen kenmerkende productiestijl meegaf aan het geluid, waardoor het zeker bij fans van The Pineapple Thief in de smaak zal vallen.