In oktober 2020 kwam de autobiografie “Do You Feel Like I Do? A memoir” uit. Iedereen die iets weet van de betere popmuziek, weet ook dat dit een parafrase is op een bekend nummer van de hand van Peter Frampton, de man van de ‘talkbox’. Die inmiddels de leeftijd van 70 jaar heeft bereikt en het tijd vond om zijn niet onaanzienlijke memoires aan het papier toe te vertrouwen.
Het leest als een jongensboek, de stille, ietwat verlegen jongen uit Londen wiens moeder als secretaresse werkt en wiens vader leraar is op de lagere school waar hij zelf zit en die bevriend is met de ongeveer even oude Davey Jones, later bekend als David Bowie. Met een ongekende obsessie/passie voor de gitaar. Op zeer jonge leeftijd al lid van bandjes als The Herd en Humble Pie waarmee hij de hitlijsten zou bestormen.
Als ‘broekie’ wordt hij onder de vleugels genomen door Keith Moon en John Entwistle van The Who, die hem als een soort van jonger broertje zien. Ook zijn sessie-verleden voor grootheden als George Harrison, Ringo Star en Harry Nilsson, om er maar een paar te noemen, komt ter sprake.
Het legendarische live album “Frampton Comes Alive!” uit 1976 betekent zijn doorbraak naar het grote publiek. Een heel hoofdstuk wordt aan dit meest succesvolle album aller tijden (op dat moment) besteed. Maar met de faam komt ook de andere kant meekijken: de drugs, de drank, de excessen. Hij heeft het allemaal meegemaakt. Sterke schouders die de weelde kunnen dragen met als gevolg een ernstige drankverslaving.
En altijd is daar de twijfel aan zijn eigen capaciteiten, zowel als zanger als gitarist. Om niet te spreken van zijn afkeer om als tieneridool gezien te worden. Ook zijn ervaringen met stelselmatige diefstal/fraude door managers komt ruimschoots aan bod.
Frampton vertelt het allemaal op een amusante wijze, met veel (Britse) humor, zelfkennis en zelfkritiek ook. Op sommige momenten bijna nederig zelfs. Hier is iemand die vanaf niets de hoogste top beklom en uiteindelijk weer in het relatieve niets eindigde en zich daar nog redelijk happy bij voelt. In zijn eigen woorden “Going to the moon and coming back on earth, without a rocket” en dat alles in slechts een paar jaar tijd.
Grappig detail: door het hele verhaal heen loopt als een rode draad het bijzondere relaas van de iconische zwarte Les Paul gitaar, the Phenix, die tijdens een vliegtuigongeval verbrand zou zijn. En uiteindelijk na ruim dertig jaar weer in zijn bezit kwam. De parallel met het leven en de carrière van de muzikant is helder en leuk gevonden.
Minder leuk is het einde: hij leidt al geruime tijd aan de progressieve spierziekte IBM wat hem langzaam maar zeker berooft van zijn vermogen om gitaar te spelen. Een uiterst triest einde, maar met een sprankeling van hoop: hij heeft vrede met zijn situatie en kijkt niet om in spijt.
Interessant levensverhaal van Peter Frampton, tot stand gekomen met hulp van vriend/auteur Alan Light. Aanrader.
Taal: Engels
Bindwijze: Hardcover
Druk: 1
Verschijningsdatum: oktober 2020
Aantal pagina’s: 352 pagina’s
Auteur: Alan Light, Peter Frampton
Co-auteur: Peter Frampton
Uitgever: Little, Brown & Company
EAN: 9780316425315