Ik lees het af en toe nog wel eens, ook in recensies van collega’s: guilty pleasures. Het wil zoveel zeggen als ‘stiekeme geneugten’ of ‘heimelijk pleziertjes’. Nou ben ik een kind van de zestiger en vooral zeventiger Jaren. Ik ben in alle ernst en zonder zweem van arrogantie van mening dat er NOOIT meer zoveel goede muziek gemaakt is als in dit tijdperk. Punt.

Maar toch: die Jaren ’80…..

Ik moet toegeven dat ik een enorm zwak heb voor de muziek en het geluid van dit decennium. Of het nou Funk is of Techno of Pure Pop, ik vind het (bijna) allemaal even goed. Dan denk ik vrijwel meteen aan bands als Level 42, Spandau Ballet, Duran Duran, Thompson Twins, Tears For Fears en Ultravox. Of de iets meer alternatieve varianten Fischer-Z, XTC, Cure, Japan en Depeche Mode. Maar ook de kwaliteitspop/rock van beginnende superstars als Dire Straits, U2, Simple Minds en Sting.

En dan vergeet ik voor het gemak nog de Second Generation Prog bands: met Marillion als vaandeldrager, gevolgd door IQ, Pallas en Pendragon, om de meest bekende te noemen.

Het hoogtepunt van dit decennium, in muzikaal opzicht, vond plaats in Wembley Stadium, Londen. Om precies te zijn op 13 juli 1985 vond het giga-spektakel Live Aid plaats. Bedoeld als internationaal benefietconcert tegen de honger en problemen die het Afrikaanse continent en met name Ethiopië op dat moment (en nog steeds) te verduren had. Onder de bezielende leiding van ene Bob Geldof werd de ene na andere topper van het moment binnen gehengeld om een bijdrage te leveren. En ze kwamen, allemaal. Hij zou er later een ridderorde mee verdienen en als ‘Sir Bob’ door het leven gaan.

Het zou een van de meest memorabele live shows aller tijden worden. Nauwelijks geëvenaard door de opvolger, Live8, twintig jaar later. In enige staat van opwinding nam ik zo ongeveer alles op, op mijn nagelnieuwe stereo videorecorder, speciaal voor dit doel aangeschaft. Dat er later puntgave dvd’s van het complete evenement voor een habbekrats hun weg naar de consument vonden, deed me helemaal niets. Hoewel…

Maar wat was nou eigenlijk die onweerstaanbare aantrekkingskracht op mij in die periode? Was het de haardracht (big hair), de kleding (enorme schoudervullingen), het sterrendom wat werd uitgestraald? Voor mij speelde dat allemaal nauwelijks een rol. Waar ik wel warm van werd zijn de geweldige Melodieën (met hoofdletter M) en het moderne, op rock gebaseerde geluid. En het feit dat het gewoon, vrijwel zonder uitzondering, goede, capabele muzikanten waren (hoewel, Milli Vanilli…..).

Ga het volgende, zeker niet volledige, rijtje maar na: Gary Kemp, ex-Spandau Ballet gitarist, is al een tijdje onderdeel van Pink Floyd’s Nick Mason’s hobbybandje Saucerful Of Secrets. Ex-XTC gitarist Dave Gregory speelt/speelde een belangrijke rol bij het succesvolle Big Big Train. Bassist Nick Beggs, bekend van Steven Wilson, Steve Hackett en eigen bandjes Mute Gods en Trifecta, begon zijn carrière ooit met blonde dreadlocks bij Kajagoogoo. En de meesten onder ons weten inmiddels wel dat multi-instrumentalist en producent Nik Kershaw (onder andere Steve Hackett) een overtuigd prog fan is. Stranglers toetsenist Dave Greenfield was een voormalig progrocker met een voorliefde voor Rick Wakeman. Dat Howard Jones 35 jaar na dato nog steeds een geweldig artiest is hebben een groot aantal van ons kunnen zien tijdens zijn optreden in de Boerderij enkele jaren geleden. Datzelfde geldt voor een groot aantal collega’s die de tand des tijds min of meer goed hebben doorstaan. De 80er jaren zijn de nieuwe 70er jaren in veel opzichten. Ik ben blij dat ik er destijds deel van heb mogen uitmaken. Stiekem of niet.