Één van de belangrijkste taken van een Progwereld medewerker is om regelmatig het internet af te speuren naar Nederlands talent in de progressieve rock en aanverwante stijlen. Hoewel de band Shylmagoghnar in het buitenland al veel bekendheid en een mooie reputatie heeft opgebouwd in de afgelopen jaren, bleef dat in Nederland ver achter. Recensent Ruard Veltmaat ontdekte de muziek van het metal duo via Spotify, maar ontdekte naast de stevige ondergrond van black/death metal en shoe gaze ook een mooie progressieve kant aan de band. Reden te meer om eens grondig kennis te maken met Kevin “Nimblkorg” Bertrand en Coen “Skirge” van der Weerden. Twee mannen die beide zijn opgegroeid in het Limburgse land.
Hallo Nimblkorg en Skirge, kunnen jullie jezelf eens aan de lezers van Progwereld voorstellen?
Skirge: Op onze lokale middelbare school hebben we elkaar in onze jonge tienerjaren leren kennen. We werden al snel goede vrienden door onze gedeelde interesses, waar muziek en metal in het bijzonder een van de meest prominente van was. Daar is ook al vroeg een idee ontstaan om samen een project te beginnen dat later Shylmagoghnar zou worden (al zou het om meerdere redenen nog vele jaren duren voor er daadwerkelijk een eindresultaat was.)
De rolverdeling binnen de band is in de loop ter tijd enigszins veranderd, maar momenteel (en in de toekomst zal dit waarschijnlijk zo blijven) is de focus van Nimblkorg het instrumentale deel en de productie, waar ik voornamelijk de vocalen en het tekstwerk voor mijn rekening neem.
Wat mijn dagelijks leven betreft, ik woon momenteel samen met mijn vriendin in Polen, waar ik een niet zo heel spannend, maar erg druk leven leid. Dat zorgt er voor dat mijn passie om muziek te maken (zowel binnen de band en andere projecten) op dit moment helaas weinig tijd overlaat. Maar als ik die tijd vind gaat die voornamelijk naar het werken aan ons derde album toe en het schrijven van pianomuziek.
Nimblkorg: Ik woon met mijn vrouw in Vaals. Ik heb van audio/muziek mijn beroep gemaakt, en mijn dagelijks leven is momenteel volledig gewijd aan Shylmagoghnar. Het hangt een beetje van de dag af, maar meestal is het een combinatie van werken aan nieuwe muziek, instrumenten oefenen, reageren op onze luisteraars en administratieve bezigheden. Ik krijg ook af en toe projecten van buitenaf waarbij ik als recording, mixing of mastering engineer meewerk. Deze hebben echter meestal weinig met metal te maken.
Jullie band bestaat uit slechts twee leden, is dat een bewuste keuze?
Nimblkorg: Ja. Aangezien de band door ons beide is opgericht hebben we samen de grondslag voor zowel de sound als ook de boodschap van de band bepaald. Over de jaren zijn er momenten geweest waarop er meer dan 2 leden in de band waren, maar dit was altijd tijdelijk en toen we uiteindelijk op het punt uitkwamen waar we genoeg ervaring en materiaal hadden om ons eerste officiële debuut te produceren, kwamen we tot de conclusie dat er niet meer dan 2 mensen nodig waren.
Het één en ander had ook met mijn gezondheidstoestand te maken. Door omstandigheden vind ik het heel zwaar om met meer dan 1 persoon tegelijk in een ruimte te zijn, dus samenwerking met Skirge en niemand anders is voor mij ideaal.
Bij de bandnamen van metal (en dan vooral de wat extreme metal) bands verbaas ik mij vaak om de fantasy namen die veel gebruikt worden. Jullie gebruiken voor jullie eigen namen ook een (in mijn ogen wat absurde) pseudoniem, net als jullie excentrieke bandnaam. Hoe en waarom , en wat is de belangrijkste motivatie om jezelf zo te noemen?
Nimblkorg: Ik denk dat het een vorm van escapisme is. Veel bands in de extreme metal genres neigen naar thema’s die te maken hebben met levensbeschouwelijke thema’s (nihilisme, grootschalige concepten, het overkomen van menselijke begrenzingen, etc.). Bij het artistiek interpreteren van dit soort thema’s helpt het soms om een vorm van droomlogica toe te passen, en vanuit dat perspectief wordt de absurditeit begrijpelijker.
Ook wij zijn hierin geen uitzondering. Bij ons muzikale aftasten van abstracte doelen voelt het natuurlijk om ons alledaagse bestaan achter te laten. Door tijdelijk afstand te doen van iets banaals zoals een roepnaam kunnen we ons beter inleven in de absurde en fantasievolle werelden waarover we willen schrijven.
Onze pseudoniemen zijn verder ook niet bedoeld om onze identiteit te verbergen – ze hebben puur een stilistische functie. Wij hopen dat de bizarriteit van de namen (zowel de bandnaam als die van ons) de luisteraars laat focussen op de muzikale werelden, en niet zo zeer wie wij als personen erachter zijn.
Heel veel publiciteit kregen jullie tot toe nog niet in Nederland. Zeker niet ten opzichte van de vele recensies in de buitenlandse pers.
Nimblkorg: We hebben er eerlijk gezegd niet veel over nagedacht. Door de kleinschalige aard van ons project waren we gelukkig met iedere vorm van publiciteit, ongeacht waar die vandaan kwam.
Maar het klopt idd dat Nederland niet ons sterkste land is. Ik heb wel eens vaker van bands gehoord dat ze het bijna overal beter doen dan in eigen land en ik weet niet zeker waarom dat is. In ons geval gok ik dat het gedeeltelijk eraan kan liggen dat onze muziek niet per se het populairste metal genre hier is.
We horen ook wel eens vaker van zowel landgenoten als mensen uit andere landen dat ze niet verwacht hadden dat we uit Nederland komen toen ze ons voor het eerst hoorden. Ik denk dat ik wel begrijp wat ze daarmee bedoelen. Veel bekende metal bands uit Nederland hebben een bepaalde herkenbare symfonische klank die ons persoonlijk niet zo aanspreekt.
Skirge: Inderdaad is dit nooit zo onze focus geweest – we zijn al enorm blij dat we zoveel mensen bereikt hebben, of dat nu binnen Nederland of erbuiten valt. De populariteit van de (sub)genres verschillen enorm per regio is mij opgevallen. In mijn stad was bijvoorbeeld metalcore altijd razend populair – een genre waar ik nu helemaal niets mee heb. Smaken verschillen nu eenmaal.
Na het debuutalbum werden jullie gevoelsmatig overweldigt door het succes. Jullie kregen veel aandacht in de buitenlandse pers en er stond al vrij snel na de release van “Emergence” een groot label op de stoep. Wat is de basis van jullie succes?
Nimblkorg: Onze verwachtingen waren idd beduidend minder optimistisch dan wat er in de afgelopen jaren gebeurde! “Emergence” was voor ons een levensdoel waarvan we wisten dat het gewoon gedaan MOEST worden, want anders zouden we ons incompleet gevoeld hebben. Het knaagde aan ons en het heeft ons jaren gekost voordat we eindelijk genoeg ervaring en zelfvertrouwen hadden om een voor onze eigen standaarden acceptabel eerste werk af te leveren.
Een deel van ons doel voor het debuut was om echt álles zelf te doen, simpelweg om aan onszelf te bewijzen dat het mogelijk was. Maar hierdoor waren we ook niet al te hoopvol; goede bedoelingen zijn leuk en aardig, maar in het moderne medialandschap is de concurrentie zo sterk dat er een realistische kans was om na onze release onmiddellijk weggespoeld te worden door grotere releases.
Het tegendeel bleek echter waar te zijn. “Emergence” bleef beetje bij beetje groeien en de reacties overtroffen al onze verwachtingen.
Wat ik hoop dat de basis voor dit alles was, is dat dit project gewoon extreem persoonlijk is voor ons. Ongeacht of een emotie positief of negatief is, we storten hem uit over dit project. We doen ook ontzettend veel moeite om niet snel tevreden te zijn met ons werk. Aan een album wordt gewerkt totdat het praktisch exact klinkt zoals we het ons voorgesteld hadden – ook als dat jaren duurt. Van de reacties die we krijgen denk ik dat veel mensen voelen wat wij voelden als ze muziek horen en dat ze onze passie voor muziek delen.
De muziek op “Emergence” is gestoeld op vele muziekstijlen. Vooral op black metal, maar ook shoe-gaze en progressieve rock. Een interessante mengeling, hoe is die tot stand gekomen. Wat zijn jullie invloeden?
Skirge: Deze mengeling is uiteindelijk heel natuurlijk en organisch tot stand gekomen – we hebben daar nooit zo over nagedacht. Als je naar onze zijprojecten kijkt zie je dat deze ook een heel eclectische aard hebben.
Directe invloeden hebben we daarentegen juist zoveel mogelijk proberen te vermijden. Het is voor ons ook wel eens komisch om te zien dat we wel eens met bands vergeleken worden waar wij die overeenkomst totaal niet zien (vooral als het bands betreft waar we zelf nog nooit mee in aanraking waren geweest).
Jullie hebben op het debuutalbum alles zelf gedaan, van opname tot de mix, is dat op Transience ook zo?
Nimblkorg: Ja, Transience is bedoeld als een directe opvolger van het debuut (ons plan was altijd om van de eerste 3 albums een trilogie te maken), en we hebben dus moedwillig aan de productie opzet niets veranderd. De thema’s van beide albums zijn anders en er waren dus muzikale aanpassingen die te maken hadden daarmee, maar deze creatieve keuzes waren allemaal zonder inmenging van buitenaf.
Ik hoor ten opzichte van het debuutalbum op het tweede album een behoorlijk verschuiving in de totaalbeleving van de muziek. “Transience” laat veel melodie horen, die vaak episch, brutaal maar ook catchy klinkt. Jullie gebruiken nog meer elektronica, hoe is die omwenteling tot stand gekomen?
Nimblkorg: Ik denk dat deze verschuiving automatisch plaatsgevonden heeft door de grootschaligere thema’s die op het album Transience naar voren komen. Wanneer ik muziek schrijf staat daarbij altijd een concept duidelijk op de voorgrond, en de aard van dat concept bepaalt sterk de muziek die ik in m’n gedachte hoor. Als ik bijvoorbeeld aan iets aards denk, dan hoor ik “drogere” muziek die vooral leunt op rechtlijnige drums en gitaarriffs, maar wanneer ik aan het heelal denk, dan hoor ik echoënde leads, synthesizers, stemmen die haast onmenselijk klinken, etc. Skirge en ik zijn ervan overtuigd dat een nummer je tijdens het schrijven vertelt wat het nodig heeft en dat je zoveel mogelijk hiernaar moet luisteren, want anders vecht je tegen de aard van het beest en klinkt het eindresultaat geforceerder.
Als ik stel dat jullie (wellicht onbewust) beïnvloed zijn in jullie jeugd door dance en housemuziek, zeg ik dan iets heel vreemds?
Nimblkorg: Het is een vergelijking die ik nog niet eerder gehoord heb en ik zou hem zelf niet maken, maar ik kan hier wel iets over zeggen dat misschien verklaart wat je aanvoelt. Wij allebei hebben naast metal ook een gedeelde liefde voor videogame en film soundtracks. In mijn geval begon die interesse in de vroege jaren ’90, waarin ik opgroeide met een Commodore 64. Wat mij opviel was dat de soundtracks van spellen me vaak beduidend meer aanspraken dan de spellen zelf, en de technische limitatie die dat apparaat met zich mee bracht maakte dat componisten creatief moesten zijn in het gebruik van het beperkte aantal stemmen. Enkele componisten waren hier naar mijn mening uitmuntend in en hun resultaten waren een interessante balans tussen een opzwepende beat, een haast vocale lead en een constante stevige bass of pad synth die het allemaal samen liet vallen. Voor een voorbeeld hiervan, luister bijvoorbeeld naar “Rob Hubbard & Ben Daglish – Auf Wiedersehen Monty”.
Deze schrijfstijl waarin ieder onderdeel een ander onderdeel versterkt vond ik fascinerend en probeer ik denk ik onbewust toe te passen in onze muziek. Ik denk dat de Eurodance en housescene uit die tijd op vergelijkbare principes leunt (en misschien waren enkelen van hen zelfs ook geïnspireerd hierdoor?).
Grappig dat je dat de invloed van videogames noemt Nimblkorg, want ik verwijs in mijn recensie van “Emergence” ook naar gamemuziek….
Skirge: Een – laat staan bewuste – invloed van housemuziek zal er zeker niet zijn. Maar dit neemt niet weg dat de combinatie van metal en elektronische muziek mooie resultaten kan opleveren. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de fantastische tweede helft van ‘journey to the end’ van Windir. Of, meer recentelijk, bepaald werk van corpo-mente en Igorrr. Industrial combineert ook bijzonder goed met blackmetal (Ik denk dan bijvoorbeeld aan Aborym en soortgelijke projecten).
Maar als ik dan al eens een uitzondering maak voor pure elektronische muziek zal dit niet snel dance of house zijn. Dan eerder trip-hop. Of terror. De betere drum ’n bass kan ik op zijn tijd ook wel waarderen. ‘Arrakis’ van Black Sun Empire (ook van Nederlandse bodem trouwens) vind ik zo’n heerlijk nummer.
Ik denk dat de gemiddelde dance en house me iets te gelikt is. De rauwe randjes zijn binnen die stijlen doorgaans wel ver te zoeken (Maar misschien heb je een luistertip voor me die die mening gaat veranderen?).
In mijn recensie van “Transience” maak ik een kleine vergelijking met de muziek van de Griek Thanasis Lightbridge. Zegt jullie die naam jullie toevallig iets?
Nimblkorg: Nog nooit van gehoord nee, maar misschien moest ik daar maar eens wat aan doen.
Skirge: een goede vriend van me heeft al enkele keren deze naam laten vallen, maar ik heb tot heden nog niet de tijd gehad om naar de muziek van de man te luisteren. Toch maar tijd om daar binnenkort verandering in te brengen.
Aangezien jullie grunts gebruiken op het album die niet altijd goed zijn te verstaan, waar gaan jullie teksten over?
Skirge: Uiteindelijk zijn de teksten bewust op een manier geschreven waarin de betekenis persoonlijk erg concreet is, maar genoeg ruimte overlaat voor de eigen interpretatie van de luisteraar. Dit maakt me altijd een beetje huiverig om de teksten ‘uit te leggen’.
Wat dit ook een lastige vraag maakt, is dat de onderwerpen gewoon enorm divers zijn. Enkele centrale thema’s zijn de menselijke aard en strijd: De tegenstrijdigheden binnen ons bestaan en onze ervaring daarvan. Daarbij komt onvermijdelijke (voor een bepaald type persoon) de nooit eindigende zoektocht naar zingeving en het proberen overstijgen, niet kunnen accepteren van onze beperkingen. De keuzes die we nooit gemaakt hebben, en de alternatieve paden nooit genomen zijn een ander belangrijk thema dat ons altijd gefascineerd heeft (op ons derde album gaat dit thema waarschijnlijk nog verder uitgediept worden).
Enkele andere thema’s die langskomen zijn de drang naar creatie, de zegen en vloek van perfectionisme, de kwetsbaarheid van de menselijke psyche en de daarbij behorende affiliaties zoals (manische) depressiviteit en schizofrenie, en de (effectieve) oneindigheid van het universum en onze verbeeldingskracht.
Verhoudingsgewijs gebruiken jullie voor mijn gevoel meer toetsen en samples. Hoe en met wat produceren jullie die en waarom hebben jullie ervoor gekozen?
Nimblkorg: Een van de hoekstenen van het project is dat contrast voor ons gevoel zorgt voor een meer levendige ervaring van muziek. Dit uit zich o.a. in ritmewisselingen en het niet te veel hergebruiken van eenzelfde riff in nummers, maar ook in het af en toe afwisselen welk instrument in de voorgrond treedt.
Voor mij persoonlijk is de gitaar hét instrument, en veel dingen die ik schrijf zullen dus in eerste instantie daaromheen gebouwd zijn, maar soms merk ik dat – ondanks de veelzijdigheid van het instrument – een gitaar toch altijd enigszins vergelijkbare emoties bij mij oproept. De klank van een piano of synthesizer geeft dan misschien nét die draai aan de track die ik er graag in uit wil drukken. In welke mate dit dan gedaan wordt hangt sterk af van het thema van de track.
Ik begrijp dat jullie een eigen studio hebben waar jullie je muziek produceren?
Nimblkorg: Dat klopt, hoewel het in werkelijkheid vrij minimaal is – een veredelde kelder zullen we maar zeggen.
Gedurende de jaren waarin we aan dit project sleutelden is mijn fascinatie voor audio net zo sterk geworden als die voor muziek, en ik heb beetje bij beetje de nodige materialen en instrumenten verzameld om een album onafhankelijk te kunnen produceren.
Ik heb toen ook wat bas en midrange absorptie panelen gebouwd met steenwol, hout en stof, om de ruimte geschikter te maken voor opnames en mixing, aangezien kant-en-klare producten op de markt vaak óf onbetaalbaar voor kleine projecten óf totaal niet functioneel voor mijn doeleinden zijn. Ik raad iedereen die dergelijke plannen heeft van harte aan om eens wat onderzoek akoestische absorptie en “early reflections” te doen, want het verschil is echt dramatisch voor relatief weinig geld. Eierdozen aan de muur zijn geen oplossing voor complexe akoestische problemen!
Skirge woont momenteel in Polen, gaat het samen componeren van muziek dan via internet of komen jullie regelmatig bij elkaar?
Nimblkorg: Het is een beetje van beide. Onze manier van samenwerken aan nieuwe muziek is altijd vrij individueel geweest. Meestal schreef ik een (demo van een) nieuw nummer en dan stuurde ik die naar Skirge (vaak zonder informatie over waar het nummer over gaat). Hij luisterde daar dan een tijdje naar en schreef teksten erbij die hij dan, terwijl de rest van het album geschreven werd, beetje bij beetje bleef verfijnen – vaak tot het moment van de opname zelf. Ik paste dan weer waar nodig de muziek en arrangement aan de tekst, etc. Uiteindelijk ontstond een werk dat door ons allebei vormgegeven was. Aan deze manier van samenwerken verandert in de huidige situatie gelukkig niets.
We hebben trouwens ook nog steeds echte meetings, aangezien Skirge met enige regelmaat terug naar Nederland komt, maar dat is dus over het algemeen niet waar het meeste creatieve werk verricht wordt.
Ik heb elders gelezen dat de band vooral een studioband zal blijven, dat komt waarschijnlijk door de gezondheidstoestand van Nimblkorg maar bestaat er nog een kans dat we jullie ooit live op een podium kunnen zien?
Nimblkorg: Dat komt idd voornamelijk daardoor. Ik wil niet te diep op die gezondheidsproblemen in gaan, maar zoals ik reeds eerder aangaf vind ik het gewoon heel zwaar om met meer dan een enkel persoon in een ruimte te zijn en daarnaast ben ik introvert. Het is geen fobie maar een gevolg van overgevoeligheid voor prikkels die me altijd vele malen meer tijd kost om te verwerken dan het me waard is. Daardoor is de wens die de meeste bands hebben om live te spelen ondenkbaar voor mij. Wat ik zoek in muziek is een interne reis.
Vinden jullie het niet jammer dat er geen mogelijkheid is tot het live spelen en helpen optredens niet mee in het aantrekken van nieuwe fans?
Nimblkorg: Live spelen helpt zeker met het verspreiden van een naam, maar gezien mijn aard vind ik het eerlijk gezegd zinloos om hierover te speculeren. Ik vind het veel constructiever om te leren (g)roeien met de riemen die je hebt. Live spelen staat naar mijn mening compleet los van de behoefte om muziek te schrijven en op te nemen, en ik zou dan ook willen benadrukken dat optreden gewoonweg niet voor iedereen het einddoel van muziek maken is.
Waar het zich voor mij om draait in muziek is of ik mijn gedachten dusdanig in geluid kan vastleggen dat iemand anders dat ook voelen kan, en dat het ze misschien zelfs helpt bij de belevenis/verwerking van eigen gedachten en bezigheden. Wanneer we dit doel bereiken als iemand naar onze albums luistert, betekent dat voor mij succes.
Dit is ook waarom ik moeite doe om een persoonlijke connectie tussen de band en de luisteraars op te bouwen; het voelt als een eerlijke, natuurlijke wisselwerking. Van de reacties die we hierop krijgen is dit helemaal niet gebruikelijk, dus zo heeft blijkbaar iedereen zijn kwaliteiten.
Hoe zien jullie de toekomst, waar hoop je over pakweg tien jaar te staan met jullie muziek?
Skirge: Als wij tegen die tijd met dezelfde gedrevenheid en passie nog een album of twee uit hebben kunnen brengen (natuurlijk liefst zo goed ontvangen als onze eerste twee) ben ik ruim tevreden. Zeker als ik daarnaast nog de tijd en rust zou vinden om eindelijk eens dat soloproject van de grond te krijgen!
Nimblkorg: Daar sluit ik me bij aan! Shylmagoghnar is op dit moment de belangrijkste focus in m’n leven, en ik hoop dan ook dat we onze harten nog meerdere malen in toekomstige albums uit kunnen storten in de komende jaren.
Verder hoop ik dat ik me kan blijven ontwikkelen als muzikant en sound engineer in muziek en filmprojecten die buiten de band liggen. Andere genres en situaties creëren nieuwe uitdagingen en dit “puzzelen” is iets dat me enorm fascineert.