In deze maandelijkse column laat Dick van der Heijde z’n gedachten gaan over symfo en de rol die muziek speelt in z’n leven. Dick is geheel verlamd, kan niet praten, communiceert letter voor letter met z’n ogen maar bovenal is hij, zoals hij zelf zegt, al een kwart eeuw helemaal kierewiet van het genre.
Op het moment dat de wielrenner Fabio Casartelli dodelijk ten val kwam in de Pyreneeën, gooide de postbode de cd “Imbroccata” van het Nederlandse Dilemma bij mij in de bus. Geheel tegen m’n gewoonte in bleef de televisie aan en de enveloppe dicht. Enkele uren later besloot ik om toch naar de cd te gaan luisteren, maar m’n gedachten waren constant bij de onfortuinlijke Fabio. Het moge duidelijk zijn, zou Mart Smeets zeggen, dat ik Dilemma altijd associeer met de dood van Casartelli.
Een zelfde associatie heb ik ook met de komst van de cd “Songs From The Lions Cage” van Arena en de bijnadoorbraak van de dijken in Midden Nederland. De solo-cd van Tracy Hitchings doet me terugdenken aan het revalidatiecentrum waar ik heb gezeten en Marillion’s “Fugazi” aan een ruzie met een ex-vriendinnetje. Tja, en toen kwam “Mouse” van Aragon. De cd werd uitgepakt door iemand die niet zo goed engels kon. “Kijk,” zei ze, “Aragon”. Toen werd het stil. Zonder blikken of blozen sprak ze de titel uit: ‘MOES’. Dergelijke associaties hebben hun emoties buiten de cd liggen. Deze externe emoties kunnen het schijfje danig positief of negatief beïnvloeden. Dagenlang moest ik aan Mickey Moes denken waardoor ik het Aragon-product amper serieus nam. Uiteindelijk won de ene muis het van de andere.
Dat kwam door de sublieme sferen, de creatieve geluidseffecten en de expressieve zang oftewel de interne emoties van het concept, het handelsmerk van veel symfobands.
In de loop van de jaren is al menig conceptalbum verschenen (Pink Floyd met “The Wall”, Camel met “Nude” , IQ met “Subterranea” en in 2002 nog het onovertrefbare “Snow” van Spock’s Beard). Ook wemelt het in de niet-concept-cd’s van de beeldende sferen. Een sterk voorbeeld daarvan zijn de smaakvolle, kundige composities van Cristiano Roversi van het Italiaanse Moongarden op het briljante “Brainstorm Of Emptyness” (naar mijn idee één van de betere symfo-cd’s van de jaren ’90). Roversi weet iets in zijn harmonieën te leggen waardoor de muziek iets beklemmends krijgt. Wat het precies is kan ik je niet zeggen, daarvoor zou ik m’n handen op de toetsen moeten kunnen leggen.
In 2001 verscheen de dubbelaar “Gates Of Omega”. Dit is een voortreffelijke concept-cd waar de emoties van afdruipen. Vooral het hartverscheurende gitaarspel van David Cremoni is bloedmooi. Roversi beschrijft in een mix van symfo, ambient en pop de breuk met zijn vriendin, een veel gebruikt thema.
Toch is vaak een kleinigheid de kers op mijn taart. Een zinnetje, een toetsenriedel of een Mellotron-uitbraak. In “Glimpse Of Home” van Chandelier zitten twee bastoontjes. Ze luiden de ontlading in van het spanningsvolle stuk ervoor, waardoor het nummer losbarst in z’n finale. Zo supersimpel en zo functioneel. Geweldig, daar kan ik van genieten.
Emotie in muziek is voor mij het belangrijkste aspect. Het is criterium numero 1. Naar een brulboei vol agressie ga ik echt niet zitten luisteren. Het zijn de jongens van Aragon, die van Arena en Moongarden die me weten te raken en niet zo’n beetje ook.