Interview: Ruard Veltmaat
Eindredactie: Ruard Veltmaat
Datum: Oktober 2013
Ruim vijf jaar na “01011001” komt Arjen Lucassen met een nieuw Ayreon album, nadat hij het project in 2008 de koelkast had gezet. Toch kriebelde zijn muzikantenbloed al weer snel en begon hij met een nieuw concept nadat hij een documentaire van Stephen Hawking had gezien. We spreken Arjen als hij druk is met knippen van adreslabels, het vouwen en inpakken van dozen. De cd’s die in eigen beheer zijn uitgebracht, moeten deze week allemaal op de bus. Dat hoort nu eenmaal bij het ‘eigen baas’ zijn, iets waarover hij gedurende het interview erg openhartig is. Lucassen heeft geen geheimen voor de lezers van Progwereld. Eigenlijk heeft hij helemaal geen geheimen, voor niemand. Arjen neemt ook dit keer geen blad voor de mond. Zo verklapt hij bijvoorbeeld dat hij van zijn moeder moest horen dat we een nieuwe koning hebben. Maar ook wat hij met Social Media heeft, zijn twijfels die altijd toeslaan na het afronden van een album, of de betaling van zijn artiesten. En dat hij toch écht geen workaholic is, zoals velen denken..
Ik wil beginnen met de uitspraak dat jij jezelf weer helemaal hebt terug gevonden op deze cd. Persoonlijk voelde jouw muziek in de diverse project een beetje zoekende, maar “The Theory Of Everything” klinkt weer vertrouwd goed, zeker ten opzichte van “01011001”.
Hahaha, nou dat valt wel mee hoor! Ik ben de weg of mijzelf eigenlijk nooit echt kwijt geraakt, hoewel ik het nu met “The Theory Of Everything” wel heel anders heb aangepakt. Op “01011001” was alles bij elkaar achteraf misschien een beetje ’to much’. Daar had ik een heleboel zangers, was de sound duister, industrieel en had de muziek veel verschillende lagen. Dit keer heb ik veel minder zangers, waardoor ik de karakters meer heb kunnen uitdiepen en veel aandacht heb besteed aan het instrumentale gedeelte. Dus ja, het is een heel ander album geworden. Met mijn soloalbum heb ik iets afgeleverd wat ik altijd al wilde en dat heeft een stijl gehad die wellicht niet iedereen van mij had verwacht.
Ik heb het idee dat dit album meer back to basic is, de productie is rustiger er valt veel meer te ontdekken?
Ja, absoluut. Dat wilde ik aan het begin van het schrijfproces ook bewerkstelligen. Als je bijvoorbeeld naar “Into The Electric Castle” luistert, dan hoor je ook veel meer de open gitaren, in plaats van bijvoorbeeld de gitaarmuren in “01011001”. Op dit album heeft elk instrument zijn plek. Er gebeurt wel veel, maar nooit op dezelfde plek.
Kan je wat vertellen over hoe het verhaal van “The Theory Of Everything” tot stand is gekomen?
Het idee kwam nadat ik een documentaire van Stephen Hawking, de natuurkundige, kosmoloog en wiskundige had gezien. Daarin had hij het over de “Theory of Everything” en dat klinkt gelijk indrukwekkend en is voor mij uitermate geschikt als Ayreon-onderwerp. Sterker, het klinkt ook heel goed als titel voor een Ayreon-album. Zo’n theorie zou alle elementaire deeltjes en de fundamentele natuurkrachten in één model samenbrengen. Dit model zou dan hebben bestaan in de allereerste minieme fractie van een seconde na de oerknal. Deze theorie is tot op heden nog nooit ontdekt en als dat in de toekomst wel zou gebeuren, dan zou dat alles verklaren wat er in ons universum ontstaat en leeft. Maar goed, ik wilde er geen wetenschappelijk verhaal van maken en heb dus lang nagedacht hoe ik dat kon uitwerken in mijn ideeën en teksten voor de cd. Ik wilde het wel bij de menselijke benadering houden, met menselijke en sociale emoties en niet op het wiskundige aspect. Dus toen kwam het idee op om een genie als basis te nemen. De genie zou de Theory Of Everything uitvinden en om dit realistisch te benaderen, ben ik een tal van films gaan bekijken, zoals A Beautifull Mind en Rain Man, Good Will Hunting. Natuurlijk om geïnspireerd te raken, maar ook om te kijken wat er op dat gebied allemaal al gedaan was. Ik wilde niet met iets komen wat een ander al had gedaan. Van daaruit kwam ik dus op het onderwerp; een genie die zijn hele leven in het ontdekken van de theorie stopte. Hij verwaarloosde daarmee zijn gezin en zijn kinderen, maar op een bepaald moment komt hij erachter dat zijn zoon ook een genie is en hem kan helpen om de theorie te ontdekken. De enige manier waarmee dat echter kan, is door zijn zoon een drug toe te dienen. Dat gaat natuurlijk gepaard met allerlei gewetensvragen. Verder wil ik natuurlijk niet te veel verklappen, het is aan de luisteraars om dat te ontdekken.
Je hebt niet bespaard op de extra’s, je hebt bijvoorbeeld weer een uitgebreide dvd en art-book ontwikkeld voor de fans?
Ja, we hebben inderdaad een artbook en dvd’s met foto’s en interviews gemaakt, die besteld kunnen worden in de pre-order, maar met het inpakken vandaag ben ik er achter gekomen dat ik al een aantal dingen niet meer voorradig heb. De t- shirts zijn bijvoorbeeld al weer uitverkocht en met wat andere items gaat het inmiddels ook ontzettend hard. Daar ben ik echt blij mee, niet alleen commercieel, maar ook het feit dat mijn fans vertrouwen hebben in mijn producten.
Waar ben je het meest trots op wat betreft dit album?
Tja, dat is natuurlijk moeilijk te zeggen. Als ik een album af heb, was ik zoals altijd zo trots als een pauw. Dan denk ik: dit is mijn beste cd ooit, ik ben een genie!’ Maar goed, dan gaat het album naar de platenmaatschappij en moet ik gewoon wachten. Dat kan soms wel drie maanden duren voor ik een reactie krijg en dan slaat onherroepelijk de twijfel toe. Dan beluister ik het na een maand nog eens terug en denk ik: dat had ik anders moeten doen, hier had ik dat achterwege moeten laten. En dan krijg je van naasten die het album mochten luisteren reacties als “ja het is wel een hap informatie dat verwerkt moet worden”. Verschrikkelijk! Heb ik het te ingewikkeld gemaakt? Nee, die periode is dus echt rampzalig! Dan kan je mij echt bij elkaar vegen. Maar nu komen er voorzichtig al wat recensies los en die zijn erg positief, dus dat stelt mij dan weer gerust. Natuurlijk ben ik weer erg trots op de artiesten die mee heb gedaan.
Heb je dit keer bewust gekozen voor minder zangers en zangeressen?
Ja. Dat is bewust gedaan. Ik vond 17 zangers op de vorige cd veel te veel. Op dat moment realiseer je dat niet zo, maar achteraf heeft dat gewoon niet goed uitgepakt. Ook voor de zangers en zangeressen zelf heeft het niet goed uitgepakt, want je kon hun talent gewoon niet genoeg uitdiepen, omdat er simpelweg te weinig ruimte was. Ik moest zelfs op instrumentale stukken zang zetten. Dat is jammer, want op vorige albums kreeg ik vaak reacties dat de vocalisten soms beter klonken dan binnen hun eigen band of op hun eigen cd’s. En eerlijk is eerlijk, achteraf had ik zelf dat ook niet bij Zero-One.
Met die opmerking ben ik het wel eens, bijvoorbeeld Cristina Scabbia heeft nog nooit zo goed geklonken als op dit album. Althans, ik kan geen album van Lacuna Coil noemen waar ze zo veelzijdig klinkt?
Ik laat de vocalisten sowieso hier in Nederland komen. Ik wil gewoon dat alle zangers bij mij in de studio komen. Ik laat in principe nooit wat opnemen in de studio van de artiest omdat ik daar niet in geloof. Daarbij, alles gebeurt heel spontaan. Ik ken veel artiesten vaak niet persoonlijk of spreek ze soms nog niet eens over de telefoon. In de meeste gevallen is het ook de eerste keer dat ze een tekst zingen en je bent eigenlijk samen hier in de studio met zijn tweeën aan het componeren. Ik neem vaak ook meerdere versies op, niet alleen omdat het soms niet goed is, maar ook om de beste versies er uit te halen. Soms is een gezongen lettergreep in de ene versie veel beter dan in de andere en die gebruik ik dan in de productie. Maar het is vooral de spontane samenwerking die tot mooie resultaten leiden.
Het leuke van Cristina is dat ze in het begin iets aarzelend had toen ik haar benaderde. Ze dacht zelfs dat ze het niet kon, omdat ze iets als dit nog nooit had gedaan. Maar na wat motivatie van mijn kant was ze overtuigd. Toen had ze gelijk iets van; ik laat iedereen zien wat ik nog meer kan! Toen ze eenmaal in Nederland en in de studio hier in Oudenbosch was, brak ze dan helemaal open. Ze is heel emotioneel en gaf zichzelf toen ook helemaal. Ze stond zelfs met tranen in de ogen te zingen op een gegeven moment, zo betrokken was ze bij de opnames. Ik verbaasde mij overigens ook over haar kwaliteit. Ik kende haar natuurlijk van Lacuna Coil, zeker het oudere werk, maar ik stond er zelf ook van te kijken dat het zo goed ging. Toen ze het eindresultaat hoorde, was ze ook ontzettend blij dat ze het had gedaan, want bij Lacuna Coil zit ze toch in een bepaald korset. Ook Marco Hietala zei zelfs dat hij eigenlijk een gevangene in zijn eigen band en Nightwish is. Je moet binnen je eigen band toch binnen de normen blijven, ondanks dat je mooie dingen doet. Nu kon hij helemaal uit zijn dak gaan en eens anders zingen dan hij gewend is.
Heeft het veel moeite gekost om Marco binnen te halen?
Nee, Marco was eigenlijk het makkelijkste van allemaal. Marco had zich namelijk vijf jaar geleden al bij mij gemeld. Ik was toen met een journalist aan het praten die zei dat Marco zo’n fan was van de “The Dream Sequencer” albums. Ik zei toen tegen die journalist dat hij dan maar eens contact met mij moest opnemen om te kijken wat we konden doen. Vandaar uit hebben we wat contact gehouden en toen ik met dit album een perfect rol voor hem had, ging hij gelijk akkoord. Hij had feitelijk nog geen noot gehoord en omdat hij een fan was, wilde hij koste wat het kost meewerken. Cristina was eigenlijk ook makkelijk, maar ook weer voor de hand liggend, want ze zou eigenlijk op “The Human Equation” de rol van Passion spelen. Doordat zij toen tourverplichtingen had, kon dat toen niet door gaan. Nu was het een mailtje naar haar manager en na wat makkelijke onderhandelingen was de deal snel gemaakt.
Hoe ontstaan zulke onderhandelingen over de prijs van een artiest, althans je kan natuurlijk niet aan royalty’s beginnen met zo’n cast?
Nee, aan royalty’s kan ik niet beginnen, overigens heb ik dat wel één keer gedaan met het binnenhalen van Fish. Die wilde ik heel graag hebben en toen heb ik het na lang wikken en wegen gedaan omdat ik die toen heel graag wilde hebben voor het album. Fish heeft toen een bepaald percentage gekregen van de verkopen. Achteraf denk ik ook wel dat het waard was, want ik heb daar ook een grote bekendheid mee gekregen, vooral in het buitenland. Daarna heb ik het nooit meer gedaan, zelfs niet met artiesten als Bruce Dickinson. De betaling is altijd flat-fee. Ik betaal uiteraard alle onkosten, het verblijf hier in Nederland, vliegtickets, treintickets en noem nog wat kosten die gemaakt worden. De prijs van de artiest is natuurlijk afhankelijk van de naam. Voor een grote naam moet ik vaak diep in de buidel tasten, die artiesten beseffen vaak dat ik ook meelift op hun bekendheid en daardoor wellicht een nieuw publiek aanboor.
Je hanteert nogal eens wat futuristische thema’s of thema’s die niet direct met het maatschappelijk leven in verband staan; ook niet specifiek op je soloalbum. We weten al dat je een beetje als een kluizenaar leeft, maar betekent het ook dat je heel erg in je eigen wereldje leeft?
Ja, heel erg. Ik kijk bijvoorbeeld geen journaal of nieuwsprogramma’s. Eigenlijk kijk ik helemaal geen televisie, wat ik kijk zijn films en series, maar die koop ik vaak altijd via een dvd box of iets dergelijks. Ik heb geen flauw idee wat er momenteel in het leven gebeurt. Mijn moeder moest mij bijvoorbeeld vertellen dat we een nieuwe koning hebben! Ik word natuurlijk ook niet geholpen door mijn Amerikaanse partner Lori, want die is nóg minder geïnteresseerd in wereldpolitiek en maatschappelijke problemen. Het is eigenlijk vreselijk, maar ik leef echt in mijn eigen wereldje, ja.
Ach, wat is vreselijk? Soms is het ook beter om niet alles te weten, want wat er op het nieuws komt, is ook niet altijd om vrolijk van te worden. Maar een beladen song als Gaza van Marillion, zal jij dat ooit schrijven? Of ook actueel momenteel; iets over de toestanden in Syrië?
Nee, dat kan ik mij niet voorstellen. Ik vind dat ook niet mijn taak als muzikant. Begrijp me goed; dat is mijn persoonlijke mening. Maar je zal mij nooit iets zien doen zoals Sammy Hagar, die tijdens een optreden opstond om te protesteren tegen de doodstraf. Ik vind het mijn taak om te entertainen en niet om politieke boodschappen te delen met mijn fans in mijn muziek. Ik kan me ook echt wel druk maken om bepaalde zaken, bijvoorbeeld dierenleed, maar ik pas er voor om dat in mijn muziek te verwerken. Mijn muziek zal altijd een escapisme blijven, vandaar dat ik ook vaak science fiction gebruik op mijn albums. Ik kan niet in de toekomst kijken, maar ik acht de kans klein dat ik ooit over politiek zal schrijven.
Hoe ontstaan eigenlijk jouw teksten? Schrijf je die helemaal zelf en laat je die grammaticaal controleren voor je ze gebruikt?
Mijn teksten worden altijd gecontroleerd op grammatica. Geen enkele tekst wordt gepubliceerd zonder dat er iemand met verstand van zaken naar gekeken heeft. Voorheen was dat Yvette Boertje, mijn vorige manager, die het Engels volledig beheerst. Maar in het verleden hebben er ook Engelse leraren naar gekeken, collega’s van mijn broer, die ook leraar is. Het zijn ook wel eens Amerikaanse collega’s geweest. De teksten van dit album zijn eigenlijk geschreven door mij en Lori. Ik begin altijd met de muziek en de muziek inspireert mij tot het verhaal en het verhaal en de karakters moeten gewoon kloppen. Dat vind ik essentieel voor het totaal product. Soms zie ik in films en series wel eens karakters voorbij komen die gewoon niet kloppen. We hebben dus heel lang gesteggeld over de verhaallijn. Het was wel grappig dat ik probeerde het verhaal richting science fiction te krijgen, maar Lori stak daar elke keer een stokje voor. Elke keer werd ik weer teruggefloten, ook wel logisch, want ik kwam met klonen van Einstein en aliens op de proppen. Beetje jammer dat die er niet door kwamen, maar goed (lacht). Nee, zonder gekheid, we hebben het bewust zo realistisch mogelijk gehouden. Daarna ga je dan op zoek naar zangers, want elk project is weer anders en er zijn artiesten die bijvoorbeeld niet in science fiction verhalen willen participeren. Vervolgens schrijf ik de personages op de zangers. Ten tijde van het schrijfproces van “Into The Electric Castle” bestond het personage van Fish nog helemaal niet. Die heb ik na toezegging van hem speciaal in het verhaal geschreven als ‘Highlander’. En zo doe ik dat met meer personages. Ik schrijf de teksten waarvan ik denk dat die bij een bepaalde stem passen. Als de teksten dan klaar zijn leg ik ze (in dit geval dus) aan Lori voor. Zij neemt ze echt helemaal onderhanden.
Je hebt dit keer echt een paar favoriete iconen van jou weten te strikken, bijvoorbeeld Rick Wakeman en Kieth Emerson, hoe is je dat gelukt?
Ja, sinds ik met Ayreon bezig ben heb ik geprobeerd deze mannen binnen te halen, wat natuurlijk in het begin heel erg moeilijk was. Maar bijvoorbeeld “01011001” is in 17 verschillende landen in de hitlijsten terecht gekomen, dus dan word je wat meer serieus genomen. Rick Wakeman kende ik al een tijdje, eigenlijk sinds hij mij een classic rock award heeft uitgereikt. Daags daarna zijn we gaan ontbijten en bleek dat hij “Into The Electric Castle” zelfs in het bezit had. Toen al hebben we de afspraak gemaakt eens met elkaar samen te werken. Door allerlei redenen is het nooit echt tot stand gekomen, tot aan dit album. Ik heb hem drie stukken gestuurd in de hoop dat hij er één van wilde invullen en vervolgens leverde hij alle drie in! Een pianostuk, een rockstuk en een progstuk. Keith Emerson is via de toetsenman van Sound Of Contact gegaan. Die heeft Emerson een stuk van mijn soloalbum laten horen en zijn letterlijke woorden waren “this guy is amazing”, zo goed vond hij het. Nou, dan kan je mij oprapen hoor! Eén van mijn idolen die mijn muziek waanzinnig vind! En hij wilde graag een solo voor mij spelen. Ik had één voorwaarde, als je daar al van kan spreken, dat hij het op zijn Moog zou spelen, want ik wilde dezelfde vette sound als op Lucky Man (Emerson, Lake and Palmer). Maar het was een droom die uitkwam dat Emerson een keer een solo voor mij schreef.
Je speelt trouwens zelf ook weer heerlijke Hammondpartijen op het album…
Ja, maar dat is ook een fantastisch apparaat waar ik geen genoeg van kan krijgen. Het is ook een ongelooflijk bakbeest waar je afhankelijk bent van je eigen vaardigheden. Je hoort het ook echt of er een Hammond Leslie wordt gebruikt. Sinds ik voor het eerst John Lord of Keith Emerson hoorde op de Hammond, ben ik helemaal fan van het orgel. En hoewel het enorme aanschaf is, kan je op zo’n orgel pas echt je eigen geluid maken, in tegenstelling tot de keyboards van tegenwoordig, die vaak toch weer hetzelfde klinken.
Je hebt dit keer de Nederlander Siddharta Barnhoorn ingeschakeld voor je orkestraties. Hoe is dat contact ontstaan?
Hij heeft mij een jaar of vier geleden benaderd en heeft een aantal stukken van zichzelf toegestuurd, zodat ik het kon beoordelen en ik was gelijk onder de indruk. Hij maakt heel veel filmmuziek en daar zaten veel orkestrale stukken in en ik heb hem gevraagd of hij daaraan wilde meewerken. Hij was gelijk razend enthousiast. In beginsel heb ik in de computer alle instrumenten zoals viool, cello etc in geprogrammeerd in midi en heb dat naar hem toegestuurd. Sid heeft het daarna volledig ingericht en zelfs nog wat dingen toegevoegd die ik er zelf nooit bij bedacht had, bijvoorbeeld harp en trompet. Hij heeft er echt een orkest van gemaakt en dat weer naar mij teruggestuurd. Vervolgens heb ik de snaarinstrumenten allemaal weer gedubbeld met Maaike Peterse (cello), Jeroen Goossens (fluit) en Ben Mathot (viool), zodat het totale geluid natuurlijk overkomt. Ook deze aanpak met een orkestratie is iets nieuws hetgeen ik nog nooit had gedaan. Ik kan mij nog herinneren dat jij (interviewer) een paar jaar geleden in een interview dat ook al vroeg, maar toen was ik er nog niet aan toe. Nu was de ruimte daar wel en omdat ik wil dat het echt klinkt, ben ik er altijd huiverig voor geweest. Maar deze oplossing met het dubbelen en de hulp van Siddharta is ook meer dan prima.
Zit het er een keer in dat jij bijvoorbeeld iets gaat doen met bijvoorbeeld het Metropool orkest?
Nou, dat zou dan live zijn en dat wil ik gewoon niet meer. Ik zie mijzelf inmiddels als componist of producer en niet meer als live artiest. Dat wil ik echt niet meer. Laat mij hier in mijn studio maar muziek maken en dan ben ik een heel blij mens. Ik ben met Ayreon begonnen om niet meer live te moeten optreden. Het kost ook enorm veel tijd om bijvoorbeeld een tour op te zetten. Je moet weer socializen met mensen, repeteren, regelen en ga maar door.
Toch is voor een heleboel artiesten en bands het toeren een middel om nog wat geld te verdienen. Geldt dat voor jou niet?
Mijn voordeel is dat ik alles zelf doe. Al het geld dat binnenkomt, gaat naar mij toe. Ik hoef geen studio, geen technicus, geen producer te betalen. Ik hoef met niemand, behalve mijn partner te delen. Ik ben master-eigenaar van mijn muziek en de taak van bijvoorbeeld Inside-Out is de persing van de cd en de distributie en promotie. Ook dat kan je zelf doen, maar dan ben je er heel druk mee en je verkoopt minder omdat zij een heel groot netwerk hebben waar ze op teren. Zij hebben de exploitatie voor bijvoorbeeld zeven jaar na het verschijnen van een album. Daar krijg ik weer een percentage van. Wat betreft de liveoptredens; als ik live zou willen optreden, moet ik iedereen betalen. Dat is niet te doen. Niet alleen de optredens moeten betaald worden, maar daarbij moet je ook repeteren. Je moet ze allemaal invliegen, huisvesten in hotels en noem maar op. Ik heb het destijds met Star One gedaan. Ik heb toen enorm veel merchandising verkocht, maar toch heb ik maar net quitte gespeeld. Ik heb gewoon mazzel gehad dat ik een trouwe fanschare heb opgebouwd, die weet dat als ze een cd kopen, ook iets moois in handen krijgen door het artwork, de verpakking, dvd’s en noem maar. Ik wil ook dat mijn fans tevreden zijn met een aanschaf, ik zal daar altijd aandacht aan blijven besteden. De pre-orders gaan momenteel ook weer als een speer. Ik kom nog uit het tijdperk dat fans cd’s kochten, voor het downloadtijdperk en die blijven mij trouw.
Volg je de prog- en metalscene nog intensief, en dan met name de Nederlandse inbreng?
Ja, ik volg alles intensief. Ik lees jullie Progwereld update elke week, ik heb een abonnement op bladen als iO pages, Aardschok, Oor, Classic Rock, Eclipsed en ga zo maar door, dus ik lees bijna alles. Daarin selecteer ik niet specifiek op Nederlands materiaal. Ik ben niet het type dat binnen de grenzen denkt. Als ik iets lees dat ik interessant vind, dan schrijf ik dat op en zoek dat op You-tube. En soms levert dat mooie ontdekkingen op.
Wat vind je bijvoorbeeld van de huidige Nu-metal? Ik noem zo maar eens een paar namen als Tesseract, Periphy of Meshuggah?
Ik luister momenteel natuurlijk niet meer als fan naar muziek maar analyseer natuurlijk bijna alles. Bijvoorbeeld Tesseract vind ik heel knap, zeker als je luistert naar de djent gitaren, maar ik luister niet meer elke dag naar muziek om er puur van te genieten. De nieuwe cd van Haken vind ik momenteel ook geweldig, maar ook daar luister ik maar heel kort naar.
Wat betreft het socializen; je bent de laatste tijd erg actief met de social media. Besteed je daar veel tijd aan?
Ja, daar besteed ik toch zo ’n vier uur per dag aan. ’s Morgens anderhalf tot twee uur en ’s avonds ook. Ik heb daar gewoon tijd voor en ik vind het leuk om zien wat de mensen van mijn muziek vinden. Mensen denken dat ik een workaholic ben, maar dat valt best wel mee. Ik werk ongeveer vier tot vijf uur per dag en that’s it.
Eén van de grondleggers van Progwereld, Christiaan Bekhuis heeft ook nog een vraag voor jou; of jij ooit nog eens een symfonisch album (geen metal) gaat maken met alleen maar Nederlandse talenten?
Weetje, ik ben niet chauvinistisch aangelegd, maar ik kijk niet specifiek binnen de grenzen. Ik wil mijzelf niet binden aan alleen Nederlanders. Het klinkt wat decadent, maar ik ben nu in de positie dat ik bijna alle buitenlandse toppers kan krijgen en dan ga je je niet beperken tot die paar vierkante kilometers die Nederland rijk is. En daarbij; ik heb ze zo langzamerhand ook bijna allemaal gehad, tenminste de artiesten en muzikanten in Nederland die in mijn genre aan het werk zijn. Als je alle Nederlanders onder elkaar zet, dan heb je denk ik een indrukwekkende lijst. Ik zou mijzelf te veel moeten beperken en dat wil ik niet. Met het akoestische album van “The Final Experiment” heb ik overigens eigenlijk ook alleen maar met Nederlanders gewerkt, dus dat was al een beetje een vorm daarvan. Natuurlijk houdt ik de Nederlanders in de gaten en ze hebben in sommige gevallen zelfs een streepje voor, maar uiteindelijk gaat het mij bij het produceren van een nieuw album dat mijn fans tevreden zijn met de muziek, Nederlander, wereldburger of wie dan ook!