Interview door: Mario van Os
Datum Plaatsing: 8 Januari 2013
Unkh zag het levenslicht toen de drie Schijndelnaren Jeroen Habraken (zang en toetsen), zijn broer Maarten Habraken (drums), Theo van den Heuvel (gitaar) en Vughtenaar Matthijs van Nahuis (bas) in november 1991 de muzikale koppen bijeen staken. Liefde voor symfonische rock was wat hen bond. Gitarist Theo van den Heuvel verliet in de loop van 1993 de band. Maarten Peerlings verving hem en zo kwam de bezetting tot stand zoals deze nu nog actief is. In 2006 werd de draad weer opgepakt. Met nieuwe ideeën, nieuwe inzichten, maar dezelfde bezetting, maakte Unkh een doorstart en begon met het schrijven van nieuwe nummers. Zes jaar na deze heroprichting wordt momenteel in eigen beheer de laatste hand gelegd aan hun eerste complete album van circa 70 minuten, dat op het punt staat om afgerond en uitgebracht te worden.
In hun eigen studio in de repetitieruimte bij Cultureel Jongeren Centrum BIZZI te Schijndel had ik een interview met drie van de vier bandleden.
Om te beginnen, kunnen jullie elkaar even voorstellen?
Maarten Habraken: drums, zang en broer van Jeroen (Habraken). Jeroen maakt alle composities. Hij is toch vooral het creatieve brein van de band. Matthijs (van Nahuijs) en Maarten Peerlings zijn al ruim 20 jaar (muzikale) vrienden van ons. Behalve Unkh staan er ook diverse rockbands, DJ-sets, bigbands, soulbands, jazzcombo’s, funkbands en zelfs carnavalsgroepen op de palmares van de individuele bandleden.
Jeroen Habraken: zang, toetsen, gitaar en alle elektronica.
Matthijs van Nahuijs: bas, zang en ik schrijf ook een aantal teksten. Deze studio waar we nu zijn heb ik volledig ingericht en die beheer ik ook. Met de gemeente Schijndel heb ik daar afspraken over gemaakt.
Maarten Peerlings: gitaar (is helaas niet aanwezig bij het interview)
Kunnen jullie het ontstaan van de band even beschrijven?
Jeroen: We zijn ooit begonnen als een stel vrienden die geïnteresseerd waren in dezelfde muziek, zeg maar de ouwe-lullenprog uit de jaren ’70, zoals King Crimson, Genesis, Yes, Pink Floyd en dan ook nog een beetje Marillion.
Maarten: Ik denk dat het december 1991 is geweest dat ik en mijn broer Jeroen op een feest van gitarist Theo van den Heuvel bassist Matthijs van Nahuijs tegenkwamen. Snel bleek de liefde voor symfonische rock uit de seventies wederzijds te zijn en zo ontstond Unkh. Jeroen is nogal bedreven in het maken van composities. Hij is het creatieve brein van onze band.
Matthijs: Het is vooral ideeën spuien en dan samenvatten.
Jeroen: Thuis aan de tekentafel bereid ik het een en ander voor en in de studio wordt het dan verder uitgewerkt. Het is eigenlijk meer een kampvuur-gebeuren: gitaartje en melodietje vooraf bedacht en dan wordt daar ter plekke van alles omheen gebouwd en geïmproviseerd. Al jammend wordt een nummer vaak helemaal anders.
Maarten: We hebben in de eerste vier jaar twee albums opgenomen en lokaal veel opgetreden. In de 90’er jaren hebben we een jaar of drie echt fanatiek opgetreden. Allemaal in de omgeving, zoals Beekvliet in Sint-Michielsgestel, ’t Kelderke in Schijndel, Skunk in Wijk&Aalburg, De Stoof in Veghel, De Oase in Son&Breugel, De Werf in Sint-Oedenrode en het Citytheater en De Beurs in Schijndel.
Matthijs: Het is natuurlijk een kleine muziekscene waarin we ons begeven en dat was het toen ook al. Ook toen was het behoorlijk lastig om optredens te krijgen. Maar we wilden heel graag optreden en dat live spelen was toch wel heel erg leuk.
Maarten: Maar langzaam maar zeker kwam de klad er in. We begonnen concessies te doen in onze muziek, met hier en daar een paar covers er tussendoor. En dat was eigenlijk het begin van het einde. Er kwamen ook andere bandjes met meer optredens, de bandleden waren aan nieuwe uitdagingen toe en Unkh stopte gewoon te bestaan.
Matthijs: Het is als een nachtkaars langzaam uitgegaan.
Maarten: We hebben nog een reünieoptreden gedaan in 1996, in de Beurs te Schijndel, en dat was het toen eigenlijk.
Maar in februari 2006, ik weet eigenlijk niet meer hoe het is gekomen, zijn we weer bij elkaar gekomen om in projectvorm een album met compleet nieuw materiaal op te nemen. Zo van ‘dat gaan we dit jaar even doen’. En nu zijn we 6 jaar verder … We hebben de eerste drie jaar gebouwd aan de nummers en we zijn nu voor circa 95% klaar. En daar zijn we nu nog steeds. De spreekwoordelijke laatste loodjes. Het album was ook altijd het doel. Het live spelen heb ik ook lang tegengehouden. Ik vind namelijk dat er bij een optreden wat meer te doen moet zijn dan alleen spelen. Maar toen kwam er medio dit jaar een mooie gelegenheid naar voren. En zo stonden we op vrijdagavond 28 september 2012 in het voorprogramma van North Atlantic Oscillation in de Pul te Uden.
Noot Mario: Voor een impressie van dit optreden zie YouTube.
Hoe zijn jullie aan dit optreden in De Pul gekomen?
Matthijs: Het contact is gelegd tijdens Paaspop van vorig jaar. (Paaspop vindt elk jaar met Pasen plaats in Schijndel, MvO). Gijs de Louw, die de programmering doet bij de Pul, was stagemanager van één van de podia op Paaspop. Ik werk voor een verhuurbedrijf in licht en geluidapparatuur en dan ken je wat mensen en zo hebben we elkaar daar ontmoet tijdens een after party. Toen hij hoorde dat ik zelf ook in een band speelde, heeft hij me uitgenodigd om een keer in de Pul te komen spelen.
Maarten: Het optreden in de Pul was het eerste concert sinds 1996. En het ging heel erg goed. Ik denk dat bijna de helft van de zaal voor ons kwam. We kregen zelfs complimenten van de hoofdact over ons optreden. En dat smaakt naar meer. Op zaterdag 19 januari 2013 spelen we in De Beurs te Schijndel. Maar het blijft lastig om op dit moment goede optredens te krijgen. We willen graag meer podiumervaring opdoen.
We zijn hier in jullie repetitieruimte en studio. Nemen jullie hier alles op?
Maarten: Ja, we hebben ooit besloten om alles wat we repeteren op te nemen met clicktracks. Dat is wel het voordeel dat de studio hier van Matthijs is. De arrangementen zijn nu een stuk dikker geworden dan vroeger.
Matthijs: Onze opnamemogelijkheden zijn sterk uitgebreid, waardoor het studioproces complexer is geworden. Hierdoor kunnen we veel meer bereiken. We zitten niet meer vast aan die vier man. Een extra gitaar inmixen is geen probleem meer, een extra gitaarlaagje kunnen we gewoon doen. Dus kunnen we wel met zes gitaren tegelijkertijd spelen.
Maarten: Het produceren van het album was ook ons doel, het live reproduceren was nooit een uitgangspunt. Nu worden we wel gedwongen om dat op een of andere manier live te doen. Daarvoor zetten we een drumcomputer in en gebruiken opnamesamples. We kunnen nu live meer brengen, wat anders niet mogelijk zou zijn. Zo drum ik met de computer mee, waardoor ik wel in een keurslijf wordt gedwongen. Onze gitarist wil nog wel eens de ruimte nemen voor een solo, maar voor de rest is het heel strak, omdat we met de computer mee moeten spelen. Eigenlijk doen we hetzelfde wat Genesis vroeger deed. Het voordeel is wel, dat we alles heel strak kunnen neerzetten. We zijn ook bezig met video’s, die we nu goed kunnen timen.
Jeroen: De nummers zijn bij ons volledig gearrangeerd. Maar eigenlijk was dat vroeger ook zo. Dan kon een solo wel eens 2 seconden langer of korter zijn, maar nooit 5 minuten of zo. Op een of andere manier kom je toch altijd op hetzelfde uit wat je geoefend hebt.
Wat zijn eigenlijk jullie invloeden op muzikaal gebied?
Maarten: Zoals ik al aangaf houden we vooral van de symfonische rock uit de zeventiger jaren, zoals Genesis, Yes, King Crimson en Pink Floyd.
Matthijs: Maar onze muzikale invloeden gaan nog verder. Ik denk dat er ook invloeden van Muse, Radiohead, Talk Talk, Snow Patrol en Rush te horen zijn. Verder luisteren wij ook graag naar muziek van Shostakovich, Miles Davis, Mars Volta, Wagner, Pat Metheny, Kift, Mahler, Opeth, Bach, Magma, Animal Collective, Dirty Projectors, Mastodon, Howard Jones, Spinvis, Animals As Leaders.
Ik heb jullie gevonden via Facebook, maar daar staan jullie nog niet zo lang op. Jullie wonen slechts 10 km van mijn woonplaats, maar dit is toch de manier om jullie te vinden.
Maarten: We zijn pas kort begonnen met het promoten van onze band. Zoals gezegd moet eerst het album klaar. Het Facebook-verhaal heb ik net voor de zomervakantie opgestart. De timeline van Facebook leent zich heel mooi voor onze volledige archief. Alle oude repetities, optredens, etc. heb ik erop gezet. Ik heb mijn oude agenda doorgespit en alles erop gezet.
Matthijs: Alles wat we ooit gedaan hebben heb ik op mijn pc staan. Vroeger werd alles met een taperecorder opgenomen, wat ondertussen allemaal digitaal is gemaakt. En sinds we in 2006 zijn begonnen zijn ook alle repetities opgenomen. Wil je wat horen?
Mario: Natuurlijk, graag.
En zo krijg ik een mooie dwarsdoorsnede van hun repertoire vanaf 1991 tot nu. Dit is werkelijk mooi materiaal voor een extra bonus cd of zelfs dvd of zoiets. Matthijs houdt ook van allerlei vintage spullen. Zo is de oude taperecorder bewaard gebleven en nog in de opnamestudio aanwezig.
Vertel eens wat over de muziek die ik nu hoor?
Jeroen: Wat je net hoorde is echte Old Skool Rock en dit nummer Breathe is bijna het andere uiterste, het is bijna dance. Met Borderlines (het daaropvolgende stuk dat ik mag horen, MvO) zijn we jarenlang bezig geweest. Het nummer is vele malen helemaal veranderd, stukken zijn eruit gehaald die nu complete andere nummers vormen. En het is gewoon een paar keer helemaal over de kop gegaan.
Maarten: Het lijkt wel wat op Yes. Toen die met “Close To The Edge” bezig waren, hadden ze ruzie om één akkoord. Dat hebben wij ook gehad. Het is wel een nummer geworden van bijna 20 minuten. Er wordt ook goed aandacht gegeven aan teksten.
Jeroen: Het heeft het thema van een reisverslag gekregen. Daarmee is het deels autobiografisch. Dit deel (part 2) gaat over mijn eerste autoreis naar mijn vriendin, die woonde toen in Frankrijk. Vrijdagsavonds na het werk reed ik daar dan naar toe. Live hebben we hier dan een gedicht bij dat er overheen wordt uitgesproken. Het andere deel van Borderlines part 1 gaat dan weer over mijn reis naar Canada.
Willen jullie dit thema ook meegeven aan het album?
Maarten: Ja, dat is wel de bedoeling. Het wordt geen conceptalbum, maar een centraal thema gaat het wel bevatten.
Jeroen: En bij het volgende album wordt het thema “Brabantse sagen en legendes”, zoals ’t “Heuk manneke”. Brabanders onder ons weten nu waar we het over hebben: “Blijf van dieën kuil weg, want ’t mênneke mi d’n haok vat oe bij oew kleer en trekt oe mi duvelsgeweld ’t waoter in”.
Hoe zijn jullie aan de naam Unkh gekomen?
Maarten: Dat weten we eigenlijk niet meer precies. Maar we houden het er maar op dat het een verbastering is van het Ankh-teken. Dat is een van de bekendste oude Egyptische symbolen en staat voor de aanwezigheid van een andere dimensie, of het hiernamaals/eeuwige leven.
Wat zijn jullie plannen voor de komende tijd?
Maarten: Bovenaan de to-do-lijst staat het afronden van het album. We zijn nu ook bezig met het verkennen van de mogelijkheden tot distributie ervan. Het optreden in het voorprogramma van North Atlantic Oscillation heeft ons een boost gegeven om ons ook meer te richten op liveshows. Vooral als het gaat om het bereiken van nieuw publiek en de visuele invulling van de concerten. En heel voorzichtig durven sommige bandleden al weer vooruit te denken naar het volgende album…
Hebben jullie nog een boodschap voor de Progwereld-lezer, of iets leuks wat je wilt delen?
Je kunt live kennis maken met Unkh op zaterdag 19 januari 2013 in Tapperij De Beurs in Schijndel, waar we het grootste gedeelte van het nieuwe album live gaan spelen. Gratis kom-in! En je kunt altijd het actuele reilen en zeilen van Unkh volgen via www.facebook.com/unkh.nl.