Italiaanse prog springlevend in Genua
Interview met La Coscienza Di Zeno

door Fred Nieuwesteeg en Markwin Meeuws

Fred Nieuwesteeg en Markwin Meeuws vlogen op kosten van Progwereld met de PW-privéjet naar Genua voor een exclusief interview met de Italiaanse formatie La Cosicenza di Zeno, die eerder dit jaar zijn derde cd “La Notte Anche Di Giorno” heeft afgeleverd. In ‘La Superba’ troffen zij gitarist Davide Serpico en toetsenist Stefano Agnini en die hebben zij onder het genot van een bordje Trofie al Pesto behoorlijk aan de tand gevoeld.

10369224_10203721333291877_5711027585229222549_n

‘La Notte Anche Di Giorno’ is alweer jullie derde album, en het gaat over twee vrouwen, met ieder een apart verhaal. Kunnen jullie iets vertellen over het thema en het concept van de plaat?
Stefano:  Het album is opgedragen aan twee specifieke vrouwen die ik in de loop van mijn leven ben tegengekomen. De eerste was een vriendin van het gezelschap waarin ik verkeerde (wij waren ‘darks’ of ‘goths’) die vorig jaar zelfmoord pleegde. De andere is een oude beeldhouwster en partizaan gedurende WOII die ik leerde kennen tijdens een interview voor een radiozender. In dit muziekstuk zijn de twee vrouwen te zien als twee zijden van dezelfde munt door hun tegengestelde reacties op het ‘mal de vivre’. We probeerden in de teksten een zoveel mogelijk realistisch blik op de fictieve gebeurtenissen te hebben.

Het nieuwe album lijkt meer dan voorgaande albums de bekende jaren ’70- periode van de Italiaanse symfonische rock te omarmen. Zeker het gebruik van meer klassieke instrumenten als viool, cello en piano lijken dit te accentueren, en invloeden van Alusa Fallax en Quelle Vecchia Locanda zijn evident. Hoe is jullie kijk hierop?
Davide: Op het eerste album was Stefano Agnini de enige echte ‘expert’ op het gebied van ‘vintage’ keyboards. Onze vorige tweede toetsenist, Andrea Lotti, was meer geïnteresseerd in modernere geluiden, vandaar het lichte neoprog-geluidje van het debuut. Sinds Luca Scherani in de groep is gekomen, en zoals je weet is hij bekend van zijn werk met Fabio Zuffanti en ook solo, hebben we ineens nog iemand die gecharmeerd is van analoge synthesizers. Stefano is er iets meer in thuis, maar het scheelt niet veel. Luca heeft zelfs pas zijn ouderwetse string ensemble van Stefano overgenomen! Ze leren elkaar veel trucs, geven elkaar tips en houden elkaar qua ontwikkelingen scherp.
Het is ook een feit dat veel Italiaanse bands zich in de jaren ’70 een Mellotron niet konden veroorloven, dus gingen ze op zoek naar vergelijkbare merken en kwamen uit bij toetseninstrumenten van bijvoorbeeld Crumar en Solina. Die geven toch een tamelijk ander geluid, en zo komt het volgens mij dat Italiaanse prog altijd ietsje anders klinkt. En aangezien wij ons daar weer door laten inspireren, brengt dat herinneringen te boven aan Goblin, Alusa Fallax, Lucio Battisti en heel veel andere bands!

Stefano: Och, hemel, hoe kan ik deze vraag beantwoorden zonder niet gelijk een lofrede te houden op oude ‘vintage’ instrumenten. Ik zoek altijd naar obscure Europese bands, lang niet altijd Italiaans, en kom dan uit bij onbekende grootheden als Jacula, Lydia en Hellua Xenium, en noem ze maar op. Maar aangezien ik slechts één lid van de band ben, breng ik mijn invloeden naar de overige groepsleden, met hun smaak, technische mogelijkheden en culturele achtergronden, en zie wat er van komt. CDZ is naar mijn idee uniek in zijn realistische benadering van muziek waarbij de tekst leidend is, zodat je ook uitkomt bij bands als Jumbo, Showmen 2 en I Giganti. Uiteindelijk vind ik dat neoprog-invloeden opnemen in de muziek van CDZ ook niet zo raar, daar ook dit inmiddels al geschiedenis is, en wij daaruit rijkelijk putten en ons door laten inspireren.

10885473_10205717452324063_851388480886061290_n

CDZ is nu een band met zeven leden. Hoe houden jullie het bij elkaar en hoe blijft iedereen tevreden met het eindresultaat? Is er een ‘belangrijkste’ componist of is het een volkomen democratische aangelegenheid?
Stefano: er is geen hoofdcomponist net als op “Sensitività”. Maar we hebben verschillende benaderingen: ik ben de instinctieve en ik schrijf het zogenaamde in de 19e eeuwse ‘muziek en programma’. In het bijzonder ingegeven door mijn wens om gevoelens en verhalen uit te dragen geef ik er de voorkeur aan mijn nummers alleen ’s nachts te schrijven, zeker een delicaat en moeilijk stuk als Giovane Figlia. Maar de eerste ideeën voor de arrangementen kwamen van Luca. We proberen elkaar te helpen, ook al zijn er veel verschillen in muzikale voorkeuren. We hebben twee keyboardspelers om een meer symfonisch keyboard-georiënteerd geluid te krijgen, in de traditie van Banco (del Mutuo Soccorso) en vele andere bands. Luca is sterk bepalend voor de orkestrale opzet en hij is een zeer getalenteerde muzikant die met veel gevoel speelt, dus…waarom niet?

Wat is precies Davide’s rol in CDZ? Is zijn rol niet een beetje in gevaar, als we niet alleen met twee keyboardspelers, maar ook met de voorgenoemde toename van andere solo-instrumenten te maken hebben? Wanneer maakt Davide zijn “Voyage Of The Acolyte”?
Davide: Ik denk niet dat mijn rol als gitarist in CDZ in gevaar is. In het algemeen kunnen we zeggen dat de gitaar een instrument  is met een uitgesproken geluid en het is essentieel dat je dit voortdurend luid en duidelijk kunt horen. Echter, ik weet niet of alle gitaristen zich op hun gemak zouden voelen om met zoveel instrumenten samen te spelen… om precies te zijn, er gaan geruchten dat gitaristen nogal haantjes zijn die bang zijn om de tweede viool te moeten spelen. Dit is niet het geval! Ik denk dat in een symfonische band als CDZ alle muzikanten moeten begrijpen dat alle instrumenten in een goede balans moeten zijn, om het geheel, de dynamiek en de emotionele component van een nummer te verbeteren in plaats van als solo-instrument op de voorgrond te treden. Recent hebben we live “La Notte Anche Di Giorno” gespeeld met cello en fluit. Dus heb ik meer dan eens de geluidsman moeten uitleggen dat ik een beetje afwijk van het beeld van de typische gitarist en dat, indien nodig, het volume van de gitaar omlaag moest worden bijgesteld om andere instrumenten meer op de voorgrond te laten treden. Misschien om die reden heb ik geen plannen voor een soloalbum: ik zie het progressieve als een collectieve operatie, zo complex  dat de deelname van verschillende geesten nodig is. In de nabije toekomst zou ik meer tijd willen steken in het vierde (!) CDZ album… maar wie weet wat de toekomst brengt…?

Wat is de invloed en het belang van het label AltOck/Fading, dat als label bekender is om zijn avant-prog-uitgaven, en hoe ondersteunen en promoten ze jullie muziek?
Davide: we hebben in AltrOck een geweldig label gevonden, maar bovenal een geweldige producer. Marcello Marinone is een echte vakman: tijdens het vervaardigen van de cd gaf hij talloze suggesties en meestal had hij gelijk! Ik ken zijn promotieplannen echt niet, maar ik maak me geen zorgen: hij kent zijn vak!

Er komt heel veel progressieve rock uit Genua. Is hier een verklaring voor, denk je? We weten natuurlijk dat jullie zanger Alessio Calandriello in Not A Good Sign zingt, maar hoe zit het met de andere bandleden? Zijn die ook bij andere bands en projecten betrokken?

Davide: La Coscienza di Zeno is een tamelijk jonge band, maar zijn leden zijn zeer ervaren: zij werkten of werken nog met enkele van de meest belangrijke namen uit de regio! Onze drummer Andrea komt bijvoorbeeld van Finistere, Malombra en ontmoette Luca Scherani in de cast van Merlin The Rock Opera. Luca werkt nog steeds voor Hostsonaten en Il Segno del Comando. Gabrielle, onze bassist, werkte met Il Tempio Delle Clessidre en Not A Good Sign… muziek houdt nooit op, we leven in een prachtige stad vol met talent en vriendschap. Wat zouden we nog meer kunnen wensen?

Stefano: ja, in samenwerking met Fabio Zuffanti ben ik met een nieuw project bezig genaamd La Curva Di Lesmo met veel gasten als Jenny Sorrenti. Binnenkort, zeker dit jaar nog, komt er  een album uit. Genua werd in de jaren ’60 ‘het kleine Liverpool’ genoemd. Het was een belangrijke stad voor beat, prog en songwriters.

Wat zijn jullie plannen voor de toekomst, zowel op korte termijn (tour enz.) en op langere termijn (meer cd’s, projecten enz.)?

Davide: de toekomst zit vol hoop en mogelijkheden die we moeten pakken. We doen een optreden in Genua in mei en misschien iets in het zuiden van Italië ook dit jaar nog. In februari 2016 echter spelen we in Nederland op Prog Not Frog! Ik kan niets meer zeggen over optredens, maar die zullen er zeker komen. En, na onze nieuwe cd een tijdje live te hebben gespeeld, beginnen we aan onze vierde te werken, waarvoor we al ideeën hebben, ook om nieuwe formules toe te passen, dat is iets dat we heel belangrijk vinden, zeker na een ‘bijzonder’ werkstuk als “La Notte Anche Di Giorno”. Maar helaas kunnen we er nog niet meer over vertellen…

Fred, die de streek Liguria waarvan Genua de hoofdstad vrijwel jaarlijks bezoekt, heeft van de mannen van CDZ een uitnodiging gekregen om hen een keer te komen opzoeken als hij toch in de buurt is. Later dit jaar komt dat er misschien van. Dat zou wat wezen: een bezoek aan de oefenruimte en hoogstpersoonlijk vragen om verzoeknummers te spelen en tussen de glazen Barolo door nog enkele vragen in het Italiaans stellen aan de band. Hoe dicht kun je bij een progband komen? Wie weet…

304116_232087613518250_914261252_n