De Franse band Abacab mag dan wel met de ep “Les 3 Couleurs” debuteren, onervaren zijn de muzikanten allerminst. Abacab is namelijk een voortzetting van het begin jaren ’90 opgerichte theater-/rockgezelschap Contresens, dat met hun door Genesis en Pink Floyd beïnvloede muziek al vijf cd’s maakte en ongeveer 200 keer in eigen land optrad. Met dit nieuwe project gaat het zestal op zoek naar een avontuurlijk neo-proggeluid.
Deze zoektocht heeft dit 23 minuten durende concept opgeleverd dat naast drie volledige nummers ook twee zogeheten ’transition titles’ (overgangsnummers) bevat. Dit zijn in feite niet meer dan wat geluidseffecten die als intro dienst doen voor de ‘echte’ nummers. Waar het allemaal om gaat zijn drie stukken Ne Me Dérangez Pas!, het titelnummer Les 3 Couleurs en La Source. Hierin combineert de band prog, metal, pop en experimentele muziek. Ze doen dit met behoorlijk veel virtuoos spel en omdat de heren kunnen bogen op een jarenlange ervaring klinkt alles vrij gedisciplineerd. Het geheel klinkt strak en afgemeten, maar denk niet dat Abacab een steriele, zielloze band is.
Met passie hebben ze hun originele muziek neergezet. Dankbaar maakt de band daarbij gebruik van de uitbundigheid van de in het Frans zingende frontman Thomas Boulant. Kenmerkend voor de band zijn tevens de krachtige gitaarpartijen, de tegendraadse ritmes en het moderne toetsenspel waarbij de toetsenist van dienst, Guillaume Wilmot z’n vingers geen moment rust heeft gegund met allerlei loopjes, riedeltjes, solo’s en andere pianistisch ingestelde partijen. Een eigenzinnige mix dus in de schaduw van Dream Theater, IQ en Gentle Giant.
Hoe men erbij is gekomen om de naam Abacab te kiezen is onbegrijpelijk want de band heeft niks maar dan ook werkelijk helemaal niks gemeen met het bewuste Genesis-album. Zelfs de link met Genesis is er amper. De meeste raakvlakken vertoont de band nog met hun landgenoten Nemo. Die band combineert immers ook krachtige gitaar met niet-metal drums en theatrale zang zoals bij Ange en Mona Lisa.
Abacab onderscheidt zich met vrij drukke, ritmische muziek die nergens uit de bocht is gevlogen. Sterker nog: de band heeft de paden der toegankelijkheid nimmer verlaten. Het is dan ook zeer prettig dat deze ep gaandeweg steeds meer gaat aanspreken. Het korte Ne Me Dérangez Pas heeft een nog wat akelige synthesizerlijn die doet denken aan een zingende zaag, maar nadat het tempo naar beneden is gegaan, volgt een prima toetsensolo. Ook het gecomponeerde slot van het nummer is oké. De acht minuten van het titelstuk zijn uitstekend, maar weinig memorabel. Echter als gitarist Arnaud Catouillard aan het eind wat meer van zich laat horen wordt het genieten. De fijnafstelling is dan nagenoeg perfect. Die zelfde Catouillard maakt van La Source een hemels festijn. Hij kan hier excelleren omdat zijn kompanen ook zo voortreffelijk bezig zijn en dan met name toetsenist Wilmot die met heerlijk Oldfield-achtige partijen komt. Dit nummer is het meest neo-prog van de drie. Het is geweldig.
Dit beloofd wat! Deze ep is nog maar de voorbode op wat komen gaat en als dat betekent dat de band een nummer als La Source gaat overtreffen moeten velen op hun qui-vive zijn.
Dick van der Heijde