De storm van nieuwe Poolse neo-prog band is weer een beetje gaan liggen. Zo tussen 2005 en 2010 was de aanwas van nieuwe bandjes niet te stuiten. Er zaten flink wat bands tussen die na één album nooit meer iets nieuws uitbrachten en bands die gevestigde namen werden als Riverside en Believe. De Poolse progbands van vroegere tijden, zoals Quidam, laten het juist behoorlijk liggen. Een band die al sinds 1994 meedraait in de progwereld en die maar kwaliteit blijft maken is Albion.
Vijf jaar was het stil rond dit drietal, maar met “The Indefinite State Of Matter” laat de band opnieuw van zich horen en bewijst nog steeds tot de top van de (Poolse) neo-prog te behoren. De zes nieuwe tracks staan stuk voor stuk als een huis en worden met elke luisterbeurt alleen maar sterker.
Een nummer opbouwen en de spanning vasthouden, daarin blinkt deze band uit. Het instrumentale openingsnummer Particle Of Soul is daar al een perfect voorbeeld van. Met een uitstekend gevoel voor doseren weet de band het op te bouwen tot een heerlijk nummer met een dito gitaarsolo. Het gaat feiloos over in het sfeervolle When I See The Light. De altijd aanwezige toetsen van Krzystof Malec en het prachtige subtiele basspel van Krzystof Wyrwa zorgen voor een mooie basis. Het gitaarspel van Jerzy Antczak wordt prachtig door het geheel heen verweven. Zijn solo’s zijn een genot voor het oor. Zijn spel doet bij vlagen denken aan dat van Enrico Pinna (Karnataka) en zijn landgenoot Piotr Grudzinski (Riverside). Hoogtepunt is zijn minutenlange solo in Childrens Rhyme.
Zangeres Katarzyna Sobbowicz-Malec drukt mooi haar stempel op het geheel. Ze lijkt wel een vrouw met twee gezichten. Zo klinkt ze lief en ingetogen, zoals op When I See The Light en Airborne maar in bijvoorbeeld Childrens Rhyme trekt ze alle registers open en zit er een mooi fel randje in haar stem. Jammer alleen dat haar uitspraak van het Engels niet heel best is. Zonder songteksten erbij is het lastig te verstaan.
Het is met name de sfeer van de muziek die deze band zo bijzonder maakt. Het geluid van het Duitse Frequency Drift komt er enigszins bij in de buurt. De muziek heeft een bepaalde gelaagdheid waardoor niet direct alles prijs gegeven wordt. Het afsluitende Fear is daar een goed voorbeeld van. Het opent filmisch met vergezichten uit het toetsenarsenaal van Krzystof Malec, maar na interventie van de drums krijgt het nummer met pittige gitaarriffs weer een heel ander gezicht. Het instrumentale nummer blijft gelukkig het filmische houden.
Het drietal is er uitstekend in geslaagd om een nieuw hoofdstuk aan het sterke oeuvre toe te voegen. Deze plaat verdient het om gehoord te worden.
Maarten Goossensen