Buaas, Anders

Trollringen

Info
Uitgekomen in: 2025
Land van herkomst: Noorwegen
Label: Apollon Records
Website: https://andersbuaasmusic.com/
Genre: folk, progressieve rock
Tracklist
Prologue (3:07)
Opening Credits (4:05)
Best I Can Be (4:48)
Intermission (1:58)
Trollringen (8:28)
Sunrise (4:18)
The Balance of Being One (5:22)
The Last Drop (4:24)
As I Draw My Last Breath (8:10)
End Credits (4:24)
Anders Buaas: gitaar, basgitaar, toetsen, percussie

Met medewerking van:
Joakim Biondi: piano, Seaboard
Steinar Børve: sopraansaxofoon
Tim Condor: zang
Rune Erling Pedersen: drums, percussie
Dakota Holden: pedal steel
Gethyn Jones: cello
Miriam Kjølen: zang
Rebecca Nøsterud Isaksen: viool
Henrik Madsen: drums, percussie
Bjørn Riis: eerste gitaarsolo op The Balance Of Being One
Rob Shepley: viool, altviool
Tazzy: additionele beats
Tanya Wells: zang
Tollringen (2025)
The Edinburgh Suite (2022)
Tarot (2021)
Larvik Improvisation 2 (2021)
Larvik Improvisation (2020)
The Witches Of Finnmark III (2019)
The Witches Of Finnmark II (2018)
The Witches Of Finnmark I (2017)

Anders Buaas is een kundig gitarist, woonachtig in Larvik, Noorwegen. In de periode 2017 – 2024 heeft hij zeven instrumentale albums gemaakt, waaronder het tijdens de lockdown gecreëerde “Larvik Improvisations”. Op dit tweedelige werkstuk heeft hij zich laten inspireren door de mooie plekjes van zijn stad. In deze nummers (die alle terug te vinden zijn op YouTube) valt zijn subtiele, smaakvolle manier van spelen op. De albums werden goed ontvangen. Ook drummer Marco Minnemann en bassist Tony Franklin waren onder de indruk en besloten om op “The Edinburgh Suite”, het vorige album van Buaas, een gastrol te vertolken. Het hier besproken “Trollringen” is zijn eerste vocale album en dat pakt niet verkeerd uit, dat had makkelijk wel gekund.

Het album is namelijk losjes gebaseerd op het gelijknamige boek van Sigurd Hoel en dat gaat over een gewelddadige gruwelmoord waarvan ik je de details maar zal besparen. Echt van toegevoegde waarde is het niet, de sfeer van de muziek is over het algemeen juist lieflijk en mooi met een hoofdrol voor de akoestische gitaar. Regelmatig krijgt deze Mike Oldfield-achtige progressieve folk een elektrische gitaarsolo voor z’n kiezen richting David Gilmour of Robert Fripp en ook de toegevoegde echte strijkers verrijken de sfeer. Het is allemaal buitengewoon genietbaar, niet spectaculair, maar boeiend is het zeker.

De karakteristieke sfeer van het album wordt direct al goed neergezet in het openingsnummer Prologue, waar de akoestische gitaar fraaie ondersteuning krijgt van Buaas met z’n gloedvolle soundscapes en het spel van Dakota Holden op de pedal steel. Ook de warme zang van Miriam Kjølen past als gegoten. Met de onmiskenbare Oldfield-inspiratie van het daaropvolgende  instrumentale Opening Credits krijgt het album een flinke injectie richting folk. Als je dan hoort hoe de elektrische gitaar zich bezighoudt met een accordeon-achtige melodie, zou je geneigd zijn dit te bestempelen als folkloristisch. Toch is dit een degelijke compositie die niet bepaald thuis hoort op het plein. Met het prachtige Best I Can Be onderstreept Buaas z’n gevoel dat de muziek verschillende kanten van het genre moet belichten. De zang van Tanya Wells krijgt omlijsting van enkele strijkers en dat is op z’n minst feeëriek te noemen. Buaas heeft het allemaal goed voor elkaar.

Hoogtepunt naar mijn idee is het instrumentale titelnummer Trollringen waar Steinar Børve met z’n sopraansax een haast filmische gloed aanbrengt. Het nummer luidt een fase in waar alles muzikaal een tikkeltje meer betekenis lijkt te hebben. Zo is daar The Balance Of Being One, een nummer met een wervelende gitaarsolo van Bjørn Riis, waarna Buaas zelf de solo vervolgt. De zang wordt hier verzorgd door Tim Condor, een goede keuze. Meestal is een zeurderige stem geen echte verrijking voor de muziek, maar op de twee nummers van dit album waarop Condor te horen is, klinkt hij met z’n zeurtje juist geweldig. Als er dan ook nog momenten zijn met slepende strijkers heeft het nummer genoeg in zich voor een opgestoken paar duimen. Het instrumentale The Last Drop, dat tussentijds ook nog voorbij komt, is een temperamentvol gebeuren richting Andalusië. En dan is het alweer tijd voor de afsluiter. In End Credits doet Buaas alles zelf en dat levert een melodieus nummer op met trekjes van Runrig.

Al met al heeft Anders Buaas met “Trollringen” een uitstekend album afgeleverd. De vier vocale nummers passen prima tussen de instrumentale en dat getuigt van smaak. Folk is een genre waar een brede groep muziekliefhebbers wel oren naar heeft. Ik zie kansen voor Buaas en z’n integere werkstuk.

Send this to a friend