“Chimera” is goed maar haalt het niet bij “II=I“. De composities zijn sterk maar niet briljant en daar waar “Chimera” met Going Under één echt hoogtepunt telt kan “II=I” leunen op een hele serie toppers, waaronder Two Is One, Reaching Deep Within, One In My Head en Castaway. Zo, dat is eruit.
Het Zweedse Andromeda bestaat al sinds 1999 en speelt sinds 2003, het jaar waarin mijn geliefde “II=I” het levenslicht zag, in ongewijzigde bezetting. Dat wil zeggen, alleen bassist Fabian Gustavsson heeft in 2004 zijn plekje tijdelijk afgestaan aan Gert Daun – overigens reeds aanwezig in de originele line-up – maar eerstgenoemde was er vanaf “Chimera” gewoon weer bij. Altijd een goed teken als een band gedurende langere tijd de neuzen eenzelfde kant op heeft staan. Het komt de kwaliteit van het eindresultaat doorgaans flink ten goede en “The Immunity Zone” vormt hierop geen uitzondering.
Als audiofiel heeft Andromeda bij mij een streepje voor want ik ken eigenlijk geen progmetalband die met een beter geluid de studio verlaat. En dan maakt in dit kader het karakteristieke en geraffineerde drumgeluid van Thomas Lejon – mede bekend van A.C.T – wellicht nog de meeste indruk. Werkelijk een genot voor het oor zoals ’s mans verrichtingen ook nu weer op schijf zijn vastgelegd. Het drumwerk is sowieso in hoge mate bepalend voor het totaalgeluid, behoorlijk divers, inventief en altijd doeltreffend. Luister bijvoorbeeld eens naar Slaves Of The Plethora Season waar Lejon er in centrale positie lustig op los roffelt, te midden van de straffe, hier nogal sobere gitaarriffs van Reinholdz en het in toenemende mate eigenzinnige toetsenwerk van Martin Hedin. Kent deze track een meer recht-toe-recht-aan benadering (naar Andromeda begrippen dan), veel complexer is het indrukwekkende en fraai gelaagde Censoring Truth. Hoewel ik naarmate de progjaren vorderen steeds meer songgericht word en minder onder de indruk raak van louter techniek op zich, zijn de tempowisselingen hier een regelrechte voltreffer en vertragen ze de song nergens.
En gelukkig, ook het prachtige Castaway heeft nu met Worst Enemy zijn evenknie gekregen, vooral dankzij de warme meerstemmige vocalen, maar mede door de meer lichtvoetige muzikale aanpak daar waar die op dit album overwegend donker gekleurd is. Goed voorbeeld van dit laatste statement is My Star. De vervormde zang over het sinistere gitaarspel met enkele pinnige solo’s, de luguber klinkende toetsen en de loodzware baspartijen leveren met elkaar een puike prestatie en markante song.
Flagrant bewijs van de weer opgaande compositorische lijn is het sterke Shadow Of A Lucent Moon. Technische perfectie is alom aanwezig maar volledig ondergeschikt aan de song zoals het naar mijn mening ook hoort. Over techniek gesproken, men heeft de cd nog een flinke staart gegeven met het ruim zeventien minuten durende Veil Of Illumination. Een song die briljant zou zijn als men de vier minuten fröbelen in het midden eruit had gelaten. Persoonlijk word ik bloednerveus van het instrumentale flipperkastgeluid dat veel te lang doorgaat en onbedoeld juist de kracht van de overige songs op dit album aantoont. Doodzonde van de eerste en laatste vijf minuten van dit nummer die zeer de moeite waard zijn.
Werd “Chimera” voorheen uitgeroepen als representatief voor de Andromeda-sound – overigens niet door ondergetekende – inmiddels hebben we daar met “The Immunity Zone” een meer waardige opvolger voor gekregen. De band volgt met zijn songgerichte benadering wel de lijn van “Chimera” maar weet de frisse en technische aanpak van “II=I” moeiteloos te vervlechten met eigentijdse composities die de toets der kritiek nu wél ruimschoots doorstaan. Wat je noemt ‘back in business’!
Govert Krul