Een tijdje geleden, op 3 oktober 2009 om precies te zijn, trok een berichtje in de (Vlaamse) krant De Standaard mijn aandacht. Het artikel, getiteld ‘Drie Eigengereide Belgen’, was onder meer een korte recensie van het nieuwe album van Aranis. Kijk, zoiets doet me nu enorm veel plezier. Dat een beloftevolle band die niet gewoon braaf de meest gangbare stroming volgt, toch ook in de vaderlandse pers een beetje aandacht krijgt. Of ze daardoor nu echt bekender worden in de algemene muziekwereld betwijfel ik ten zeerste, maar de aandacht alleen is al mooi.
Maar er is dus een nieuwe Aranis, hun derde album ondertussen al. Wat “Aranis II: Music For An Imaginary Film” kenmerkte was voornamelijk de stap vooruit die de band nam ten opzichte van hun debuut. Natuurlijk hoop je dan dat met hun derde album Aranis weer een stap vooruit gezet heeft of tenminste geen kopie van hun vorige album gemaakt heeft. Gelukkig kan ik nu al meedelen dat die hoop gegrond is. “Songs From Mirage” is alweer een heel ander album én een stap vooruit voor Aranis.
Het eerste wat ongetwijfeld meteen zal opvallen, is dat er voor het eerst zang aanwezig is bij Aranis. Waar de vorige twee albums nog volledig instrumentaal zijn, krijgt de band hier het gezelschap van drie zangeressen. Het behoeft natuurlijk geen betoog dat deze toevoeging cruciaal is voor de toon van het album. De vraag is dan ook wel of dit wel bij Aranis past. Want instrumentaal staan ze al zeer sterk. Hebben de composities van bandleider Vanvinckenroye wel baat bij zangeressen? En alweer moet er hier affirmatief geantwoord worden. De zang van onze drie zangeressen kan vergeleken worden met de Belgische folkband Laïs of met wat Stella Vander bij Magma doet.
Ondanks de aanwezigheid van deze zang, staan de composities niet slechts in dienst van de zang. Integendeel, we spreken hier over een extra instrument dat wel degelijk mee in dienst staat van de composities en aldus van de muziek zelf. En die is weer zoals we van Aranis gewend zijn ondertussen, van een erg hoog niveau. Alweer geïnspireerd op wat hun (en de mijne) landgenoten van Univers Zero jaren geleden startten, worden ook Aranis’ nummers donkerder. Er ligt een zware, neerslachtige maar ook melancholieke ondertoon in de nummers. Net als voornoemde band grossiert ook Aranis in complexe vaak dissonante ritmes. Ook kiest Vanvinckenroye nog steeds voor een benadering die muzikaal vaak meer aan klassiek doet denken, wat hen verbindt met het Antwerpse DAAU of met Julverne.
Net als op de vorige twee albums, ontbreekt hier nog steeds enige vorm van percussie, wat voor een stuk misschien de klassiekere benadering van Vanvinckenroye verklaart. Dit geeft eigenlijk, hoe vreemd het moge klinken een extra dimensie aan de muziek. Vaak wordt percussie gebruikt om de muziek wat meer karakter te geven, wat voller te laten klinken of een duidelijk ritme in te leggen. Dat is hier absoluut niet nodig. Met de instrumenten die de band tot zijn beschikking heeft, klinkt het als een heel vol geheel. Deze band heeft helemaal geen percussie nodig. Maar toch zal de band voor hun volgende tour die hun volgende album zal voorafgaan wel een drummer aan de band toevoegen. Naast toetsenist Pierre Chevalier zal namelijk ook drummer Dave Kerman (allebei ook leden van de Belgische band Present) de samenstelling van Aranis versterken. En dat is natuurlijk Aranis ten voeten uit. Elk album, elke tour probeert de band iets nieuws toe te voegen aan hun al bekende sound. Deze keer de drie zangeressen, volgende keer de percussie. Aranis zal nooit twee keer dezelfde plaat maken, ze willen zichzelf blijven vernieuwen.
Al met al is deze “Songs From Mirage” van Aranis alweer een erg sterk album geworden. Ze vernieuwen zichzelf, maar blijven tegelijkertijd ook zichzelf trouw. En ze zullen zich blijven vernieuwen. Aranis toont zo nog maar eens aan één van de meest originele bands uit België te zijn. Alleen daarom verdienen ze al meer aandacht te krijgen, ook vanuit de progscene.
Peter Van Haerenborgh