BADdo

Kruk

Info
Uitgekomen in: 2024
Land van herkomst: Polen
Label: Lynx Music
Website: http://www.baddo.com.pl/
Tracklist
Neverland (5:05)
Gdzieś Są Ogrody (4:10)
Miłość Po Grób (4:34)
Po Co Jest Ta Gra (5:18)
Złodziej (2:41)
Nowy Dzień (6:08)
Przebudzenie (6:08)
Jeszcze Raz (4:58)
Nie Wierzę Wam (4:02)
Tu I Teraz (3:34)
Tomasz Wiśniewsk: zang, gitaar
Wojciech Bembenek: gitaar
Krzysztof Walczyk: toetsen
Krzysztof Nowak: basgitaar
Dariusz Nawara: drums
Kruk (2024)
Jeszce Raz – ep (2023)

Kruk was een Poolse hardrockband die in 2001 het levenslicht zag. Ze brachten een paar cd’s uit en stonden op het podium met (in het voorprogramma van) bands als Uriah Heep, Deep Purple, UFO en Thin Lizzy. En ze hielden op te bestaan. In 2023 ontmoetten de oud-leden elkaar weer en met een andere gitarist ging het spul nieuwe muziek opnemen. Dat resulteerde in een cd, uitgebracht onder de bandnaam BADdo, met als titel de oude bandnaam.

Type randgevalletje dit, want op “Kruk” maken deze Polen onvervalste hardrock. Dat is ook geen verrassing als je mijn ultrakorte biografie erop naleest. Het is goed zoeken naar de door ons zo verlangde progelementen. Met Tomasz Wiśniewsk hebben ze een klassieke hardrockzanger in de gelederen, die een aardig keeltje kan opzetten en een galm in zijn stem heeft; niet zo erg als James Labrie natuurlijk, en gelukkig ook maar. Hij speelt in alle nummers een hoofdrol, al kan ik van zijn Poolse teksten geen chocola maken. Na een schreeuw aan het begin van het eerste pittige uptempo nummer Neverland, blijft hij best aardig tussen de lijntjes.




Met slechts lichte variatie voltrekken de nummers zich volgens een voorspelbaar patroon. Na een intro krijgen we een zangpartij, met hele saaie achtergrondmuziek. Krzysztof Walczyk gooit er dan vaak een Hammond-solo tegenaan en Wojciech Bembenek verzorgt de al even voorspelbare gitaarsolo. En dat doen ze helemaal niet slecht, in ieder nummer zijn die solo’s iets om naar uit te kijken, na die toch heel matige vocale stukken. De muziek is stevig, maar niet keihard, daarom plak ik er ook het etiketje AOR op. Zet eerder genoemde bands ook uit je hoofd als referentie.

Een swingend gitaartje zwengelt Gdzieś Są Ogrody aan. In die stijl soleert Bembenek later ook, om ook nog een duel met Walczyks orgel aan te gaan. Jeszcze Raz start rustig met piano en een pingelgitaartje. Achter de zang (gaap) doemen strings op. De synthesizersolo is heerlijk, de gitarist neemt het direct daarna het stokje over voor een lange solo. Hier veert de progmens van op!

 




De onvermijdelijke ballads ontbreken dus evenmin, maar dit zijn draken van nummers. Als Wiśniewsk zingt en de rest van band plichtmatig voor muzikale opvulling zorgt, komt de ondergrens in beeld. Als gezegd zorgen de soli op gitaar en toetsen ervoor dat ik toch dit stukje schrijf. Het helpt dat ik vroeger een portie hardrock wel kon waarderen, anders was ik vast voortijdig afgehaakt.

Send this to a friend