Baroness

Blue Record

Info
Uitgekomen in: 2009
Land van herkomst: Verenigde Staten
Label: Relapse Records
MySpace: www.myspace.com/yourbaroness
Tracklist
Bullhead's Psalm (1:20)
The Sweetest Curse (4:31)
Jake Leg (4:23)
Steel that Sleeps the Eye (2:38)
Swollen and Halo (6:35)
Ogeechee Hymnal (2:36)
A Horse Called Golgotha (5:21)
O'er Hell and Hide (4:22)
War, Wisdom and Rhyme (4:26)
Blackpowder Orchard (1:01)
The Gnashing (4:18)
Bullhead's Lament (2:59)
Pete Adams: gitaar, zang
Allen Blickle: drums
John Dyer Baizley: zang, gitaar, piano
Summer Welch: basgitaar
Blue Record (2009)
Red Album (2007)
A Grey Sigh in a Flower Husk (ep) (2007)
Second (ep) (2005)
First (ep) (2004)

Zoals het artwork van hun debuut, het “Red Album” uit 2007, al suggereerde, heeft Baroness, een gezelschap uit het Zuiden van de V.S., een bovenmatige interesse in psychedelische rock uit de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw. Gezien de surrealistische afbeelding en het technicolour aanzien ervan zou ook de voorkant van hun meest recente album, “Blue Record”, niet misstaan op de hoes van een plaat uit 1969.

Desalniettemin is Baroness geenszins de zoveelste band die wanhopig de mythische tijd van de hippietegencultuur probeert te doen herleven. Integendeel, de band heeft juist faam vergaard met een eigentijdse mix van psychedelische rock, thrash metal en stonerrock, waarbij op vernuftige wijze ingrediënten uit deze verschillende genres vermengd worden tot een intrigerend eigen geluid. Sterker nog, de band zou zelfs gezien kunnen worden als koploper van  een geheel nieuw subgenre van de rockmuziek, iets dat psychedelische ‘progpostsludgemetal’ zou kunnen heten (met dank aan collega Frans Schmidt voor het idee).

Daar het debuut van de band bijzonder lovend werd ontvangen en door vele critici bovenaan hun jaarlijsten geplaatst werd, lag de lat voor het tweede album behoorlijk hoog. Desondanks is Baroness er uitstekend in geslaagd een nieuwe plaat te maken die de kwaliteit van het “Red Album” evenaart en zelfs op punten overstijgt. De eclectische stijl die het debuutalbum kenmerkte is hier verder geraffineerd, wat geresulteerd heeft in een dynamisch en veelzijdig maar toch verrassend homogeen geluid. Hoewel er afgewisseld wordt van semi-akoestische LedZeppelin-achtige klanken in bijvoorbeeld Bullhead’s Psalm naar de stuwende BlackSabbathiaanse riffs in A Horse Called Golgotha en van de op de Beach Boys geënte samenzang van Steel that Sleeps the Eye naar de aan Mastodon schatplichtige sludge metal van The Sweetest Curse, vloeien deze sterk uiteenlopende elementen uitstekend in elkaar over. Als zodanig kan er, ondanks de schijnbare tegenstellingen in het geluid, niet gesproken worden van een ondoordacht samenraapsel van invloeden.

Omdat de muziek van Baroness zo goed in elkaar steekt, lijkt deze soms welhaast schizofreen, zoals ook het betere werk van een band als Opeth vele verschillende facetten kent. Hoewel niemand zal ontkennen dat “Blue Record” uitdrukkelijk een metalplaat is, inclusief de obligate schreeuwzang, en dat de muziek groovet (vergeeft u mij de onontkoombare leenwoorden) als een vulgaire benaming voor een menselijk melkorgaan, voornamelijk dankzij het stuwende drumwerk van Allen Blickle en de ronkende basgitaar van Summer Welch, is het album toch bijzonder subtiel en schuilt veel van de kracht van de muziek in de dynamiek en de nuance. Het korte, instrumentale Ogeechee Hymnal bijvoorbeeld, begint met een melodie op gitaar met weinig distortion, die vervolgens overgenomen wordt op volle metalkracht, waarna het nummer eindigt met het soort echoënde gitaarklanken waar Brian May zo dol op is. Zo bewegen alle nummers tussen verschillende muzikale polen en ontstaat er een zeer rijk en geschakeerd geluid dat toegepast wordt binnen een metalstructuur.

Critici van Baroness beweren dat de muziek in de gezongen stukken soms wel erg dicht bij het geluid van Mastodon ligt. Hoewel in deze aantijging een kern van waarheid schuilt, kan er wel gesteld worden dat Mastodon zelf geen bezwaar hiertegen aantekent; integendeel, op hun meest recente album, “Crack the Skye”, is de wederzijdse invloed goed te horen. Bovendien draait het bij Baroness niet uitsluitend om het metalgeluid van de collegagroep, maar ligt de nadruk juist op de interactie van metal met andere vormen van rock. Zo gaat de sludge metal in A Horse Called Golgotha plotsklaps over in een fuzzy psychedelisch gitaarsolo en wordt er in O’er Hell and Hide gevariëerd tussen metal en spacerock. Ondanks de soms behoorlijk duidelijke invloed van Mastodon, heeft Baroness dus wel degelijk een geheel eigen stijl.

Al met al heeft Baroness met “Blue Record” een album uitgebracht dat kan wedijveren met hun gelauwerde debuut, “Red Album”. De intrigerende mix van harde metal en historische rockvormen die die cd kenmerkte is op “Blue Record” verder verfijnd, met als resultaat een bijzonder spannende plaat die geen moment verveelt. Het album is dan ook zonder meer een aanrader voor liefhebbers van stevige prog en fantasierijke metal die beoogt genregrenzen te doen vervagen. Om met een flauwe woordgrap deze recensie te voltooien: liefhebbers van dit soort muziek zullen bij “Blue Record” zeker geen blauwtje lopen.

Christopher Cusack

Send this to a friend