De samenwerking tussen Steven Wilson (Porcupine Tree) en de Israëliër Aviv Geffen (een grootheid in eigen land) samengevat in Blackfield, was in 2004 een groot succes. Het album was een indrukwekkende samensmelting van popmuziek met progressieve rock. De verwachtingen voor het tweede album liggen dan ook torenhoog. Inmiddels kan ik zonder meer stellen dat het duo er met vlag en wimpel in geslaagd is om een zwaar indrukwekkend nieuw album af te leveren.
Het schrijven van prachtige en toegankelijke nummers met indrukwekkende en beklijvende melodieën en bloedstollende harmonieën hebben de heren op deze schijf tot kunst verheven. Er zit werkelijk geen zwak nummer tussen, tien prachtige popliedjes met arrangementen die het proghart sneller doen kloppen. Dit tweede album is nog stemmiger, donkerder en melancholisch dan zijn voorganger en dat pakt wonderschoon uit. Een ander verschil is dat de zangpartijen meer verdeeld zijn en er ook meer samen gezongen wordt. Als deze twee stemmen samen aan het werk gaan is kippenvel niet te onderdrukken. Ook is dit album als geheel een stuk sterker dan het eerste album. Daar stonden, naast een aantal prachtige nummers, ook wat zwakkere composities op.
Bij beluisteren van opener Once zou je nog even kunnen denken dat Wilson ook hier meer de kant op wil gaan van het huidige Porcupine Tree, aangezien de gitaar hier af en toe flink van zich laat horen. Maar na deze korte eruptie breekt het nummer helemaal open en zorgt de prachtige melodie ervoor dat je alles om je heen vergeet. Erupties als in dit nummer zullen nergens meer te horen zijn. Dit tweede album is wat rustiger dan zijn voorganger.
In eerste instantie komen de nummers wat simpel over, maar na een aantal luisterbeurten gaat je opvallen hoe briljant de nummers eigenlijk zijn. Doordat er veel gebruik wordt gemaakt van de akoestische gitaar, komt het geheel mooi warm over. Ook de orkestraties zijn keer op keer oorstrelend. Neem 1.000 People, het nummer heeft een simpel maar o zo knap pianothema en prachtige zang. Het lijkt wel of er een compleet orkest is opgetrommeld voor dit nummer. Het nummer loopt mooi, op een seconde na, over in het wat vlottere Miss U, waarin voornamelijk de charmante zang van Geffen te horen is. Af en toe duikt er eens een gitaarsolo op zoals in Miss U en het korte maar prachtige Where Is My Love? en dan realiseer je je ook dat je die solo’s in de andere nummers helemaal niet gemist hebt.
Wat een album! Alle nummers fietsen regelrecht mijn ziel in. Dit is zo’n album waar je de hele dag naar kan uitkijken om te luisteren. Dit is zo’n album waarbij je wat langer in de auto blijft zitten omdat je het niet over je hart kan verkrijgen om een nummer voortijdig af te breken. Het is zo’n album waarbij je alles om je heen vergeet en je 100% opgaat in de muziek. Het is zo’n album dat je in je collectie hoort te hebben.
Maarten Goossensen