Ruim veertig jaar na zijn lp “Heavy Rock Spectecular” brengt de Britse band Bram Stoker zijn tweede album “Cold Reading” uit. Je kunt je afvragen wat ze in de tussentijd allemaal hebben uitgespookt, maar daar is nergens iets over te vinden.
(A)bra(ha)m Stoker was een Ierse schrijver die in 1897 het beruchte boek “Dracula” schreef. In de loop der jaren zijn er diverse verfilmingen van dit boek gemaakt. Ik kan me voorstellen dat het eind jaren ’60, begin jaren ’70 wel tot de verbeelding sprak om je band aan de naam van deze schrijver te verbinden. In de huidige tijd zal deze naam beduidend minder aanspreken.
Tony Bronsdon (toetsen), Tony Lowe (gitaar, bas, toetsen en programmering drums) stammen uit de originele line-up van Bram Stoker uit 1972. Will Hack (zang) is nieuw. Deze laatste is eigenlijk drummer, maar speelt (helaas) geen noot drums op dit album. Daarmee zijn we meteen aanbeland bij het grootste bezwaar dat ik tegen dit album heb: de digitale drums. Geprogrammeerde drums klinken in negen van de tien gevallen machinaal en ontberen dynamiek. Zo ook op dit album: waar het mag rocken, rockt het niet omdat met name de drums en de toetsen zo verschrikkelijk netjes en braaf klinken.
Bram Stoker klinkt als het oude Ekseption, The Nice en Alan Parsons Project met de huidige productietechnieken. Klassieke symfoprog uit het boekje dus. Ekseption en The Nice vanwege het door wervelende toetsen gedomineerde geluid, Alan Parsons omdat de zang van Will Hack in met name de langzame nummers lijkt op die van Colin Blunstone. Overigens zou het laatste nummer, Light At The End Of The Tunnel, rechtstreeks van een Vangelis-album afkomstig kunnen zijn. Zonder al te veel moeite kun je in sommige passages zelfs State Of Independence meezingen.
Op het album staan twee heruitvoeringen van nummers van de eerste lp: Fingal’s Cave en Fast Decay. Vooral de nieuwe versie van dit laatste nummer is ronduit teleurstellend. Door de glasheldere productie en digitale Hammond sound krijg je het idee dat je naar een Bassie en Adriaan soundtrack zit te luisteren. Bovendien wordt er midden in dit nummer wel heel erg letterlijk uit de Ekseption-bibliotheek geciteerd. In het origineel op de eerste lp klinkt het allemaal wat rauwer en stoffiger, waardoor dat vervelende Bassie en Adriaan sfeertje achterwege blijft.
De zes nieuwe composities klinken allemaal als lekker wegluisterende, zeer toegankelijke klassieke symfo met een, naar mijn zin, te gladde digitale saus. Een treffend voorbeeld is het openingsnummer dat na een minuut uitmondt in een heerlijke hoekige Hammond riff. Bij The Nice zou deze riff door alle hoeken van de huiskamer worden geslingerd en je zou het gebruik van messen er aan af kunnen horen. Bij Bram Stoker wordt deze riff met fluwelen handschoen gespeeld en blijft men keurig aan de rechterkant van de weg. Jammer, want de muzikale ideeën zijn uitstekend.
Math Lemmen