De computer heeft dankbaar een einde gemaakt aan het ‘gezellige’ avondje dia’s kijken, het avondje waarop oomlief altijd dacht zijn familie te verblijden met het tonen van zijn vakantiekiekjes. Het hier te bespreken “Journey’s End” van het Britse duo Caamora bevat ook een grote hoeveelheid persoonlijke herinneringen, echter van deze herinneringen wil je heel graag deelgenoot zijn.
Toetsenist Clive Nolan en zangeres Agnieszka Swita hebben voorafgaand aan de uitgave van de “She“-cd/dvd uit 2008 op diverse podia ter wereld opgetreden,dit om hun op handen zijnde project onder de aandacht te brengen. Het duo stond gedurende 2006 en 2007 in Polen, Engeland, Duitsland, België, Chili, Bolivia en Argentinië op de planken. Van deze optredens zijn 21 nummers op deze dubbelaar terecht gekomen. Tezamen met wat demotracks, wat bonusmateriaal en een opname van een radio-interview heeft dat een product opgeleverd dat z’n tamelijk doodse ondertitel, “An Acoustic Anthology”, tot leven brengt.
De live-nummers laten goed horen waarom ze zo enthousiast ontvangen zijn. Er is constant een aanstekelijke en gedreven sfeer, dit met een zalige wisselwerking tussen het gedecideerde pianospel van Nolan en de theatrale zang van Swita. Af en toe zijn er enkele gastbijdragen. Zo zingt Christina Booth van Magenta met haar aandoenlijke stem het prachtige The Bonding en voorziet Neo-gitarist Mark Westwood Shadows Of Faith van een vurig randje. Een enkele keer loopt er ook wel een schijfje met backingtracks mee om net even wat meer dynamiek te creëren. Het effect hiervan is goed te horen tijdens de in Bolivia opgenomen nummers Murder en Resting Place waar Gonzalo Paz flink tekeer gaat op zijn elektrische gitaar. Bijzonder zijn de Argentijnse zangeres Celina Berro Madero en gitarist Sebastian Medina die nummers als The Veil, (I Can See Your) House From Here, Confrontation en Salamander het ware temperament meegeven.
De gastbijdragen geven hoe dan ook variatie aan het totaal, maar de meestzeggende afwisseling komt toch omdat Caamora qua materiaal kan putten uit het grote aantal bands waarvoor Nolan schrijft of geschreven heeft. Neem het door Nolan gezongen So the Music Stops dat ooit op een Shadowland-single stond of neem de sterke Tracy Hitchings-song Horizons In Your Eyes. Neem de Arena-songs Mea Culpa, State Of Grace en Salamander. Neem Sacrifice van Strangers On A Train en constateer hoe goed deze nummers gedijen tussen het Caamora-werk.
Na deze live-nummers gaat “Journey’s End” gewoon verder met de demotracks. Meestal voegen demotracks niets toe aan een album, maar de premature versies van The Storm, Vigil en The Hermit dragen hier wel degelijk bij aan de nostalgie van Journey’s End, met name het etherische The Hermit is interessant, daar het origineel niet op elke versie van “She” staat. Ook het bonusmateriaal straalt intimiteit uit. Het vormt daarmee een mooi geheel met de rest.
Tot slot: Het album opent met een studiotrack, het nummer Journey’s End, geschreven als eindpunt van de reis. De plaatsingspositie van deze bonustrack zo aan het begin van het album is zeer relevant, want vanaf daar begint het terugblikken.
Dankzij de uitgekiende tracklist is “Journey’s End” een zeer consumeerbaar product dat boeit tot aan het laatste woord van het afsluitende radio-interview. Het is dat de Wereldse Tien geen live-albums toelaat, anders…
Dick van der Heijde