Wat zich in de ruimte bevindt en hoe het er daar precies uitziet heeft de mensheid altijd beziggehouden. Voyager is een ruimteprogramma van de Amerikanen uit de jaren ’70-’80, waarbij de buitenste randen van ons zonnestelsel werden verkend. Gustav Holst componeerde tussen 1914 en 1916 de suite “The Planets”, een orkestrale reis langs een aantal bekende planeten als Mars, Neptunus en Saturnus.
Caylin Lloyd heeft in beide uitingen van interesse voor het buitenaardse inspiratie gevonden voor haar vierde solowerk, uitgebracht onder de artiestennaam Cailyn. Met de cd “Voyager” voorziet ze de klassieke thema’s van Holst van een modern jasje en biedt daarnaast een aantal eigen composities gebaseerd op het Voyager programma voldoende ruimte. Haar klassieke scholing kwam hierbij goed van pas. In haar jeugd heeft ze piano en viool, later basgitaar en gitaar leren spelen.In 2012 bewerkte zij klassieke stukken tot moderne werken in Four Pieces. Met “Voyager” verlegt zij letterlijk en figuurlijk haar grenzen. De muziek op Voyager is steviger en minder vloeiend.
Voyager is een instrumentaal werk en het zal niet verbazen dat klassieke elementen de symfonische progressieve rock van Cailyn nadrukkelijk beinvloeden. De reis langs de planeten en manen brengt ons een aantrekkelijke mix van diverse stijlen, waarbij Cailyn haar compositorische kwaliteiten koppelt aan muzikaal vakmanschap. Zij speel toetsen, basgitaar en drums, maar vooral is zij toch gitariste. Ze kan als de oude virtuozen razendsnel op de snaren uit de voeten, maar beheerst gelukkig ook veel andere, verfijnde technieken. Dat maakt haar tot een veelzijdige muzikante, die aan alle stukken een aparte sfeer weet mee te geven. De karakteristieken van en omstandigheden rond ieder hemellichaam kunnen sterk verschillen. Weldadige rust en ongrijpbare stilte kan daar heersen, maar aan de andere kant van een planeet kan het ook ongelofelijk spoken. Het is knap hoe Cailyn dit treffend in muziek weet uit te drukken. De link met klassieke muziek heb ik al vermeld, sferische beelden ontbreken evenmin, met new age achtige passages. Zij verloochent ook haar wortels in de blues-rock niet, getuige haar spel op Uranus. Metal en hard rock duiken regelmatig op, zoals in Ariel waarin de registers in vijfkwartsmaat stevig open gaan, maar waarop ook soepel overgeschakeld wordt op rustig pianospel. Snoeihard trekt zij van leer op Miranda, ons trakterend op pure hardrock.
Op enkele stukken is woordloze zang te horen, dat doet het altijd lekker in de ruimte. Het gebruik van cello en hobo levert mooie accenten op, naast het heerlijke gitaarspel in Pale Blue Dot: een atmosferisch hoogtepunt wat mij betreft.
Het gemis aan zang is nog wel eens een thema op instrumentale platen, maar daarvan is op Voyager geen sprake. De reis waarop mevrouw Lloyd ons meeneemt verveelt geen seconde en voortdurend duiken weer nieuwe (muzikale) vergezichten op die voor ohh’s en ahh’s zorgen. De klassieke wereld van Holst en het ruimtethema zijn fraai verwerkt in 14 stukken, die mij bijna een uur regelmatig uit mijn stoel doen opstijgen.
Fred Nieuwesteeg