Trouwe lezertjes van mijn pennenvruchten weten dat ik soms moeite heb met bands die zowel qua stijl als kwaliteit hun iconen perfect nadoen. Ik zal geen voorbeelden noemen (*kuch* Wobbler). Ik laat me weliswaar graag door dergelijke bands meevoeren, maar tegelijk vind ik het een zwaktebod om te opteren voor imitatie als je voldoende kwaliteit hebt om zelf te innoveren. De Australische band Closure In Moscow is op het eerste gehoor ook zo’n geval. Al bij het eerste echte nummer van “Pink Lemonade” is het duidelijk van wiens bord de band zit te eten (op wiens stoel de band zit / in wiens bed de band slaapt): The Mars Volta en genregenoten als The Fall of Troy. Manisch gitaarwerk, nog meer manische zang: de invloed is onmiskenbaar. En toch is Closure In Moscow spannender dan deze kenschets suggereert.
Dat komt vooral doordat de band de hoofdmoot van het geluid ook met andere invloeden combineert. Zo begint Neoprene Byzantium met een stuk dat doet denken aan Puscifer en Portishead en komt elders LCD Soundsystem om de hoek kijken. Een nummer als Seeds Of Gold lijkt zelfs iets op Electric Six, maar dat ligt misschien aan mij. Hoewel… De komische songtitels en -teksten en grapjes zoals het Japanse nummer dat de plaat afsluit wekken de indruk dat de band wel degelijk inspiratie heeft gehaald bij acts als Electric Six, Frank Zappa en hun buurlanders Flight Of The Conchords.
Het geluid van Closure In Moscow onderscheidt zich ook van The Mars Volta door de grotere rol voor bluesinvloeden, zoals in het eerste deel van The Brahmaton Song, waar de gitaar een bluesy groove opdient. Hetzelfde nummer bevat vervolgens een middenstuk dat doet denken aan Nine Inch Nails, een interessante combinatie. Zo zijn er nog meer nummers op het album die de Mars-Volta-klank versnijden met andere benaderingen, zoals het langzame en vreemde Beckon Fire, dat niet zou misstaan als soundtrack voor een Lynchiaanse thriller.
Toch zijn mijn favoriete nummers op dit album niet per se de meest typische. Zo is er de mooie ballade (met de maffe titel) Mauerbauertraurigkeit, dat een relatief ingetogen en gevoelig nummer is met een zeer fraai gitaarloopje. Het op een na laatste nummer, Happy Days, een van de swingendste prognummers die ik kan lijden, wijkt ook af van de norm. Met de vrolijke samenzang en het rockende gitaarwerk heeft het een zekere Status-Quo-meets-Fleet-Foxes-vibe. Heus waar. Het is de kwaliteit van Closure In Moscow die dit soort combinaties geen moment gekunsteld laat klinken.
Al met al valt te stellen dat “Pink Lemonade” mij verrast heeft door de eerste indruk onjuist te laten blijken. Toegegeven, als The Mars Volta niet aan je besteed, is hoef je dit niet op je verlanglijstje te zetten, maar mensen die “De-loused In The Comatorium” nog weleens opzetten, zullen “Pink Lemonade” zeker kunnen waarderen. Closure In Moscow weet namelijk vanuit een zeer herkenbare basis een spannend eigen geluid te creëren dat prima uit de verf komt op dit fijne album.
Christopher Cusack