CosaRara bestaat uit vier Italianen uit de Piemonte in een klassieke bezetting, waarbij toetsen en gitaar de hoofdrol spelen. Over de band is verder niet zo gek veel terug te vinden: Opgericht in 2005 en na een aantal personeelswisselingen nu in 2016 de release van een titelloos debuutalbum. De band geeft te kennen in de ‘Instrumentale Psychedelische’ hoek te zitten.
Nu hoor je nogal eens uitgesproken meningen over instrumentale bands in het algemeen, waarbij nogal eens geroepen wordt dat het spook van de eentonigheid op de loer ligt. Dat is tot op zekere hoogte waar, maar er zijn ook talloze voorbeelden van bands die er in slagen de luisteraar te blijven boeien. Voor mij zijn Tangerine Dream, F.D. Project, Ümit!, Pyramaxx en Long Distance Calling uitstekende voorbeelden van instrumentale bands die er in slagen de luisteraar langere tijd aan zich te binden.
Hierbij is ‘langere tijd’ een rekbaar begrip, hoor ik u geachte proglezer al roepen, want de twee eerstgenoemde leverden talloze albums af, terwijl andere bands een discografie hebben van één sterk debuutalbum, dan wel inmiddels toch een zingende frontman hebben aangetrokken (LDC). In sommige gevallen is de langere tijd van een geheel (debuut)album dus al heel wat. De kwaliteit, variatie en de aantrekkingskracht of zeggingskracht van de composities worden dan extra belangrijk, zeker bij een eerste kennismaking zoals die nu voorligt.
Een aantal luisterbeurten levert het volgende op:
De productie mag er zijn, elke tik zit op zijn plek en klinkt loepzuiver en er wordt prima gespeeld; je hoort een hecht collectief. Het geheel klinkt prima en de ‘vibe’ is oké, al hebben de toetsen soms een wat ‘goedkope’ klank.
En de composities? Tja… laten we maar eens kijken wat we zoal tegenkomen en of de zes tracks op dit schijfje weten te boeien.
Het album opent met Havismat, dat wat futloos begint met een simpel thema, maar al spoedig wat spannender wordt, zodra Andrea Onesti zijn gitaar oppakt. Het geheel klinkt wat industrieel, waarbij de laatste twee minuten aan Long Distance Calling doen denken. Met name hier vallen de toetsen op door een wat goedkoop aandoende klank.
Na een interlude (Serenloonies) volgt Miraggio met een verwachtingsvolle / veelbelovende intro en een zekere spanning in het eerste gedeelte. Na krap drie minuten slaat echter de verveling toe, voor mij verliest de compositie hier de opgebouwde spanning. De toetsen herinneren aan het eerste Soft Machine werk.
IO begint met een ambiente intro, maar de relaxte vibe wordt al snel onderbroken door niet al te interessant overkomend getokkel. Ondanks de vele tempowisselingen blijft verdere spanning uit en weet de band mijn aandacht niet te vangen. Aan het eind vind ik het zelfs wat vervelend worden tijdens de eindeloze themaherhalingen waarmee deze track wordt besloten. Eenmaal bij Totentanz aangekomen lijkt het erop of de band zijn kruit heeft verschoten en de inspiratie is vervlogen.
Dit is jammer. CosaRara laat op dit debuut potentieel zien, maar heeft compositioneel nog wel wat te doen om echt op te vallen.
Clemens Leunisse