Crack The Sky

Ostrich

Info
Uitgekomen in: 2012
Land van herkomst: Verenigde Staten
Label: Eigen beheer
Website: http://www.crackthesky.com/
Luisteren kan via: http://www.crackthesky.com/
Tracklist
Box (4:25)
Happy Happy Happy (4:46)
Your House Is On Fire (4:31)
King Of The Rodeo (4:31)
Big Elephant (5:11)
Holding My Breath (4:45)
Pole Dancing At The Hollywood (4:52)
Under The Hood (4:21)
Don't Ask (4:02)
Ali's Song (3:09)
Dave DeMarco: basgitaar
Joey D'Amico: drums, zang
Bobby Hird: gitaar, mandoline, zang
John Palumbo: zang, gitaar, toetsen
Rick Witkowski: gitaar, ukulele, zang
Glenn Workman: toetsen, zang

Met medewerking van:
Vanessa Campagna: zang op Happy Happy Happy en Holding My Breath
Barry Caudill: saxofoon
Dave Makowski: trompet
Jim McFalls: trombone
Ostrich (2012)
Machine (2010)
All Access dvd (2008)
The Sale (2007)
Alive And Kickin' Ass (2006)
Dogs From Japan (2004)
Ghost (2001)
The Best Of The Rest (And Then Some) (2000)
Live Recher Theatre (2000)
Cut (1998)
Rare! (1994)
Dog City (1990)
From The Greenhouse (1989)
Raw (1986)
The End (1984)
World In Motion I (1983)
Photoflamingo (1981)
Classic Crack (1980)
White Music (1980)
Safety By Numbers (1978)
Live Sky (1978)
Animal Notes (1976)
Live On WBAB (1976)
Crack The Sky (1975)

Crack The Sky is een groep die geformeerd is rond de veelzijdige en kunstzinnige John Palumbo. Hij is verantwoordelijk voor de doorgaans inventieve muzikale en tekstuele vondsten. Niet alleen de geschiedenis van de groep, maar ook de albums die zijn uitgebracht, werden sterk beïnvloed door de levensfase en stemming waarin Palumbo zich op dat moment bevond. De man kan op zijn zachtst gezegd als eigenwijs en eigengereid worden bestempeld. De muziek van Crack The Sky, ooit gebaseerd op onder meer Steely Dan, is geëvolueerd tot een bonte mengeling van stijlen en kent talloze invloeden. De groep is dan ook lastig in een hokje te stoppen. En dat is precies wat men wil. Ondanks dat de groep echt groot succes ontbeerde, heeft men onder een hechte schare fans een cultstatus opgebouwd.

Met “Ostrich” gaat Crack The Sky terug naar de periode dat zij redelijk succesvol was en een van hun meest populaire albums “White Music” uitbrachten. De tien nummers zijn minder proggy dan voorganger “Machine” en mogen gekwalificeerd worden als funky poprock, want swingen doen ze vaak als een tierelier. Acht van de tien nummers klokken tussen de vier en vijf minuten en lijken geknipt te zijn voor de Amerikaanse radiostations.

Het heeft er bovendien alle schijn van dat Palumbo zich gedurende het bedenken en schrijven van de nummers in een manische periode van zijn leven bevond. Nu is de man toch al niet gespeend van enige humor, maar deze keer druipt de satire en zelfspot van de meeste nummers af. Zo stelt hij zich in Box (met vervormde stem) het leven voor in een doos ter grootte van zijn bovenkamer. Happy Happy Happy is een ritmisch nummer waarin Palumbo zingt over zijn gemoedstoestand dankzij drank en dope, inclusief een geniaal neplachje. Your House Is On Fire is een parodie op rijkdom met een regiment aan koperblazers en een maniakale gitaarsolo van Witkowski. Big Elephant handelt over hoe trendy het is om een grote olifant in de kamer te hebben en Don’t Ask, voorzien van synthpop-intro a la Propaganda, is een parodie op kleffe liefdesliedjes met teksten als: ‘I don’t wanna be your Hummer driver, I just wanna be your man’ en ‘I don’t wanna be your closet tomato, I just wanna be your man’.

In enkele nummers gaat Palumbo nog verder. Zo past hij zijn stem in King Of The Rodeo aan het bezongen onderwerp aan. Het is een parodie op veel geld verdienen met zinloze bezigheden, hier verwoord door een Amerikaanse rodeokampioen die het in Japan probeert te maken. Of in Pole Dancing At The Hollywood, een stereotiep en klef dansnummer over twee buren die elkaar onverwacht ontmoeten in een paaldansbar. Je zult met moeite een brede grijns op je gezicht kunnen bedwingen.

Naast Palumbo speelt gitarist Rick Witkowski muzikaal gezien een voorname rol. Als eerste gitarist horen we zijn ongepolijste en vaak vervormde gitaarspel in bijna elk nummer terug. De rol van basgitarist Dave DeMarco is puur ondersteunend, maar in het funkrock nummer Big Elephant onderscheidt hij zich dankzij ‘slappend’ spel. Ook de rol van toetsenman Glenn Workman is op deze schijf bescheiden. Afgezien van wat elektronische effecten, mag hij in Holding My Breath wat fijne riedels op de luisteraar loslaten. Opvallend is de (koper)blazerssectie die veelvuldig te horen valt. Het zorgt regelmatig voor funky en dansbare toestanden; iets wat bij Crack The Sky altijd voor onmogelijk werd gehouden. Groot is dan ook het contrast met het zoete liedje Ali’s Song, wat dankzij de ukelele doet denken aan het top 2000-nummer Dear Mrs. Applebee van Paul Garrick.

“Ostrich”, met een hoes die de prettig gestoorde humor van de band symboliseert, is geen album waarop een verzadigde groep te horen valt. Integendeel. Crack The Sky is in een reïncarnatie als struisvogel aan een zoveelste leven begonnen. Het album is een vette knipoog naar de vaak serieuze en van een concept voorziene progalbums. Alleen al daardoor is het een aanrader.

Hans Ravensbergen

Send this to a friend