“Two Hundred Pages” vertelt het verhaal van een man die elke ochtend wakker wordt zonder te weten wat er de dag ervoor is gebeurd. Hij is zich er niet van bewust dat hij lijdt aan anterograde amnesie. Dit is een vorm van geheugenverlies waarbij iemand een onvermogen heeft nieuwe herinneringen te vormen vanaf het moment dat het geheugenverlies begint (dank aan Wikipedia).
De hoofdpersoon probeert te begrijpen in welke situatie hij is beland en door te lezen in zijn dagboek komt hij er achter dat hij wordt misbruikt door een misdaadorganisatie. Het verhaal van deze cd herinnert me aan bijvoorbeeld een film als “Memento”. Dit is een verhaallijn waar je veel kanten mee op kan en Crayon Phase kiest ervoor om in elk nummer een periode in het leven van de hoofdpersoon te vertellen, met de nadruk op wat met hem gebeurt als hij zich realiseert wat er aan de hand is. Het mooie is dat je met zo’n verhaal veel met verschillende emoties kan doen. Bijvoorbeeld met een sterke emotie als verwarring, iets dat veel terugkomt op deze cd.
“Two Hundred Pages” is de tweede plaat van deze Duitse band. In 2013 kwam het debuut “Within My Collection” uit en op dit album nam Frank Wendel de zang voor zijn rekening. Voor deze plaat heeft de band Raphael Gazal als zanger aangetrokken en wat mij betreft is dat een schot in de roos. Gazal heeft een krachtige stem die goed bij de muziek past. Hij legt bovendien de nodige emotie in zijn stem. Hij vertolkt overtuigend de stemmingswisselingen van de hoofdpersoon en past binnen de sferen die de band in de muziek legt.
De plaat begint met een proloog met gesproken woord, waarmee direct een donker sfeertje wordt gecreëerd. Daarna barst het muzikale geweld los. De muziek ligt sterk in het verlengde van bijvoorbeeld Arena, Silhouette en Sylvan. Wat mij betreft maakt Crayon Phase onververvalste neo-prog, al rept de band zelf ook over melodieuze progressieve metal. Ik hoor dat er zelf niet in, maar dat kan komen omdat veel neo-progbands hardere elementen in hun muziek gebruiken en tegen de metal aan schuren. Bij deze plaat past dat bovendien goed bij de agressieve emoties van de hoofdpersoon.
Eerlijk gezegd vind ik het vellen van een oordeel over de muziek lastig. Want op zich bevalt mij de muziek van deze Duitsers als neoprog-liefhebber goed. Ik vind het thema interessant. Maar het is te veel. Bijna tachtig minuten gaat Crayon Phase onverdroten voort. Het is met recht een lange zit. De nummers missen een stuk herkenbaarheid, wat bijvoorbeeld Arena zo goed doet; nummers met een kop een staart, maar wel symfonische rock in optima forma. Heel vaak heb ik na het beluisteren van een album dat ik in elk geval bepaalde nummers weer wil horen. Dat mis ik op “Two Hundred Pages”. De band wisselt wel qua sferen, maar toch is er te weinig variatie over de gehele linie. Ondanks de goede muziek en het concept, blijft het niet echt hangen.
Als Crayon Phase er in slaagt om deze stap te zetten, hebben ze wat mij betreft goud in handen (lees: jaarlijst materiaal). Voor nu: ik vind “Two Hundred Pages” een genietbare plaat die vooral toch z’n recht komt als je er de tijd voor neemt met het boekje met de teksten in je hand.