Het is indrukwekkend hoe muzikanten moeilijke omstandigheden, zoals depressies, in hun muziek kunnen verwerken. Zo wordt die angstvallige leegheid op deze plaat getransformeerd tot weidse muzieklandschappen. Deze openheid werpt zijn vruchten af. “The Great Escape” is namelijk niet enkel een van de beste albums van Crippled Black Phoenix, het is zelfs een van de betere post-rockplaten van dit decennium.
Vergeleken met het vorige album, “Bronze” , klinkt de band hier een stuk duisterder. De muziek blijft langer in het ongewisse en de uitbarstingen zijn spaarzamer. Deze lome opbouwen doen daardoor denken aan Do Make Say Think. De spanning wordt verder vastgehouden door de ijzersterke melodieën, die aanvoelen als eindeloze autoritten door uitgestorven vlaktes. Het klankenpalet heeft wat weg van Anethema, aangezien de muziek eveneens zweeft tussen opgewektheid en loodzware grimmigheid. De luchtige ritmes laten ironisch genoeg de emotionele klappen harder aankomen.
Dit merk je direct op You Brought It Upon Yourselves: de beklemmende intro van dit album. De voice samples benadrukken het recht om je te mogen terugtrekken, waarbij bezwerende klanken de duimschroeven venijnig aandraaien. Deze band heeft overduidelijk iets relevants te vertellen! De introspectieve trip wordt direct voortgezet op het volgende nummer. To You I Give heeft een aangenaam refrein dat weliswaar warm klinkt, maar waarbij de trieste bijklank tevens opvalt. Een compositie vol slepende beslommeringen. Loodzwaar beweegt het zich voort. Times, They Are A’raging is zowaar nog massiever, wat goed past bij teksten die verhalen over een steeds dreigender aanvoelende wereld. Deze compositie begint met een sluimerende melodie die na vijf enerverende minuten tot een zinderende uitbarsting komt. Het prachtige outro is echter nog indrukwekkender. De afsluitende tonen zijn immers heerlijk desolaat, waarbij de zingende zaag van Justin Greaves nog een kort doch mooi detail is.
Het echte huzarenstuk is nochtans Great Escape. Het titelnummer start met gedweeë melodieën die regenachtige tonen dragen, waarna het binnenvallen van de trompet van Helan Stanley waarlijk een kippenvelmoment is! De grommende basgitaren in het tweede gedeelte verzorgen vervolgens een dreigende sfeer die anticipatie opbouwt voor een onvermijdelijke uitbarsting. Rond vierenhalve minuut verstilt de muziek echter plotseling. Alleen een regenachtige toetsenstroom blijft over. De spanning wordt langzaam weer opgebouwd en mondt uit in de lang verwachte ontknoping. De gitaarsolo die het nummer beëindigt, is ten slotte heerlijk extatisch!
Ook de korte nummers op dit album overtuigen, hoewel ze verbleken bij de drie langere loten. Rain Black, Rain Heavy valt op door het aanvankelijk haast fluisterende arrangement dat tevens snel baan maakt voor een onverbiddelijke opbouw. Vertwijfelde pianotonen zorgen voor een breekbare afsluiting. Las Diabolicas is verder nog een heerlijke agressieve metaalstorm met pompende drumpartijen. De mooi gekozen “One Flew Over the Cuckoo’s Nest”-quote zet gelijk een paranoïde sfeer neer. Het is over voor je er erg in hebt.
Dat is ironisch, aangezien de lengte van deze plaat het enige minpunt is. ‘The Great Escape’ voelt afmattend. Hoewel lome neerslachtigheid zich het best toont bij een zekere lengte, zou onder meer een nummer als Uncivil War (Pt. 1) kunnen worden geschrapt. Het komt over als albumvulling. Misschien zou iets meer variatie het album nog goed doen, maar verder zie ik geen grote minpunten.
“Great Escape” is namelijk een intrigerende plaat vol met heerlijk grote arrangementen, weidse tonen en grandioze, emotionele uitbarstingen. Ofschoon de muziek is geïnspireerd door een nare situatie, heeft de band zelfs daarin een schoonheid weten te ontdekken. Alleen daarom al mag deze plaat een groot succes worden genoemd.