Je moet in de vroege ochtend het boekje van deze cd niet willen lezen, dan heb je echt een probleem. Nu heb ik vrij slechte ogen maar ook met bril op kon ik amper zien of er uberhaupt tekst op de wazige plaatjes staat afgedrukt. De groene brij danst me nog voor ogen.
De stijl van de Zweedse band daar en tegen laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Al jaren maakt Cross een mengeling van progressieve rock a la Genesis eind jaren ’70, begin jaren ’80 en neo-prog richting Pendragon en Arena. Op “Wake Up Call” is dit niet anders, sterker nog: het resultaat was nog nooit zo aansprekend als hier. De vijf nummers van het album die samen met de bonustrack 53 minuten klokken, laten een toename horen van kracht en pracht. Het is allemaal afwisselender dan ooit zowel binnen de nummers als in het totaal.”
“Wake Up Call” is hun tiende album en het lijkt erop dat de band wakker is geworden. Niets ten nadele van het eerdere werk, maar met deze plaat gaat subtopper Cross absoluut een divisie omhoog. Ik mag het dan wel steeds hebben over een band, iedereen die bekend is met Cross zal het gezelschap zien als het geesteskindje van multi-instrumentalist Hansi Cross, naamgever, gitarist, toetsenist, zanger en componist van het geheel. Vlak de impact op de muziek van bassist Lollo Andersson en de in de VS wonende drummer Thomas Hjort niet uit. Beiden spelen al meer dan tien jaar in Cross en dat is te horen. Vol overtuiging ondersteunen ze op “Wake Up Call” de symfonische verrichtingen van hun broodheer weer. Hun spel is soepel, trefzeker, dynamisch en in het geval van bassist Andersson ook nog eens behoorlijk virtuoos.
Erg sterk zijn de Rush-achtige riffs in de openingstrack Human Resolution. Dergelijke loopjes kom je op het album regelmatig tegen en ze zijn allemaal erg goed. De meeste nummers zijn opgebouwd met veel tempo en sfeerwisselingen. Je zou de band soms kunnen betichten van knutselarij ware het niet dat het gonst van de sterke melodieën en pakkende thema’s die alle plooitjes weer glad strijken. Ga wat dat betreft niet voorbij aan het epische Falling Beyond of aan het instrumentale Racing Spirits.
Het is een aaneenschakeling van attractieve momenten, mede dankzij een aantal goedgemikte gastbijdragen. Niet alleen geven deze kleur aan het geheel, sommige zijn ook noodzakelijk. Zo weet Cross dat een flitsende toetsensolo er bij hem niet inzit. Al jaren zijn er daarom diverse toetsenisten te gast geweest zoals Tomas Bodin (The Flower Kings) of Olov Andersson(Grand Stand).
Ditmaal mag Mats Bender van de band Introïtus de klus klaren. Her en der op het album laat hij zich gelden met als uitschieter de wat spacy solo in het eerder genoemde Falling Beyond. Dit nummer kent trouwens leadzang van Jock Milgardh, de man die onder de naam Tai in de jaren ’90 Cross regelmatig van dienst was. Zijn stem ligt in het verlengde van die van Hansi Cross. Hij klinkt wat minder hoog en is wat bronstig zoals die van Neal Morse. Ik mag hem graag horen.
Het reguliere album sluit af met het zeventien minuten durende Waking Up. Het is een boeiend nummer met orkestrale klanken, een fraaie vioolsolo, additioneel vioolspel, akoestische gitaartokkels, een messcherp moment op de elektrische gitaar en een sterk thema dat uitmondt in een mooie finale.
De bonustrack is best bijzonder. Het gaat hierom Now, een nummer dat oorspronkelijk bedoeld was voor “Playgrounds” uit 2004 maar dat vanwege 9/11 op de plaat van het zijproject Spektrum terecht kwam. Ditmaal hoor je het in de uitvoering van Cross, dus met mannelijke zang. Het is pur sang neo-prog met veel dito toetsenwerk. Qua stijl en geluid is het nummer weinig veranderd ten opzichte van vroeger en dat is gezien het voorgaande materiaal op “Wake Up Call” best jammer.
“Wake Up Call” is een zeer genietbaar schijfje dat het te allen tijde goed zal doen, of het nu ochtend is, middag of avond. Ja, zelfs ’s nachts. Mij mag je er voor wakker maken.
Dick van der Heijde