Bij Progwereld doen we het schrijven over muziek op vrijwillige basis. De meesten van ons hebben naast deze geweldige hobby ook nog banen, gezinnen en andere hobby’s. Dat betekent dat het vaak schipperen is met tijd. Ik wil het niet goedpraten, maar hierdoor kan het eens voorkomen dat een recensie wat (te) lang op zich laat wachten…
De nieuwste plaat van Crystal Palace is al in mei verschenen, maar tot mijn grote schande heb ik nu pas écht tijd om hier wat over te schrijven. En dat verdient dit album, want dit is geen album om even af te doen met een snel geschreven recensie tussendoor. Daar is dit album simpelweg te goed voor. “Still There” heeft de afgelopen periode echt overuren gemaakt in mijn cd-speler; het is echt een prachtige plaat.
Het begint al met het wat donkere onderwerp van het album. Zanger en bassist Jens Uwe Strutz (Yenz) bezocht nog niet zo lang geleden in Berlijn een uitkijktoren. Al klimmende werd hij geconfronteerd met de woorden ‘still alive’ en ‘still there’ die waren geschreven op de muren van de uitkijktoren. Later vernam hij dat deze daar kort voor zijn bezoek waren opgeschreven vlak voor een dubbele zelfmoord op de dag van zijn bezoek. Zware kost, maar het zorgt voor een indrukwekkende thematiek. Tekstueel zijn er in mijn beleving veel raakvlakken met de albums “Brave” van Marillion en “Posthumous Silence” van landgenoten Sylvan. Dat zijn grote namen, maar ook muzikaal kan “Still There” de vergelijking met deze albums aan.
Dat begint al met de twee geweldige nummers die volgen op de lange intro 126 Steps. Leaving This Land is een heerlijk symfonisch stuk van negen minuten in de stijl van Marillion en RPWL. Smaakvol gitaarwerk wordt omringd door forse toetsentapijten van Frank Köhler. De techno-achtige passages en hippe ritmes verraden de invloed van Galahad en maken dat deze track af en toe flink swingt, totdat een dramatische finale het nummer fraai afsluit. Het daaropvolgende A Plan You Can’t Resist duurt nog een minuut langer en is echt een formidabel nummer. De start doet sterk aan Porcupine Tree denken, maar gaandeweg wint het nummer steeds meer aan dramatiek en neigt het sterk in de richting van Airbag en Pink Floyd. Een absoluut hoogtepunt is de machtige gitaarsolo die na vijf en een halve minuut start en die helemaal voor kippenvel zorgt als opnieuw Köhler zijn klanktapijten en orkestraties daar aan toevoegt. En dan zijn er nog negen nummers te gaan!
De vele dikgedrukte namen in de vorige Alinea geven aan waar deze band de mosterd vandaan haalt. Crystal Palace maakt neo-prog met dikke symfonische thema’s waar toetsen en gitaar de boventoon voeren. We worden gedurende het hele album eigenlijk geconfronteerd met een flink dichtgesmeerde geluidsmuur, maar omdat het productioneel allemaal dik in orde is, is dat helemaal niet erg. Zeker ook omdat de nummers allemaal zo verdomd goed zijn uitgevoerd.
Zoals het hoort bij een conceptalbum komen verschillende muzikale en tekstuele thema’s gedurende het album meerdere malen terug. Zo wordt het thema van Dear Mother herhaald in Shadows en ook het intro komt hier en daar thematisch terug.
Het album kent werkelijk geen zwak moment. Shadows en A Scream From The Wall zijn de stevige beukers die het album wel even nodig heeft. Op laatstgenoemd nummer laat Yenz horen dat hij niet alleen een goede zanger is, maar dat hij ook goed met zijn basgitaar overweg kan. De epic van het album is het ruim tien minuten durende The Unquiet Window. Hoewel het hier en daar wel erg veel weg heeft van Sea Of Change van Galahad (toch een puntje van kritiek) is dit ook weer over de volle duur van het nummer genieten. De opbouw naar de emotionele finale is weer om door een ringetje te halen. En ook Still There kent weer hele fijne momenten die voor het nodige kippenvel zorgen.
‘Was it really the only way?’ vraagt Yenz zich af in het afsluitend titelnummer. Blijkbaar zijn het vaak dramatische gebeurtenissen die het beste in een artiest naar boven halen. Zo ook hier. Crystal Palace heeft zijn beste album tot nu toe gefabriceerd. “Still There” is een indrukwekkend conceptalbum geworden dat niet onderdoet voor de genoemde vergelijkingen aan het begin van deze recensie. Alles klopt gewoon. De teksten, de hier en daar stevige, maar flink symfonische muziek en het prachtige artwork vormen een prachtig geheel. Achteraf gezien is het helemaal niet zo verkeerd geweest om zo lang met het schrijven van deze recensie te wachten. Het heeft mij in elk geval een legitiem excuus gegeven om dit album keer op keer opnieuw te beluisteren.