Cue is een jonge band, voortgekomen uit de Rotterdamse popschool. Een sympathiek clubje jonge honden met een hoop muzikale bagage. In hun biografie komen namen als Frank Zappa en Spock’s Beard voor. Daar kan ik me wel in vinden.
Al in het eerste nummer zet de band een pittig potje rock neer, waarbij vooral drummer Bergsma opvalt. Dat ligt voor een deel ook aan de matige geluidkwaliteit, die van bas, elektrische gitaar en orgel een wat muffe brei maakt, maar ook aan zijn onmiskenbare kwaliteiten. Eigenlijk is de hele band muzikaal zeer capabel, maar je moet wel door een dikke laag soep heen luisteren om dat te kunnen constateren. Dat is jammer, want op de muziek zelf valt heel weinig aan te merken. Cue speelt behoorlijk ingewikkelde dingen en komt er goed mee weg.
De korte stukken laten een frisse combinatie van jazz-rock en instrumentale prog horen die me eigenlijk vooral doen denken aan fusionplaten uit de jaren ’70, zoals die van Bruford. Dat is geen gering compliment. De band weet om te gaan met dynamiek en waar de gitarist wat al te vaak hetzelfde rifje laat terugkomen (in een stuk als The Verdict gaat dat wat vervelen) is de muziek afwisselend genoeg om dat euvel snel te vergeten. Af en toe vertillen de mannen zich een beetje, maar ook dat wordt met de mantel der liefde bedekt. Tegen zoveel enthousiasme is mijn normale gemopper niet bestand. Pieces Of Pesky Parts is een Zappa pastiche van grote klasse.
Wel vallen er wat kanttekeningen te maken. Zo vind ik het geluid van gitarist Henny wat beperkt; er zal toch nog wel een ander standje op zijn effectenbak zitten? Gezien de grote rol die hij bij de instrumentale stukken vanzelfsprekend heeft, past wat meer afwisseling. Alleen als hij begeleiding speelt mag de overdrive even uit en dat is jammer. Het uitgesponnen Quid Pro Quo komt wat moeizaam op gang, het duurt vier minuten voor het interessant wordt en blijkt daarna vooral een vehikel voor solo’s te zijn. Knappe solo’s hoor, maar daar wordt het nummer niet beter van.
Bij sluitstuk Doll Trap komt de aap uit de mouw; hier presenteert Cue een stukje totaaltheater dat je eigenlijk moet zien om het helemaal te bevatten. Nu hoort de verbijsterde luisteraar een ouderwets hoorspel met gesproken woord, geluideffecten en hoempamuziek dat nu eens doet denken aan de beroemde toneelstukjes die Peter Gabriel bij Genesis opvoerde en dan weer aan Bassie en Adriaan. Het verhaal, over een boze clown en een klein meisje, kun je meelezen in het bijgeleverde boekje en dat is wel aardig, maar er is zoveel gesproken woord dat de muziek naar de achtergrond gedrongen wordt. Actrice (en schrijfster van het verhaaltje) Saskia Bultman is een levendige verteller, maar de andere muzikanten hebben hoorbaar moeite met de Engelse tekst.
Het is ongelooflijk dapper van Cue om dit soort dingen live te brengen, maar in vergelijking met de andere muziek op dit album staat Doll Trap niet op hetzelfde niveau.
Cue is een bijzonder veelbelovende band met sterk materiaal dat een veel betere opname waard is dan hier te horen is, een club knappe muzikanten die alleen maar beter kunnen worden, een groep waar we nog veel van gaan horen. Ik weet niet zeker of de combinatie met theater een gelukkige koers is, maar voor het overige heb ik het volste vertrouwen in dit bandje.
Erik Groeneweg