Dante

Saturnine

Info
Uitgekomen in: 2010
Land van herkomst: Duitsland
Label: Progrock
Website: www.danteband.de
MySpace: www.myspace.com/danteprog
Tracklist
All My Life (12:12)
Drifting (4:49)
Last (6:10)
Never Return (8:48)
Maybe One Day (3:55)
Modal Acousma (7:33)
Vanessa (19:00)
Markus Berger: gitaar
Christian Eichlinger: drums, zang
Alexander Göhs: zang
Markus Maichel: toetsen, zang
Michael Neumeier: basgitaar
November Red (2013)
Saturnine (2010)
The Inner Circle (2008)

‘File under progressive metal’. Je kent deze vermeldingen op een cd vast wel. Persoonlijk houd ik niet van deze vermeldingen omdat ze je op het verkeerde been kunnen zetten. En wie bepaalt eigenlijk welk label we aan een cd hangen? De groep? De platenmaatschappij? Ik doe dat liever zelf. Het uit Duitsland afkomstige Dante is ook een groep die rücksichtslos wordt geafficheerd met dit genre. Hierover wil ik wel eens een boom opzetten, want wat de groep op hun tweede album “Saturnine” laat horen is meer dan alleen progressieve metal.

Aan ‘saturnine’ hangen verschillende betekenissen die ook zijn vermeld in het cd-boekje. Het woord staat onder andere voor somberheid, loodvergiftiging en het geboren zijn onder het sterrenbeeld Saturnus. Een andere betekenis intrigeerde mij meer en dat is het verkeren in een kille en slome stemming. En juist die laatste betekenis is tot mijn verbazing niet in het cd-boekje vermeld, terwijl de muziek op deze schijf een kille en slome stemming over zich heeft. Laat duidelijk zijn dat ik daar niet mee wil associëren dat de muziek slecht is, zeker niet.

Al in de eerste minuten van All My Life komt die wat kille en slome stemming tot uitdrukking. Wat opvalt, zijn de donkere en log klinkende lage tonen die lang blijven doorklinken. Het is alsof een diesellocomotief langzaam op gang moet komen. Wanneer die eenmaal op gang is worden we verblijd met ruig klinkende gitaarrifs en een vlot toetsenloopje. Net wanneer je met het zoveelste spierballenvertoon te maken denkt te krijgen, zakt het tempo en horen we voor het eerst de melodieuze zang Alexander Göhs. Regelmatig wisselt de intensiteit en het tempo van de muziek die niet onnodig wordt dichtgesmeerd. Zowel toetsenist Markus Maichel als gitarist Markus Berger komen ruim aan bod met lang uitgesponnen solo’s. Het is fraai te horen hoe tegen het einde van het nummer naar een climax wordt toegewerkt.

Het is jammer dat de boel na deze sterke opener in elkaar ploft door het zouteloze en slappe Drifting (iets wat later met Maybe One Day nog een keer gebeurt). Bijna vijf minuten gebeurt er weinig en wordt in mijn ogen ook de achilleshiel van de groep blootgelegd, de zang. Göhs heeft een nogal monotoon stemgeluid dat bovendien kracht mist en in de hardere nummers tegen de grenzen van zijn bereik aanschurkt. Muzikaal is het op deze schijf allemaal dik in orde, maar valt hij zangtechnisch door de mand wanneer hij solo zingt. Gelukkig wordt hij vaak gered door de tweede en derde stem van Maichel en drummer Christian Eichlinger.

Dat vooral toetsen en gitaar een belangrijke rol spelen horen we op het stevige Last. Een solide laag van donkere gitaarakkoorden vormt de basis voor diverse toetsenloopjes en gitaarsolo’s die ook nog eens regelmatig worden vervormd. Dat de heren beïnvloed zijn door de vroege Dream Theater komt hier volledig tot uitdrukking. Het instrumentale Modal Acousma doet in momenten denken aan Relocator. Toetsen en gitaar zijn perfect in evenwicht en harmonie, waarbij drummer Eichlinger zich onderscheidt door een subtiele ondersteuning. Vooral het toetsenspel, waaronder de scheurende klanken van Hammondorgel, zijn een genot voor het oor. Het mag duidelijk zijn dat ik de zang hier niet mis.

De laatste negentien minuten zijn ingeruimd voor Vanessa. Het is een nummer dat bol staat van tempowisselingen, orkestrale passages en solo’s op gitaar en toetsen. Ik denk ook dat de groep het best uit de verf komt in langere composities als deze. Men is als geen andere groep immers in staat op een natuurlijke wijze tempowisselingen te integreren. Aan vijf of acht minuten heeft men niet genoeg.

Om een objectief beeld te krijgen van de muziek die Dante op “Saturnine” maakt, verdient het de aanbeveling om dit album in zijn geheel te draaien. Alleen dan kom je erachter dat Dante meer is dan alleen progressieve metal en ook meer te bieden heeft dan beukende basdrums en scheurende gitaren. Wanneer de stijgende lijn van deze cd op het derde album wordt doorgetrokken en serieus werk wordt gemaakt van de zang, zal de groep een blijvertje kunnen zijn en mag de muziek wat mij betreft worden ‘File under good progressive music’.

Hans Ravensbergen

Send this to a friend