Bedford, David

Stars End

Info
Uitgekomen in: 1974 (2012 heruitgave)
Land van herkomst: Verenigd Koninkrijk
Label: Esoteric Recordings
Website: -
Luisteren kan je hier: www.esotericrecordings.com
Tracklist
Star's End Part One(23:50)
Star's End Part Two(22:57)
Royal Philharmonic Orchestra o.l.v. Vernon Handley

Met medewerking van:
Chris Cutler: percussie
Mike Oldfield: gitaar, basgitaar
Bedford's klassieke werken staan op honderden platen verspreid, een discografie is ondoenlijk maar ook een beetje onzinnig.

Een Selectie:
Star Clusters, Nebulae and Places in Devon (1983)
Instructions For Angels (1977)
The Odyssey (1976)
The Rime Of The Ancient Mariner (1975)
Star's End (1974)
Nurses Song With Elephants (1972)

David Bedford was (hij overleed in 2011) een klassiek geschoold componist, maker van honderden stukken avant-garde werken voor artiesten in de meest wilde combinaties. Tien gitaristen, 100 kazoo-spelers, een orkest en een clubje schoolkinderen, koren en brassbands, als er muziek uit kwam schreef Bedford er een stuk voor. Veel van die werken zijn machtig interessant, maar horen wel thuis in de categorie ‘even doorbijten’. Veel bekender werd Bedford door zijn deelname aan Kevin Ayers begeleidingsband The Whole World en natuurlijk zijn arrangementen voor de klassieke versies van Mike Oldfield’s “Tubular Bells” en “Hergest Ridge”. Die laatste link is natuurlijk ook de reden dat deze plaat op deze pagina’s besproken wordt, want het is me het werkje wel.

Eerste advies: als de bemoeienis van Mike Oldfield je enige reden is om nieuwsgierig te zijn naar dit album, zou ik er niet aan beginnen. Dit heeft he-le-maal niets te maken met “Tubular Bells”. Er is een orkest, er is de onmiskenbare gitaarklank van Oldfield, maar dan houdt het ook op.

Tweede advies: als je de plaat een kans wil geven, moet je hem minstens drie keer draaien. Toegegeven: dan is het zeer waarschijnlijk dat je de schijf, horendol als je inmiddels bent, als een frisbee uit het raam keilt. Maar het kan ook zijn dat je gegrepen bent door deze wel heel bijzondere muzikale wereld. Je moet er echt de tijd voor nemen.

Derde advies: Zet je installatie helemaal open. Er gebeurt zoveel in zelfs de zachtste passages, dat je de helft mist als je de boel niet op elf zet.

Vierde advies: trek je van mijn adviezen niks aan. Behalve van dit advies dan. Of toch niet. Oh brother.

“Star’s End” is Bedfords muzikale impressie van hoe het universum, na die spannende Big Bang in het allervroegste begin, onherroepelijk zijn energie, warmte en momentum aan het kwijt raken is. De plaat begint dus tamelijk hectisch en eindigt met gepaste stilte. Daar tussenin zit, maar misschien voelde je dat al aankomen, geen enkel nafluitbaar melodietje, geen lekker moppie muziek. Laat ik het zo zeggen: een singletje zat er niet in. Wel een bijzonder spannend, rijk gelaagd en volslagen krankjorum stuk muziek dat, ondanks de medewerking van twee rockmuzikanten, alles met moderne klassieke muziek en helemaal niets met rock te maken heeft. Dat kan ook lastig: een uitdijend heelal heeft geen refrein nodig, alles gebeurt er volslagen willekeurig, random, als reactie op reactie op reactie. Ongeveer zo klinkt ook deze muziek, als de soundtrack van de chaostheorie.

De rol van Mike Oldfield is minimaal. Hij heeft een paar maten de ruimte voor een tamelijk onbenullige basgitaarsolo en krijgt twee keer een minuutje voor een lekker herkenbaar stukje elektrische gitaar. Dat is, op bijna 47 minuten die me vooral doen denken aan het orkestrale equivalent van een kruispunt in Bombay, volstrekt verwaarloosbaar. Vandaar advies één, natuurlijk.

“Star’s End” is met weinig anders te vergelijken in rock. Terecht merkt Bedford zelf op in het verhelderende verhaaltje in het boekje, dat de meeste rockbands die met een klassiek orkest gaan samenwerken, zoals bijvoorbeeld Deep Purple, niets anders willen dan een héle grote band om hun riffs te laten spelen. Bedford maakte een lange symfonie waar toevallig twee rockers aan meedoen. Het dichtste bij kwam ik nog met “Elements” van Roger Glover, maar ook dat stuk is veel traditioneler dan het tumult dat Bedford componeerde.

Een boeiende, fascinerende luisterervaring dus, een knap experiment, uiteindelijk een verrijkende ervaring, maar ook de ideale plaat om aan het einde van een feest de plakkers mee weg te jagen. En mijn plakkers zijn inmiddels het een en ander gewend, dus dat wil wat zeggen!

Erik Groeneweg

Bestel deze cd rechtstreeks bij Discorder

Send this to a friend