Day Six is een jonge band die eerder opereerde onder de naam Peanuts. De band heeft een aantal prijzen gewonnen, hetgeen hen een aantal dagen studiotijd opleverde. De basis voor het album “Eternal Dignity” is zodoende gelegd. De gewonnen studiotijd was echter niet voldoende voor het volledige album en men heeft zelf ook nog de nodige tijd gehuurd. En dat is te horen, want de muziek is goed uitgebalanceerd op de cd gekomen. Ondanks de zo nu en dan toch redelijk complexe muziek, het gebruik van geluidsfragmenten en koor, klinkt het geheel lekker transparant en zijn de verrichtingen van alle bandleden duidelijk te volgen.
De cd gaat lekker voortvarend van start met het uit drie delen opgebouwde Legend Of The Hollow. Lekker vette orgelpartijen, afwisselend gitaarwerk, gebruik van samples en de goede zang van Robbie van Stiphout zijn perfect in evenwicht. De breaks en sfeerwisselingen doen natuurlijk aan en zijn een vloeiend geheel, zodat het prettig luisteren is naar de cd. Ik ben een fan van mystieke Oosterse invloeden in muziek en dan kom je met “Eternal Dignity” volledig aan je trekken. Door het gebruik van een (kinder)koor doet The Law Of The Web me denken aan het nummer Silent Revolution van Eloy. Ook in dit nummer is de afwisseling weer troef, het ene moment rustig en het andere weer massaal of lekker vlot en stevig. Dark Tower kent een spookachtig, bijna Black Sabbath-achtig, begin. Een sfeertje dat gedurende het nummer nog een aantal maal voorbij komt, want de basis, het thema, wordt nooit uit het oor verloren.
No-one Lives Forever kent een rustig begin met zo nu en dan een stevige oprisping en versnelling. Het geheel komt nogal onheilspellend over door het gebruik van donkere, sferische toetsenpartijen en een bijna fluisterend tekstgedeelte. Nog geen vier minuten duurt de ballade Water & Stones. Een ballade van het zuiverste water met de vertrouwde ingrediënten zoals die in een ballade horen te zitten, zoals daar zijn: akoestische gitaar, rustig voortkabbelend toetsenspel, emotionele zang, gloedvolle gitaarsolo maar als extraatje het koor uit The Law Of The Web. Het opvolgende Day VI start met een geluidsfragment om vervolgens weer te ontspinnen in een heerlijk afwisselend nummer. Subtiel toetsenspel, gevoelige gitaarsolo’s worden ondersteund door afwisselend drumwerk en een dragend basgeluid dat goed waarneembaar in het geluidsbeeld zit.
Het laatste, tevens langste nummer van de cd, The Crypt, sluit het geheel op doeltreffende wijze af. Nog eenmaal komen alle sterke punten (en dat zijn er heel wat) van de cd voorbij als een op maat gesneden kostuum. Nergens gaan de bandleden zich te buiten aan technische krachtpatserij, maar alles staat in het teken van de compositie. Hierdoor luisteren ook de ingewikkelde stukken met veel breaks lekker makkelijk weg, zoals halverwege dit nummer.
Een heerlijk afwisselend album waarop (veel) gebruik wordt gemaakt van geluidsfragmenten en Oosterse invloeden die de muziek net een beetje extra geven en dat alles in uitstekende nummers met kop en staart. Hierdoor is dit een cd is geworden die uitsteekt boven de grote stroom van progrock-metal-uitgaven die er in het najaar van 2003 verschijnen.
Rob van Oosten