Als ik de naam Dec Burke hoor, zonder zijn werk te kennen, roept dat associaties bij mij op van een ruwe bolster met wellicht een blanke pit die stevige muziek maakt. Ik ken de beste man verder niet persoonlijk, maar dat van die stevige muziek blijkt aardig te kloppen. We zouden Dec Burke overigens kunnen kennen van zijn eerdere bijdragen aan de bands Frost*, Audio Plastic, Darwin’s Radio en recent van de Nederlandse band Dilemma. Hij verzorgde in die bands de zang en liet zich ook op gitaar niet onbetuigd.
In 2010 ging hij ook solo en met “Life In Two Dimensions” levert Declan, zoals zijn volledige voornaam luidt, zijn vierde solowerkje af. Burke schreef het album tijdens de lockdown in 2020. In zijn teksten behandelt hij (persoonlijke) thema’s als verlies, hoop en spanning, en maatschappelijke thema’s als de ongebreidelde reclame en het materialisme in onze huidige tijd. Hij kreeg medewerking van drummer Scott Higham (ex-Pendragon), Robert Armstrong (Cosmograf) en Robin Z. (Dilemma), terwijl Kristoffer Gildenlöw van Pain Of Salvation ook een nummertje mee bast.
En het is inderdaad stevigheid troef. Vrijwel vanaf het begin gooit deze Brit er stevig de beuk in. In het titelnummer valt nog enige melodie te ontwaren, op de twee volgende, vrij korte nummers, is het met z’n allen verzamelen in de houtzagerij. De spaanders hardrock en metal vliegen van de knoertharde riffs af.
Het is dan eigenlijk al snel duidelijk dat we met niet al te gecompliceerde muziek te maken hebben. Het is rechttoe rechtaan beuken van begin tot eind. Nou ja, dat is niet helemaal waar. Burke bouwt af en toe een rustig intermezzo in, om daarna weer stevig te kunnen uithalen.
En dan hebben we natuurlijk zijn zang nog. Burke heeft een goede stem, dat heeft hij in genoemde bands wel bewezen. Zijn stem past overigens heel goed bij deze nummers met een hoog metal-gehalte. Een goede stem betekent overigens nog niet dat we goede zangpartijen te horen krijgen. De zanglijnen zijn niet alleen niet verfijnd, ze spreken ook qua opbouw allerminst tot te verbeelding. Zeker als hij met zijn stem wat de hoogte in gaat is voor mij echt even doorbijten geblazen. Het meest ben ik nog over zanger Burke te spreken als hij zijn gevoel laat spreken en dit gepaard laat gaan met rustige zang. Dat levert bij elkaar associaties op met bands als Bon Jovi, Motörhead, Def Leppard, Deving Townsend, Journey en Foreigner.
Dat Burke heel behoorlijk gitaar kan spelen is ook bekend. In alle nummers werkt hij, hoe klassiek, toe naar één en als de lengte van het nummer het toelaat, twee of zelfs drie solo’s. Het gaat van kijk-eens-hoe-snel-ik-kan-spelen tot gelukkig ook mooie slepende stukken, waar de maker duidelijk veel gevoel in legt en laat horen dat hij heel veel uit zijn instrument kan halen. Dat gevoel komt ook terug in het nummer This Time, een ballad. Een rustpuntje, maar dit is dan meteen weer zo’n tranentrekker dat de vullingen in mijn kiezen aanstalten maken zich om te draaien. Wel breit hij er voor de variatie nog een aardig stukje cello aan vast.
Burke is zelf ook de toetsenman van dienst en dat is duidelijk minder zijn ding. In de meeste nummers moet je goed luisteren om iets van klavierwerk te horen en dan is dat toch behoorlijk op de achtergrond. Ik heb de indruk dat dit onderdeel bewust een beetje minder prominent in de mix is verwerkt. Op Energy (waarop een vleugje Within Temptation is te horen) horen we de piano, kijk eens aan. Dit instrument is ook duidelijk hoorbaar in Fly With Broken Wings, maar dat is bijna slaapverwekkend monotoon.
Echt fijn pianospel (ik meen het!) horen we aan het fraaie begin van Paper Fortress. Robin Z. is hiervoor verantwoordelijk. Een mooie symfonische passage leidt het meest progressieve deel van de cd in. De twee slotnummers zijn een stuk langer en bieden meer ruimte voor afwisseling, muzikale uitstapjes en wat meer complexe structuren. Slotnummer Trap Door wordt ingeleid door een stukje akoestisch gitaar. Tussen de harde riffs die volgen duikt synthesizergeluid op. Hier hoort tamelijk agressieve zang bij, maar de zoveelste mooi gitaarsolo brengt het nummer weer in hemelse sferen.
De een vindt dit misschien powerrock van de bovenste plank, wat mij betreft kunnen de twee laatste nummers de cd als geheel niet redden. De mooie gitaarsolo’s ten spijt is het gros van de nummers toch teveel doorsnee hardrock/metal om voldoende te bekoren. Burke, kan het wél, subtiel uit de hoek komen en ook met zijn persoonlijke teksten te raken. We hebben dus wel degelijk te maken met ruwe bolster en blanke pit. Het is ongetwijfeld genieten voor degenen die van stevige gitaar-gedomineerde muziek houden. Vanuit dat oogpunt bezien is “Life In Two Dimensions” een aanrader.