Gerrard, Denny

Sinister Morning

Info
Uitgekomen in: 1970 (heruitgave in 2008)
Land van herkomst: Zuid-Afrika
Label: Esoteric Recordings
Website: -
MySpace: -
Tracklist
Native Sun (3:55)
True Believer (7:06)
Hole In My Shadow (3:22)
Last But One (4:05)
Rough Stuff (3:00)
Stop Or Drop It (2:52)
Autumn Blewn (2:53)
Eye For Eye (4:33)
Atmosphere (7:07)
Dennis Gerrard: gitaar, zang, mondharmonica
Met medewerking van:
Roger Hadden: drums
Tony Hill: gitaar
Simon House: orgel, viool
Lyn Husband: zang
J. J. Mackey: stem
Peter Pavli: basgitaar
Sue Young: zang
Sinister Morning (1970)

Het bijzonder lovenswaardige label Esoteric Recordings heeft zich gestort op verloren gewaande opnamen uit de jaren ’60 en ’70. Een groot aantal van die heruitgaven is misschien niet van onschatbare waarde, maar zeker interessant voor de nieuwsgierige liefhebber van vroege progressieve muziek. Deze plaat hoort daar niet bij.

Denny Gerrard was een Zuid-Afrikaanse kunstverzamelaar die in 1965 opdook in The Fifth Avenue, een boyband avant la lettre, opgezet door Jimmy Page. Al snel was Gerrard de popmuziek beu en stortte hij zich op serieuzere zaken. Zo was hij de producent van de Prog-jazz-rock formatie High Tide. (zie de recensies elders op de site) Deze band gebruikte hij ook voor het opnemen van zijn enige solo-album “Sinister Morning”.

Deze plaat is minder interessant (voor lezers van deze site in elk geval) dan andere Esoteric uitgaven omdat Gerrard hier vooral country- en folkmuziek maakt die sterk beïnvloed lijkt te zijn door Bob Dylan, The Byrds en The Mama’s & The Papa’s. Dat laatste leid ik af uit de belangrijke rollen die er zijn weggelegd voor de zangeressen Lyn Husband en Sue Young. Op sommige stukken beperkt Gerrard zich tot gitaarspel en mondharmonica en mogen de dames de zang voor hun rekening nemen, op andere stukken zijn hun stemmen zo prominent dat ze de leadzang wegdrukken.

Op zich zijn de liedjes die Gerrard schreef niet onverdienstelijk, maar de arrangementen laten te wensen over. Met twee goede zangeressen tot zijn beschikking had er zeker meer in gezeten dan het nazingen van de eerste stem. Gerrard klinkt bij tijd en wijle, zoals op het akoestische Last But One, als een folkie Elvis Presley.  Alleen op opener Native Sun krijgt de band de ruimte om een beetje te rocken, de rest van het album bestaat grotendeels uit tragere Americana.

Er is, al met al, niets sinisters aan deze plaat dat de titel zou rechtvaardigen, zelfs niet in afsluiter Atmosphere, al is dat wel het aardigste stuk van dit korte album. Jammer van het bijna onverstaanbare stukje tekst dat op de achtergrond gemompeld wordt.

Esoteric heeft heel veel materiaal opgegraven dat onze aandacht meer dan waard is. Wie iets van die oude schatten wil proeven doet er verstandig aan dit album links te laten liggen.

N.B. Op de website van Cherry Red vertelt Esoteric-baas Mark Powell wat hem bezielde om zijn label op te starten. Interessant!

Erik Groeneweg

Send this to a friend