Dewa Budjana is een Indonesische gitarist die jazz en rock vermengt met traditionele Balinese muziek. Hij doet dat vaak met beroemde vrienden als Vinnie Colaiuta, Tony Levin en Guthrie Govan. En gek genoeg is dit toch pas de eerste kennismaking op deze website. Gemiste kans, wat mij betreft.
Ook op deze elfde soloplaat (Dewa maakte ook nog een stuk of twintig albums met de band Gigi) verschijnen een paar grote namen: Dream Theater toetsenist en sik drager Jordan Rudess en Marco Minnemann (The Aristocrats, Steven Wilson) leveren de grootste bijdragen, maar ook jazzgitarist Mike Stern en Red Hot Chilli Pepper John Frusciante dragen een steentje bij.
De plaat, waarvan de titel iets als Groot Voertuig betekent, opent met Crowded, een compositie van Frusciante, die er ook op zingt. Dat laatste is geen onverdeeld genoegen, maar de stem is ver genoeg naar de achtergrond gemixt om acceptabel te zijn. Het stuk zelf is overigens een erg prettig rockliedje. De echte prog begint op het tweede stuk, Queen Kanya, waarin ook die Balinese invloeden een beetje doorklinken. Dit is echte hogeschool-rock met meer gefiedel en noten op de vierkante millimeter dan ik in het afgelopen jaar gehoord heb. Gelukkig begrijpt Budjana alles van dynamiek, waardoor de hectische stukken ook mooi worden afgewisseld met akoestische pianosolo’s van meester Rudess of akoestische gitaren.
Hoofdrolspelers op deze plaat zijn evenwel Minnemann en Dey, een ritmesectie om je vingers bij af te likken. In Queen Kanya krijgen de twee de ruimte voor een imposante ‘duo-solo’, die slechts wordt ontsierd door van dat Indiase mondgetrommel. Vooral in de drukkere stukken is de ritmesectie waanzinnig goed.
De overige traditionele Indonesische invloeden blijven trouwens beperkt tot een stukje zang hier en een beetje tingel-tangel daar, wat bij mij zowel opluchting als lichte spijt teweeg brengt. Échte fusion lijkt me super interessant, maar het wordt snel een soort edel-kitsch die ik kan missen als kiespijn. Daarbij mengt de schelle zang van de Javaanse actrice en zangeres Soimah Pancawati niet al te jofel met de volle prog-jazz. Wel word ik reuze gelukkig van de bijdrage van Mike Stern, die wat lekker rauwe randjes de muziek binnen smokkelt.
Minder fijn is afsluiter Zone, waar Frusciante weer de kop opsteekt. Ook dit is een compositie van de zanger, en het is eigenlijk ondraaglijke moeilijkdoenerij van het type “Waarom?”. In de bijsluiter wordt het stuk vergeleken met het werk van Jack Bruce en dat klopt wel, maar is nog niet per se een compliment. Zanger Bruce had immers ook altijd wat moeite als hij het werk van componist Bruce moest vertolken.
Dit is verder een prachtige plaat hoor. Als je van stevige rock vol toetsen, drum en basgitaar solo’s houdt, technische hoogstandjes en gitaarrock uit de school van Joe Satriani en Steve Vai, maar dat vaak net effe té vindt, is dit een album voor jou. Des te knapper dat het basis-viertal de stukken in één dag heeft opgenomen. De composities zijn doordacht en toegankelijk zonder dat het glad wordt, gitarist Budjana speelt razend knap, maar niet de gehele tijd en de plaat klinkt ook nog eens erg mooi. Niet alle Moonjune releases zijn zonder pijnmedicatie te doorstaan, maar deze is een genot.