
Birdsongs Of The Mesozoic – 2001 Live Birds
23 december 2007
Tijd voor de biechtstoel!!! Dit album is op 17 juni 2000 opgenomen op het Amerikaanse NEARfest- festival en die dag zat ik ook in die schitterende zaal van het Zoellner Arts Center in Bethlehem, PA. En terwijl om mij heen de een na de andere muziekliefhebber zijn enthousiasme niet onder stoelen en banken kon steken, werd ik niet warm of koud van wat DFA liet horen. Waarschijnlijk kwam dit omdat ik tot zeker één week voor NEARfest nog nooit een noot van hun muziek gehoord had en hetgeen ik daarna wel tot mij had genomen afkomstig was van hun wat onevenwichtige debuutalbum “Lavori In Corso” (1997). Het muzikale vakmanschap was overduidelijk maar het raakte mij gewoon niet.
Ergens in mijn achterhoofd is er toch iets blijven hangen, want op de grote platen- en CD-beurs in de Jaarbeurshallen, Utrecht van november van datzelfde jaar kreeg ik de kans om het tweede album van DFA, “Duty Free Area” (zie recensie), te beluisteren. Na het horen van het eerste nummer was ik meteen verkocht. De daaropvolgende weken was dit album niet uit mijn CD-speler te slaan. En natuurlijk ging ik me gelijk afvragen hoe het toch kon dat ik in juni hier (nog?) niet warm voor liep.
Een vraag die ik na veelvuldig beluisteren van dit live-album nog steeds niet kan beantwoorden. Want wat ons hier wordt voorgeschoteld, is prog van de hoogste plank. De mengvorm van jazzrock en symfo / prog blijkt op het podium ook uitstekend tot zijn recht te komen. Opvallend is daarbij dat met name de stukken die afkomstig zijn van het tweede album van DFA behoorlijk getrouw voor het voetlicht treden. Escher heeft nog steeds dat vloeiende karakter, waarbij aangetekend kan worden dat de gitaar wat nadrukkelijker aanwezig is. En het is echt verbluffend hoe de band langs alle wendingen laveert in Caleidoscopio. Regelmatig viel mij de mond open van verbazing bij de verschillende overgangen. De instrumentale tour-de-force Ragno is de sterke uitsmijter van dit album.
Maar het zijn met name de stukken die origineel te vinden zijn op het debuutalbum die laten horen wat voor progressie qua muzikaal kunnen DFA heeft geboekt in de twee tussenliggende jaren. Want het is duidelijk dat men eigenlijk nu pas klaar is voor dit ambitieuze materiaal. Trip On Metro zal op het eerste gehoor overkomen als een grote hoop chaos, waarbij de diverse solo’s als een soort van oase overkomen omdat er dan enige mate van rust optreedt. Maar na meerdere luisterbeurten vallen de puzzelstukjes van de drukke, in elkaar grijpende gitaar-, bas, en toetsenpartijen hopelijk op zijn plaats en hoor je hoe ingenieus deze in elkaar zitten. Het lange La Via kent min of meer een rode draad in de vorm van een zweverig gedeelte waarmee het stuk ook wordt geopend. Monotone bas en zweverig toetsentapijt bepalen hierin het geluidsbeeld. Meerdere keren word er echter overgeschakeld naar een hogere versnelling, waarbij er o.a. ruimte is voor een lekkere felle gitaarsolo maar ook een korte solo, van toetsenist Alberto Bonomi, die duidelijk geënt is op hun landgenoten Banco. Een meeslepende solo van gitarist Silvio Minella aan het eind is de bekroning op de meest symfonische compositie van DFA waarin de jazzrockinvloeden dus wat meer op de achtergrond gedrongen zijn.
Pantera laat bij vlagen DFA op zijn stevigst horen. Maar er wordt al gauw gas teruggenomen voor een pianosolo die duidelijk meer geïmproviseerd is dan alle andere solo’s op dit album. Mooi is ook hoe drummer Alberto De Grandis helemaal opgaat in deze solo en zijn naamgenoot lekker voortstuwt. Het brede symfonische einde doet me hier, net als bij een aantal stukken op hun tweede album, sterk denken aan de symfonische jazzrock van Bruford.
Soms denk ik dat ik die bewuste dag in juni was in mijn oren heb gehad in plaats van de gebruikelijke oordoppen. Een gevoel dat alleen nog maar meer bevestigd word naarmate ik meer naar dit sterke album heb geluisterd. Een album dat niet alleen klasse muziek bevat maar ook nog eens erg goed is opgenomen. Het totaalgeluid heeft een behoorlijk “in-your-face” karakter. Het lijkt dan ook als of men op de eerste rang van de zaal zit. Het enige puntje van kritiek is misschien het feit dat de bijzondere uitvoering van het nummer Esperanto (met op zang Gianni Leone van de Italiaanse 70’s band Il Balletto Di Bronzo) niet terug te vinden is op dit album. Maar misschien is dat maar goed ook want dat ontaardde bijna in een Leone one-man show. En DFA bewijst met dit album dat ze genoeg kwaliteit in huis hebben om het zelf te redden. Voor diegene die er bij waren is dit album een schitterend aandenken en voor diegene die nog onbekend zijn met de muziek van DFA is dit een perfecte introductie.
P.S. Het gehele concert valt ook te beluisteren (hoewel in een ruwere mix) via www.nearfest.com in de vorm van een RealAudio-stream. Voer voor die lezers met kabelinternet of voor personen die geen moeite hebben met een wat hogere telefoonnota.
Christian Bekhuis