Diegene die het 35-jarige Djam Karet nog niet kennen; ook op dit 19e album wordt nog steeds voor geen meter gezongen en ook dit nieuwe album kent weer een ietsepietsie ander instrumentale interpretatie. Progressief is dus een doorontwikkeling dat past bij deze Amerikanen. Hun eerste album uit 1985, “No Commercial Potential” geeft al aan wat we dus niet hoeven te verwachten en dat werd in 1998 nogmaals benadrukt met “Still No Commercial Potential”. Dit soort typische Britse humor kun je deze Californische mannen niet ontzeggen waarmee zij ook niet passen in de mainstream van Amerikaanse muziek. Al past een titel als “No Commercial Potential …And Still Getting The Ladies” uit 2004 daar misschien wel weer bij. Eigenzinnig en toch toegankelijk zijn begrippen die bij Djam Karet passen als een warme jas.
Dit album past prima voor diegenen die nog niet uitgetript zijn. Vergelijking met het psychedelische album “The Trip” uit 2013 is namelijk met het openingsnummer Beyond The Frontier zo gelegd. Kent het tweede nummer, Long Ride To Eden, op dit album nog een psychedelische tintje uit Porcupine Tree’s “Up The Downstairs”, daarna is het vooral mellow wat we horen want hierna gaat de elektronische invalshoek er snel af en worden de elektrische gitaren een voor een opzij gelegd en ingeruild voor veel akoestische en specifieke etnische snaarinstrumenten zoals de Indiaane dilruba, sitar, surmandal, tanpura en gopichand, de Zuid-Amerikaans charango, het Amerikaanse tokkel instrument array mbira, de Turkse cümbüş, een Griekse en Ierse bouzouki, een oosterse tär en de bekende altviool, contrabas, ukelele en vooruit nog een elektrische mandoloncello.
Op de percussie wordt getikt, geslagen, gemasseerd en wie weet wat nog meer op Noord Afrikaanse krakebs, Nigeriaanse udu en de bekende tamboerijn, conga, vibrafoon en vooruit wat fietsbellen waarvan het merk niet word genoemd.
Waar “The Trip” bestond uit een drie kwartier langzaam meanderende psychedelisch nummer staat op “A Sky Full of Stars For A Roof” elk nummer op zichzelf met elk zijn eigen thema of melodie. Toch zit er heel knap een natuurlijk flow in die start met elektronische georiënteerde muziek naar steeds meer etnisch akoestische muziek. En van een vlot tempo naar steeds trager worden geluidsthema’s. Na elk nummer volgen er steeds meer sfeerimpressies waar eerst geluidscollages uit synthesizer getoverd wordt om daarna over te gaan naar steeds meer soundscapes uit de levende natuur.
Hoogtepunt is het titelnummer dat toevallig of niet ook het langste nummer is met ruim elf minuten. Het begint met snerpend gezaag op viool dat door merg en been gaat. Klinkt niet fijn maar is het wel. Tot slot sluit Night Falls het met new age gefluit in stijl af waarmee je deze spirituele trip rustig uit kunt chillen.
De vier originele leden van de groep presteren het om met “A Sky Full Of Stars For A Roof” hun meest melodieuze en akoestische album tot nu toe te produceren, terwijl er nieuwe etnische territoria op hun psychedelische ontdekkingsreis worden ontdekt. De overgangen van elektronische soundscapes naar natuur collages in combinatie met al die exotische instrumenten dragen bij aan hun eigenzinnige werk waarmee we kunnen vertrouwen dat we in de toekomst nog meer van dit fraais op toegankelijke wijze gaan horen.
Jos Driessen