Dream The Electric Sleep

Lost And Gone Forever

Info
Uitgekomen in: 2011
Land van herkomst: Verenigde Staten
Label: Eigen beheer
Website: http://www.dreamthelectricsleep.com
MySpace: http://www.myspace.com/dreamtheelectricsleep
Tracklist
Lost And Gone Forever (6:28)
Coal Dust And Shadows (6:30)
Canary (6:59)
The Joneses (8:07)
Roots And Fear (6:00)
Stay On The Line (5:29)
Hold Steady Hands (5:08)
Listen To Me (8:13)
Echoes Chasing Echoes (4:02)
Sundown (6:19)
No Air Left (1:36)
Feel My Way (1:22)
This Is This (6:42)
What Will Be (3:52)
Matt Page: zang, gitaar, banjo
Chris Tackett: basgitaar
Joey Waters: drums, zang
Trevor Wilmott: gitaar

Met medewerking van:
Alex Head: toetsenHead: toeHead
Lost And Gone Forever (2011)

Er zitten twee nonnen in Limburg in de trein. Ze kijken uit over het glooiende landschap en de mijnen. De ene non doet haar jas open, rekt zich uit en haalt diep de frisse Limburgse lucht door het openstaande raampje naar binnen, waarna ze vergenoegd opmerkt: “Ik ruik de mijnen.” Zegt de andere non: “Nee hoor, je ruikt de mijne.”

Ik moest denken aan dit stokoude en wellicht flauwe mopje bij het lezen van de informatie die bij dit album was gevoegd. Want wat is het geval? “Lost And Gone Forever” gaat over de geschiedenis van de mijnen in de Amerikaanse staat Kentucky, de staat waar bandoprichter Matt Page is geboren en getogen. Op dit conceptalbum staan zijn grootouders Jack en Clementine zelfs centraal. We volgen beiden in hun leven wat geheel in het teken stond van het zware leven als mijnarbeiders. Meer dan twee jaar hebben Page, die verantwoordelijk is voor alle teksten, en zijn bandmaten aan dit album gewerkt. Een album wat zich bij voorkeur integraal laat beluisteren en door de flinke lappen tekst een zware ‘afdronk’ heeft. Je bent dus bij voorbaat al gewaarschuwd.

Overigens lijkt de keuze voor de groepsnaam Dream The Electric Sleep voor de mannen kennelijk een ongelukkige want ze laten zich nu graag DTES noemen. Erg consistent wordt daar nog niet mee omgegaan want beide benamingen kom ik tegen.

Geheel in stemming en sfeer trapt Lost And Gone Forever af met het geluid van roepende mijnwerkers, iets wat lijkt op een explosie en het geratel van een werktrein over het mijnspoor. Wanneer ik mijn ogen sluit ruik en proef ik het stof uit de mijnschacht. Een huilend klinkende gitaarsolo ontsnapt uit de schacht van mijn speakers en het zoetgevooisde stemgeluid van Matt Page vervolmaakt de trieste sfeer. Dit album kom ik vast niet zonder zakdoekjes door, denk ik. Zeker wanneer ik luister naar Canary waar Page met passie en vol emotie zijn verhaal brengt. Het is duidelijker dan ooit dat deze man weet waar hij over zingt. Het bezorgt mij kippenvel en ik veeg wat mijnstof uit mijn ogen.

“Lost And Gone Forever” gaat verder dan progressieve rock alleen. Met deze etikettering zou de groep ernstig tekort worden gedaan. Zo begeeft men zich op The Joneses op de paden van meer mainstream georiënteerde rockbands als Kings Of Leon en zelfs midden zeventigerjaren Rush. Met Rush noemen we gelijk Geddy Lee, de basgitaar spelende zanger waarmee de stem van Page soms overeenkomsten vertoont.

Bij Stay On The Line begint het album wat in te zakken. Daarvoor verantwoordelijk zijn toch de lange vocale stukken en de hier zonder structuur gebrachte en soms zeurderig klinkende zang. Pas op Listen To Me komt er weer wat lijn in het geheel. We horen hier tevens de banjo die door Page veelvuldig wordt ingezet, in dit geval in een lang middenstuk smaakvol gecombineerd met gitaar en woordloze zang. Wonderschoon is ook Sundown, wat begint met banjo en atmosferische toetsen waarna zich een fel gezongen rocknummer ontspint met stevig gitaarwerk en plukkend spel op basgitaar. Twee korte akoestische nummers zorgen voor overdenking en rust maar zijn bovenal de opmaat voor het melodieuze en krachtige This Is This, wat meer dan eens doet denken aan eind tachtigerjaren Rush.

Dream The Electric Sleep heeft een fraai en indringend debuutalbum afgeleverd. Eentje die je maar zelden tegenkomt. Het is een album wat met zijn vijf kwartier een behoorlijke kluif voor de luisteraar is. Tegelijk is het een bijzonder eerbetoon aan de voorouders van mijnwerkerszoon Matt Page. Wat zeg ik: aan alle mijnarbeiders.

Hans Ravensbergen

Send this to a friend