Het Britse East West heeft zijn wortels diep geankerd liggen in de psychedelische rock van eind jaren ’60 en begin jaren ’70. Met het hier beschreven album “Eye Witness” komt East West met hun tweede album op de proppen. In 2003 wist de groep rond bandleider Steve Rothero (niet te verwarren met Steve Rothery van Marillion) met “Postcards From Utopia” het debuut af te leveren. De psychedelische sound van de groep is in vergelijking met de eerste plaat niet echt veranderd, enkel ligt de nadruk iets meer op het solerende spel van zanger / gitarist Rothero. Hierdoor is het geheel allemaal wat steviger geworden. Als zo vaak met dit soort releases is de inspiratiebron overduidelijk Pink Floyd al ligt het hippie georiënteerde geluid van The Byrds er ook vrij dik bovenop.
Het met 77 minuten ruim gevulde album heeft twee hoofdgerechten in de aanbieding. Het gaat hierom Lost Cities part 1 en, hoe origineel, Lost Cities part 2. Beide titels duren ruim twaalf minuten en gaan niet enkel over de verloren steden uit vervlogen tijden, maar ook over ‘verloren’ steden anno nu. Dat Rothero dan eerder refereert aan de samenleving op zich dan aan dat je een stad gewoon niet op de kaart kan vinden, lijkt duidelijk. In de tekst zal je dit ook niet terug kunnen vinden, want beide mini epic’s zijn geheel instrumentaal. Hoewel epic’s? Het geheel wordt dan wel als twee lange nummers aangeboden, het is eigenlijk niet meer dan dat beide liederen zijn onderverdeeld in vier stukjes die muzikaal niks, maar dan ook echt niks met elkaar te maken hebben. Sterker nog… sommige stukjes komen vanuit het niets ineens opzetten om net zo snel weer af te haken. De coherentie is geheel zoek en ik heb met verbazing naar dit geheel geluisterd. Op zich zijn de licks die Rothero ons voorschotelt niet eens zo slecht, maar de fade-in en fade-out knop wordt regelmatig in stelling gebracht. Als het dan toch als één track gezien dient te worden, lijkt mij het logischer als je er dan ook één track van maakt in plaats van vier verschillende korte instrumentale gedeelten achter elkaar plakken met telkens een paar seconden stilte ertussen. Een gemiste kans van het Britse viertal.
Nu klimaatveranderingen het gesprek van de dag zijn, is Dead Summer een leuk aansluitend verhaal. Dead Summer gaat over de zomer van 1816 (u kunt het u vast nog wel herinneren). Dat jaar was het jaar dat er geen zomer kwam. Dit had geenszins te maken met een aflatende zon, maar met het gegeven dat er op Indonesië een uitbarsting van jewelste was geweest. De vulkaan Tambora was gaan spugen alsof het een lieve lust was en wist de halve wereld onder te dompelen in stof. Het scheen zelfs zo dramatisch te zijn dat de lucht té erg bevuild was dat er daardoor geen enkele verwarming van de aarde via de zon meer mogelijk was en dat daardoor eind juni nog vorst aan de grond te vinden was. Tekstueel gezien dus een interessant nummer, maar muzikaal gezien is Dead Summer niet meer dan een redelijk gedragen ballade.
Het album wordt afgesloten met de evergreen Feeling Good. Deze door Anthony Newley en Leslie Bricusse geschreven klassieker is al door tal van artiesten op plaat gezet. Van Nina Simone tot The Pussycat Dolls en van Muse tot en met crooner Michael Bublé. Deze versie is redelijk te noemen en dit komt vooral door het gedreven gitaarspel van Rothero, want de zangkwaliteiten van dezelfde man blijven onder de maat. Het nummer is door middel van allerlei vingervlugge gitaarsolo’s opgetrokken naar de tien en een halve minuut. Net zoals met de rest van de cd blijf je met een halfslachtig gevoel zitten. Aan de ene kant de soms fraaie gitaarklanken en het goede drumspel van Bill Joyce, maar anderzijds met de krachteloze zang en sommige halfbakken composities die de cd echt geen goed doen.
East West is geen groep waarvan ik verwacht dat deze binnenkort flinke potten gaat breken. De composities zijn gewoonweg niet sterk genoeg om je te kunnen onderscheiden in de volle progbakken. Het hoesje is niet echt mooi maar wel erg jaren ’60, dus in dat opzicht geslaagd. Ik vrees dat “Eye Witness” van East West een typische geval is van gewogen en te licht bevonden.
Sander Kok