Echoes of Giants begon tien jaar geleden als duo in de plaats Columbia, in de staat Missouri van de Verenigde Staten. Wes Bolton en Tracy Thomas (de laatste naam suggereert anders, maar beide zijn mannen) hebben vanaf kinds af aan muziek gemaakt en besloten tijdens hun tienerjaren hun krachten te bundelen om progressieve rock te maken. Deze stijl domineerde namelijk in die jaren al hun gezamenlijke interesse. Het tweetal leerde elkaar kennen op de lagere school en speelde samen in de verschillende bands die hun school rijk was. Wes Bolton speelde daar vooral trompet en Tracy Thomas op drums en percussie.
“At The End Of Myself” is over een lange periode geschreven, omdat beide bandleden vaak van elkaar gescheiden waren door studies en werk. Beiden haalden door de jaren heen een master, Bolton in bouwkunde en civiele techniek, Thomas is inmiddels doctor in muziekwetenschappen. Ondanks dat ze door afstand waren gescheiden, kwamen ze regelmatig bij elkaar om samen muziek te maken. Het duo was breed geïnteresseerd in de progressiever rock uit de jaren 70, 80 en 90, maar liet zich ook beïnvloeden door bands als de Foo Fighters en Rage Against The Machine. In de afgelopen jaren ontmoette Bolton Rick Kaufmann, een begenadigt bassist en eveneens liefhebber van progressieve rock. Ook hij schreef in een later stadium mee aan het album, waarna het opnemen van het album begon.
“At The End Of Myself” is vooral een afwisselend en pretentieloos werkstuk geworden, waar aan je het einde van het album de conclusie kan trekken dat er veel verschillende stijlen in zijn verwerkt. De basis is melodieuze gitaarrock aangevuld met gevarieerde drums, Malletkat- en piano interludes en symfonische toetsen. Daartussen wordt er zorgvuldig gelaveerd tussen verschillende muziekstromingen. Zo hier en daar schurkt de sound wat naar een singer-songwriter geluid, bijvoorbeeld in de opening en titeltrack. Dit komt gedeeltelijk door het veelvuldig gebruik van de akoestische gitaar en wellicht ook het sympathieke geluid van gastzanger Joey Myers. De titeltrack wordt gevormd door een terugkerend thema, opgebouwd uit verschillende interludes, tempowisselingen en verschillende passages, waarin ook percussie niet wordt geschuwd. Daarnaast zijn er op het album ook wat meer doorsnee rockliedjes te horen, bijvoorbeeld Pushing You. Het nummer bestaat eigenlijk uit een paar eenvoudige akkoorden, aangevuld met wat frivoliteit. Pushing Forward gaat nog weer wat verder, vooral door de gitaar en basgitaar die een pittige sound laten horen. Het kan absoluut geen kwaad hier je basvolume iets hoger in te stellen, zodat het geheel nog vetter klinkt. De Malletkat- en toetseninterludes zijn daardoor vaak weer een heerlijk rustpunt in het album. In My First Breath komen weer wat meer ambient passages voor, waardoor de variatie des te groter wordt.
Al met al heeft deze cd een lange verblijfsvergunning in mij auto gehad en niet voor niets. Bij elke draaibeurt wint het terrein op gebied van sympathie. Het album geeft een rustgevend gevoel af, ook al zijn er meer dan genoeg rockmomenten te vinden. Een heerlijk tijdloos album dat nog vaak gedraaid gaat worden.
Ruard Veltmaat