Toen de coronapandemie uitmondde in een lockdown die het hele sociale leven stillegde, zat Edward Reekers, net als zeer velen, werkloos thuis. In de culturele sector waren de vooruitzichten, misschien nog wel meer dan op andere terreinen, zeer somber. Optreden kon niet, maar repeteren kon ook niet, en wie kon voorspellen hoe lang de lockdown zou duren of hoe het culturele landschap er daarna uit zou zien? Zouden er nog theaters en popzalen overeind staan? Zou het publiek nog wel interesse hebben in liveoptredens, gewend als ze waren geworden aan streaming entertainment? Somber worden was een van de weinige activiteiten die je nog zo’n beetje op eigen kosten kon ondernemen.
Edward besloot zijn dreigende depressie te bestrijden met het schrijven van wat liedjes, maar in eerste instantie kwam er helemaal niks. Inspiratie laat zich niet dwingen, immers, en piekeren is misschien niet de beste basishouding voor creativiteit. Maar na een poosje ontstond er zowaar een liedje, en nog een, en nog vijf, en toen nog tien, als een kraan de openging en niet meer dicht wilde. Al na vijf stukken tekende zich een verbindend verhaal af en toen een goede vriend van Edward zich ook nog eens financieel aan het project verbond, was de teerling geworpen: “The Liberty Project” ging er komen!
Met een geweldige basisband met drummer Koen Herfst, bassist Johannes Adema en gitarist Mark Bogert en een heleboel hulp van heel veel vrienden en relaties, waaronder Joost van den Broek, Arjen Anthony Lucassen, Damian Wilson, Cindy Oudshoorn, Steve Hackett en Harry Sacksioni, trok Edward een muziekstuk op dat zich kan meten met de rockopera’s van Ayreon en Neal Morse. Als dat geen prestatie is om stil van te worden, weet ik niet meer hoe ik je nog kan verbazen, lezer. En dan heb je de muziek nog niet eens gehoord!
Edward heeft in de afgelopen 45 jaar wel eerder soloalbums uitgebracht, schitterende platen vol toegankelijke symfonische muziek, dus ik was wel een beetje voorbereid op wat “The Liberty Project” zou brengen, maar toch werd ik nog overvallen door de absolute kwaliteit van het project. Het is aanmerkelijk steviger dan zijn eerdere werk. Dat kan misschien ook niet anders, gezien de inbreng van rockers als Lucassen, Wilson en Praying Mantis-zanger John ‘Jaycee’ Cuijpers, maar er zitten veel nummers tussen waar je broekspijpen van gaan wapperen.
Meer dan een rockopera is “The Liberty Project” een rockmusical, hoewel er, met hulp van kamerkoor PA’dam, ook wel wat opera te horen is. Van de meeste stukken zou je je ook goed kunnen voorstellen dat ze in een musical tot hun recht komen. Daarbij valt op dat er twee soorten liedjes zijn, die grotendeels samenvallen met de twee verhaallijnen die in het stuk door elkaar lopen.
Dit is een conceptalbum met een groot verhaal. De kans dat ik het helemaal begrepen heb is vrijwel nihil, maar ik doe een poging: de plaat begint met de Big Bang, maar niet die “van ons”. Deze oerknal start een parallel universum waar, op het moment dat we het verhaal oppakken, een kwaadaardig virus de maatschappij in zijn greep heeft. In de maalstroom van angst, opstand, verdriet en onzekerheid horen we de stemmen van groeperingen die zich met de gebeurtenissen bemoeien; politici, medici, charlatans, bankiers en in The Disease, het stevigste nummer van de plaat, komt zelfs het virus aan het woord. Daar doorheen loopt de liefdesgeschiedenis van Thomas en Catherine, gespeeld door Edward en Cindy Oudshoorn. Die hebben er wel een stuk of wat liedjes voor nodig om zeker te zijn van hun liefde en ondertussen woedt er ook nog eens een oorlog, waarin Thomas bijna omkomt.
Nou, mooie boel, en tot op zekere hoogte ook nog eens beangstigend herkenbaar. Hoe de medische wereld om geduld vraagt bij het vinden van een medicijn tegen het virus, en hoe de politici de bevolking manen alle regels in acht te nemen, het komt akelig dichtbij. Gelukkig (spoiler alert!) loopt alles goed af.
Die verhaallijn rond Thomas en Catherine is verpakt in een aantal liedjes die aanmerkelijk softer zijn dan de stukken die de maatschappelijke thema’s behandelen. In de liefdesliedjes herken ik de stijl die Edward op zijn eerdere platen toepaste: toegankelijk, lyrisch en een beetje braaf. Maar vergis je niet, ze zitten razend knap in elkaar. In het refrein van Liberty bijvoorbeeld zitten wel vier of vijf verschillende toonsoorten, waardoor het zingen ervan vergelijkbaar is met balanceren op het slappe koord. Daarbij klinken Edward en Cindy geweldig samen, vooral als Cindy haar innerlijke Anita Meyer aanspreekt.
Al die andere stukken, waarin een eindeloze rij gasten voorbijkomt, maken van “The Liberty Project” een pittig geheel. Kroonjuweel is Damian Wilson, die in twee liedjes de politicus speelt en schitterend zingt. Luister maar eens naar Good Citizens!
Ook fijn is Turn To Us, Learn From Us, waarin Venice-zanger Mark Lennon een onbetrouwbare journalist vertolkt. Natuurlijk is het geweldig dat Steve Hackett een gitaarsolo aan het project toevoegt, maar ook andere gastrollen zijn subliem, zoals de akoestische gitaarsolo van Harry Sacksioni of de saxofoonsolo van Hubert Heeringa, of die fagot die opeens opduikt in Patients, Have Patience.
Edward Reekers heeft, met de hulp van zijn vrienden, een prachtig album gemaakt, maar de onbetwiste hoogtepunten zijn voor mij The Present Day, waarmee de plaat zo’n beetje opent, en We Live To Die, het emotionele anti-oorlog stuk. En tussen al die gastrollen zou je het bijna over het hoofd zien, maar wat is Reekers toch een geweldige zanger!
Ik vrees dat “The Liberty Project” een te kostbare productie is, maar wat zou het gaaf zijn om deze muziek nog eens live gespeeld te zien worden. De cd-presentatie in De Boerderij op 4 augustus 2023 smaakte wat dat betreft naar veel meer. Ik realiseer me, lezer, dat ik hier een bijna onkarakteristieke loftrompet aan het steken ben, meestal heb ik immers wel het een en ander te zaniken. Dat is bij dit album niet aan de hand. Natuurlijk zitten er tussen deze zeventien stukken wel nummers die minder briljant zijn dan de andere, maar dan nog past het om naar het geheel te kijken. En dat geheel levert een plaat op die heel erg veel mensen zal aanspreken, die een prestatie is om diep respect voor te hebben en die met gemak bij de beste platen van 2023 hoort. Niet zo metal als Ayreon, niet zo vreselijk Neal Morse als Neal Morse, maar minstens even goed.
“The Liberty Project” is, gehuld in een fraai schilderij (getiteld “Stairway To Heaven vs Stairway To Hell”) van de Russisch-Amerikaanse schilder George Grie, verkrijgbaar als cd, dubbel-lp en digitale download. Ik zou het wel weten…