Regelmatige bezoekers van dit digitaal periodiekje zullen ondertussen vast wel weten dat ik al een tijdje een geenszins te verwaarlozen voorliefde voor bands uit het zogenaamde postrockgenre heb. Mede om die reden maak ik me eigenlijk best wel wat zorgen over de nabije toekomst. De laatste paar jaar heeft zich immers een kentering voorgedaan in de evolutie van dit muziekgenre. Waar de meeste bands van het eerste uur de (beladen) termen innovatief en progressief hoog in het vaandel hadden staan, schieten vandaag de dag immers steeds meer imitators als de bekende paddenstoelen uit de grond.
Op zich is daar natuurlijk weinig of niets mis mee, maar het wordt evenwel helaas steeds moeilijker voor me om binnen de grenzen van dit genre tegen iets verrassends of uitzonderlijks aan te lopen. Desalniettemin is juist dat laatste mij onlangs tot op zekere hoogte wel gelukt. Met dank aan het onvolprezen Internet heb ik namelijk een nieuwe band gevonden die klaarblijkelijk niet voortdurend de inmiddels behoorlijk platgelopen paden in postrockland wil blijven betreden en ik wil jullie dan ook met plezier aan één van mijn meest recente ontdekkingen voorstellen.
EF komt uit Gothenburg, Zweden en wordt in mei 2003 opgericht. Oorspronkelijk houdt de band zich met name bezig met het voortbrengen van een soort muziek dat zelfs ondergetekende de gordijnen in kan jagen, maar gelukkig gooien de bandleden op een gegeven moment het roer radicaal om. Vanaf dat moment gaan de heren zich immers enkel en alleen interesseren voor het creëren van muziekstukken met – en nu citeer ik gemakshalve even de promosheet – “beautiful soundscapes with tender melodies, effects and dynamics”.
Volgens datzelfde begeleidend schrijven wordt de muziek van het vijftal herhaaldelijk in één adem genoemd met die van bekende(re) genregenoten als Explosions In The Sky, Mogwai en Sigur Rós. Ik kan me best in deze referenties vinden, maar wil daar wel aan toevoegen dat de heren van EF zich aardig staande weten te houden in dit illustere gezelschap. Dat komt omdat het kwintet een zekere persoonlijkheid in zijn muziekstukken weet te interpoleren, waarmee de band zich derhalve ietwat weet te onderscheiden. Ik kan echter mijn vinger niet precies leggen op hetgeen wat dit gezelschap min of meer een eigen identiteit geeft, maar ik vermoed dat de origine van het collectief een niet te onderschatten rol van betekenis speelt.
Dat komt met name omdat ik tijdens mijn eerste beluisteringen van “Give Me Beauty… Or Give Me Death!” al gauw geneigd ben om termen als droefgeestig, melancholiek en weemoedig aan deze zes muziekstukken op te hangen en dat is iets waar deze vijf Zweden wel raad mee weten. Deze schone somberheid – het handelsmerk van ontelbaar Noord-Europese bands – is gedurende praktisch het hele album grijpbaar en ik mag daar graag naar luisteren. De herhaaldelijk lang uitgesponnen composities herbergen een flinke dosis emotie die uitstekend tot zijn recht komt voor wanneer de dagen korter en de nachten langer beginnen te worden om maar eens een cliché uit de kast te halen. Heerlijk…
Dit is evenwel typisch een plaat voor de volhardende volhouder. De meesterlijke melancholie van EF laat zich namelijk beslist niet makkelijk vangen en “Give Me Beauty… Or Give Me Death!” is dan ook met recht en rede een echte groeiplaat te noemen. De doorgaans sedatieve, atmosferische postrock op deze plaat staat bol van de breekbare, vaak subtiele melodielijnen die nu eenmaal wat tijd nodig hebben om te kunnen bezinken. Persoonlijk heb ik mijn albums het liefst op deze manier, want wat is er nu leuker dan om enige moeite te moeten doen teneinde door te kunnen dringen in de donkere spelonken van de psyche van een (gekwelde) kunstenaar?
Overigens betekent dit beslist niet dat “Give Me Beauty… Or Give Me Death!” aan één stuk door een kalmerend en rustgevend werkstukje te noemen is. Niklas Åström, Jonatan Hammar, Mikael Hillergård, Daniel Öhman en Tomas Torsson zijn immers bijzonder bedreven in het bedachtzaam alterneren tussen mistroostige sereniteit en pathetische explosiviteit. Aangezien drie van de zes composities (ruim) boven de tien minuten klokken, komt deze vaardigheid bijgevolg op dit album meer dan uitstekend van pas.
“Give Me Beauty… Or Give Me Death!” is zonder meer een degelijk debuut te noemen, dat beslist in de smaak zal vallen bij liefhebbers van voornoemde bands. Ondanks dat EF met dit album pertinent niet het postrockgenre opnieuw uitvindt, weten de vijf heren door middel van het (ver)plaatsen van enige, kleine accenten wel degelijk een andere, frisse impuls aan dit druk bezette muziekgenre te geven. Hoewel minder origineel dan bands als Explosions In The Sky, Mogwai en Sigur Rós heeft EF om die reden bij mij een streepje voor ten opzichte van de vele imitators waaronder dit genre gebukt gaat.