Pianist Egbert Derix volgde de opleiding ‘jazz en lichte muziek’ aan het conservatorium te Maastricht. Je zou dan ook niet verwachten dat de man het werk van Marillion zou nemen als uitgangspunt voor zijn eerste solo-cd. Toch is het zo. De meeste nummers op “Paintings In Minor Lila” zijn bewerkingen van de songs van deze Britse band en dat terwijl een pursang jazz-cd meer in de lijn der verwachtingen had gelegen. Alleen al voor dit ‘buiten de box denken’ verdient Derix een pluim. Daarnaast zijn de invullingen op dit schijfje erg smaakvol gedaan, dus ook wat dat betreft verdient de man een pluim. Hij heeft het er maar druk mee.
De eerste track van het album, Blind Curve, is gruwelijk mooi. De wisselwerking tussen het intense pianospel en de prachtige strijkersarrangementen (uitgevoerd door het Limburgs strijkkwartet) geeft de oorspronkelijke melodie een geweldige melancholie. Bloedmooi hoe de cello onder de violen door gaat. Het album telt achttien nummers en wat mij betreft hadden ze allemaal deze snit.
Derix denkt daar blijkbaar anders over en heeft juist geprobeerd zoveel mogelijk variatie op het album aan te brengen. Wat te denken van het gevoelige Waiting To Happen. Derix blijft hier erg dicht bij de oorspronkelijke melodie en vindt toch ruimte voor enige improvisatie. In het gedragen Seasons End laat hij zijn vingers wat meer de vrije loop. Dat de timing van de man subliem is, wordt hier nog eens onderstreept. We hebben hier een mooi nummer in een mooi jasje. Bridge kent weer die melancholische gloed die aangebracht wordt door de strijkers. Prachtig.
Daarna neemt het jazzgehalte van het album toe, evenals de variatie. In Alone Again In The Space heeft Derix een beroep gedaan op bassist Norbert Leurs en drummer Sjoerd Rutten, zijn collega’s uit de jazzband The Searing Quartet. Het nummer heeft een wat lome sfeer die doet verwachten dat Sting elk moment zal invallen. Het bevat een flinke pianosolo in onvervalste jazzstijl en reken maar dat de mannen dat kunnen. Garden Party Stroll daarentegen is het meest conventionele nummer van de plaat. Derix komt er met spacey synthesizerspel en dat verwacht je eigenlijk niet. Bijzondere nummers zijn This Train Is My Life en Pseudo Silk Kimono, temeer daar Derix er respectievelijk Steve Hogarth en Fish heeft weten te ritselen voor een gesproken tekst. Bij het resultaat kan je echter vraagtekens zetten. Hogarth klinkt namelijk nogal dun en Fish staat juist pal in je oor te praten. Mooi is het wel. Een andere opmerkelijke bijdrage komt van Supertramp-saxofonist John Helliwell. Met zijn uiterst herkenbaar geluid heeft hij Mood Piece For John Anthony voorzien van veel sfeer. Het past erg goed tussen al die Marillion-bewerkingen, alhoewel het voor mensen met een groot ‘jing en jang’ gevoel slikken zal zijn.
“Paintings In Minor Lila” is een kleurrijk geheel en daardoor niet al te coherent. Zo is het fijn om na de latin van Thousand Faces met je neus op de feiten te worden gedrukt middels het prachtige Marillion Memories waar de jazzfaktor erg klein is.
Dit is een leuk album voor hen die van zowel jazz als Marillion houden. Verder lijkt het me dat eenieder die liefhebber is van een van beide facetten zeker eens moet gaan luisteren naar dit sympathieke schijfje.
Dick van der Heijde