Als Keith Emerson en Greg Lake in 1985 weer besluiten samen te werken, wordt uiteraard ook ‘de derde musketier’ Carl Palmer gevraagd, maar die zit tot zijn oren in de verplichtingen voor Asia. Over supergroepen gesproken. Daarom besluiten Emerson en Lake een ander drumbeest te vragen, in de persoon van Cozy Powell. Niet alleen een goede kennis van de toetsenist, maar ook nog eens een slagwerker met een enorme staat van dienst. Powell maakt zijn twee jaar met Whitesnake vol en begint met Emerson en Lake aan de opnamen van “Emerson, Lake & Powell”, een plaat die de bekende ELP-sound in een gedistingeerd jaren tachtig jasje steekt. Het is de “90125” van ELP, waarbij Powell een waardige opvolger –naar later blijkt vervanger- van Palmer is. Vooral in Amerika slaat het album aan. Reden genoeg om een uitgebreide tournee op te zetten. Dat daarvoor de nodige repetitie-uren worden gebruikt, laat deze officiële bootleg “The Sprocket Sessions” horen. Eerder al verkrijgbaar als fanrelease van Greg Lake is de cd nu door Lemon Recordings heruitgebracht.
Te horen valt een echte ‘dress rehearsal’: wat een paar maanden later op het podium wordt uitgevoerd, spelen de heren live in de Sprocket studio in London. Een simpele cassetterecorder aangesloten op het mengpaneel legt de verrichtingen vast. Verwacht dus geen topkwaliteit meersporenopname, maar een ruwe doorloop van de nummers. Sommige daarvan staan niet compleet op de cd (Lucky Man), of worden net iets te vroeg weggedraaid (Still You Turn Me On), of vallen ergens halverwege in (Love Blind). Muzikaal is het wennen, met name voor degenen die het klassieke werk van ELP van een decennium eerder hoog hebben zitten. Emerson speelt op de nieuwste synthesizers en die kleuren de nummers –oud en nieuw- voor een groot gedeelte in. Voor de stukken van de ELP-plaat uit 1986 maakt dat niet veel uit, maar voor Tarkus en Knife Edge is dat bijvoorbeeld wel even schrikken. Lang leve het tijdsbeeld.
Pirates, oorspronkelijk afkomstig van het eerste “Works”-album in 1977, neemt daarin een aparte plek in. Het sublieme drum- en baswerk van Powell en Lake voert in dat stuk de boventoon en ook is de zang van Lake een stuk overtuigender dan in andere stukken op deze cd. Maar toch hoor je weer die dunne toetsen er doorheen… Het echte hoogtepunt, net zoals tijdens de liveconcerten, is Mars Bringer Of War, waarin Emerson zijn bewondering voor Gustav Holst’s “The Planets” niet onder stoelen of banken steekt. Voor Powell is het dan tijd voor een drumsolo, die de spanning van het nummer ten goede komt.
Al met al een aardige cd van bijna 80 minuten die een kijkje in de keuken geeft van die andere ELP, op weg naar het podium. Het bijgeleverde boekje geeft heldere informatie over ieder nummer en het verloop van de tournee. De hoes bevat een onscherpe en uiterst lelijke foto, maar dat is beslist bootleg-waardig. Tenslotte is het geluid behoorlijk bewerkt, door middel van een ruisonderdrukkingsysteem. Kun je daar doorheen luisteren, dan is er weinig aan de hand, maar toch is af te vragen waarom zo’n uitgave als deze nog eens wordt bijgeperst. Zo belangwekkend is het allemaal niet.