In 2016 verscheen na een crowdfunding campagne het eerste volledige album van het Italiaanse Eveline’s Dust, “The Painkeeper”. Een fraai album met een dito concept. Het album bleef niet onopgemerkt en mede daardoor heeft de band in de opvolgende jaren veel opgetreden, hoofdzakelijk in Italië en Duitsland. Toen er inspiratie genoeg was om de opvolger in elkaar te zetten, startte er opnieuw een crowdfunding. Door het vele optreden had de band genoeg bekendheid gegenereerd om tamelijk snel aan het gewenste bedrag te komen. Uiteindelijk werd met Giant Electric Pea ook een label gevonden om het nieuwe album uit te brengen.
Al snel is duidelijk dat er niet veel veranderd is bij Eveline’s Dust. De band bestaat nog uit dezelfde vier muzikanten en de muziek vertoont veel raakvlakken met het vorige album. Zelfs het wat bevreemdende artwork komt zo te zien van dezelfde kunstenaar als op “The Painkeeper”. Het album is kortweg “K” getiteld en het is opnieuw een conceptalbum. Het verhaalt over K, een jonge vrouw die is getroffen door een ongeneeslijke ziekte. De verschillende composities behandelen de personen die deze dame ontmoet. Vanwege dit pittige onderwerp zijn de teksten hier en daar wat aan de zware kant. Gelukkig klinkt er hier en daar ook hoop door, waardoor het niet louter treurnis is.
Muzikaal gaat het album, zoals gezegd dus verder waar “The Painkeeper” ophield. De band geeft aan invloeden te gebruiken uit de neo-prog en de jazzrock. Hoewel zeker aanwezig valt het met die eerste nogal mee, terwijl die tweede volop aanwezig is. De referenties richting King Crimson zijn veelvuldig aanwezig – mede door het gebruik van opnieuw de saxofoon en dwarsfluit -, maar er klinken nog veel meer invloeden in de muziek van Eveline’s Dust door. De band heeft ongetwijfeld ook veel geluisterd naar Porcupine Tree, Anathema of Konchordat. Dit alles maakt dat “K” een zeer gevarieerd album is geworden. In het zeer stevige titelstuk en het slot van Lost In A Lullaby horen we zelfs wat geraffineerde stukken prog metal.
Dat het ook lieflijk kan bewijst de prachtige ballade Faintly Falling waar we worden getrakteerd op zeer fraaie vocalen van Lorenza Catricalà. Over de zang op dit album valt sowieso niets negatiefs op te merken, aangezien zanger/toetsenist Nicola Pedreschi opnieuw een prima prestatie levert.
Deze jonge Italiaanse band levert opnieuw een prima product af. Hoewel er íets minder variatie doorklinkt als op “The Painkeeper” valt er eigenlijk helemaal niets te mopperen over dit album. Er wordt uitstekend gemusiceerd en het concept van het album zet aan tot nadenken. Als je de voorganger goed vond, kun je blind tot aanschaf overgaan. Mede omdat de band nu onder de hoede van een wat groter label is, zou het me ook niet verbazen als er met “K” wat nieuwe zieltjes gewonnen gaan worden.