In september 2001 mailde Everon zanger/toetsenist/gitarist Oliver Philipps mij dat hij met een dilemma zat. Hij had inmiddels al genoeg muziek geschreven voor een heel album, maar de andere bandleden waren ook aan het componeren geslagen. Gevolg: genoeg muziek om twee albums mee te vullen. Het dilemma was dat ze er nog niet uit waren hoe ze het zouden uitbrengen: als dubbelalbum of twee aparte albums. Het is uiteindelijk dat laatste geworden. Het hier besproken album “Bridge” bevat de wat hardere kant van Everon en “Flesh“, die over een paar weken zal uitkomen, kent meer epische stukken waarin ook klassieke instrumenten gebruikt zullen worden.
Het eerste wat aan “Bridge” opvalt is het wederom prachtige artwork van de Australische schilder Gregory Bridges. Hij verzorgt het al sinds het debuutalbum “Flood” en weet er elke keer weer een waar kunstwerk van te maken. Everon staat er om bekend een album altijd enorm bombastisch te openen en hier is dat niet anders, al word je er minder door van je stuk gebracht als bijvoorbeeld de opener op het laatste album “Fantasma”. Na een kort intro, dat als kinderliedje aandoet, barst het symfonische gitaargeweld direct los. De zo bekende muur van muziek, waarin elke centimeter muzikaal is dicht getimmerd, wordt direct opgetrokken. Het loopt na bijna twee minuten over in het bombastische Across The Land. Zwaar gitaarspel legt de basis, maar nooit wordt het te hard, mede door de typische rustpunten met piano en kalme zang die het nummer weer in rustig vaarwater brengen. De melodische, enigszins snerpende, gitaarsolo tegen het einde van het nummer maakt het helemaal af.
Het gevarieerde Juliet is één van de betere nummers van dit schijfje. Het nummer begint rustig met mooie percussie en dito piano terwijl op de achtergrond de gitaar soleert. Het prachtig meerstemmig gezongen refrein ligt lekker in het gehoor. Langzaamaan wordt het allemaal wat steviger en valt met name het gevarieerde drumspel positief op. Ook hier wordt de spanning weer teruggebracht met mooi pianospel. De laatste minuut wordt het nummer steeds harder, op de achtergrond mengen de grunts van Gunther Theys zich door de zang van Philipps. De zang wordt steeds minder en de grunts steeds meer, waardoor het net lijkt of de zanger transformeert. Heel knap gedaan.
Helaas brengt Everon op dit album weinig nieuws. Bij vrijwel elk nummer heb ik het ‘Hé-dit-komt- bekend-voor’-gevoel. De opbouw van de nummers, de solo’s en de rustige tussenstukken, we hebben het op vorige albums allemaal al gehoord. Hiermee wil ik absoluut niet stellen dat Bridge een slecht album is. Het zijn stuk voor stuk prima nummers met veel tempowisselingen en er valt genoeg te genieten. Misschien waren mijn verwachtingen wel te hoog.
Puppet Show is de grote uitzondering. Dit laat een heel ander Everon horen. Het nummer is instrumentaal en de band trekt er bijzonder hard van leer. Met name de gitaren leveren hier het vuurwerk terwijl ook drummer Christian Moos met veel krachtpatserij zijn kunnen etaleert. Het nummer kent ook een snelle toetsensolo, iets wat je niet vaak hoort bij Everon. Het geheel is een bombastische progmix geworden met een vleugje Dream Theater en een snufje Yngwie Malmsteen.
Het pianospel in het afsluitende Bridge (aan het einde van het nummer) lijkt sterk op Billy Joel’s prachtsong “Leningrad” en in het boekje geeft Philipps dat ook grif toe. Hij schrijft Joel dat hij niet anders kon en dat als Joel iets op hun album hoort dat hij voor zijn nieuwe album zou willen gebruiken, dat hij mag gebruiken wat hij wil. Humor.
Het nummer is een waardige afsluiter, met prachtige gitaarsolo’s en emotionele zang. Het thema van de openingssong komt er ook weer prachtig in terug. Het zou me niets verbazen als het ook op het tweede album “Flesh” zou opduiken.
Dit album grijpt me niet zo bij de strot zoals bijvoorbeeld “Fantasma” of “Venus” dat deden. Niet alleen muzikaal, maar ook tekstueel gezien valt het wat tegen. Philipps heeft bewezen prachtige (emotionele) teksten te kunnen schrijven, maar op “Bridge” spreken ze me niet zo aan. “Bridge” is een goed album, maar zeker niet het beste van Everon.