Jarenlang stond ik ’s morgens in de vroegte op de bus te wachten. Lijn 71 op precies te zijn. Over het algemeen wachtte ik trouw op de komst van het gele gevaarte die me 50 kilometer verderop zou brengen, teneinde me aldaar van het onderwijs te laten genieten. Over het algemeen… Het kwam namelijk wel eens voor dat ik te lang in de slaaphouding in mijn bed had vertoefd. Dan moest ik het doen met het bekijken van rode lampjes in het snel verdwijnende geel. En mensen, Flight 09 is ook een nakijker. De band loopt namelijk constant achter de feiten aan!
De man die het meeste in de melk te brokkelen heeft is Igor Savich. Hij speelt gitaar, toetsen en is verantwoordelijk voor het neerpennen van de composities. Daarnaast klinkt hij in zijn zangerrol als een teveel paffende (en laag zingende) Jon Bon Jovi, maar kan veel minder met zijn stem (inclusief accent) dan zijn Amerikaanse collega. Ik moet toegeven niet echt slecht, maar een hele cd met zijn verrichtingen beluisteren betekent op den duur de ultieme verveling en dat wordt in het geheel niet gecompenseerd door oorstrelende klanken van de andere muzikanten. De gitaarriffs zijn diep geworteld in de jaren zeventig melodieuze rocktraditie, maar het raakt alleen het harnas en niet mijn hart. Ik kan Led Zeppelin en Rainbow maar weer eens in dit kader noemen, al zou meneer Blackmore me wel helemaal bont en blauw slaan met zijn gitaar, dat ik deze vergelijking durf te trekken. En het is ook zo, eigenlijk mag het nog niet in de schaduw staan van deze wereldgitarist. Er wordt ook nog eens een scheut blues verwerkt in het totaalgeluid. De band kan mij echter nimmer overtuigen dat ze in staat zijn om de grauwe middelmaat te ontstijgen. De toetsen vertonen veel vermoeidheid, alsof er net een marathon gelopen is en dat geldt eigenlijk voor de prestaties van de hele band. Het kabbelt maar voort in voornamelijk een midtempo verpakking. De solo’s sprankelen niet op een uitzondering na, ze scheuren niet uit de bocht, ze leggen geen rubber op de weg en de aandacht verslapt. Misschien moet Savich iets minder rollen gaan vervullen om zijn band te laten groeien en dat mag wel een keer want de mannen uit Oezbekistan zijn als band al actief sinds 1983. Ook een heldere productie zou al heel wat schelen in mijn beleving.
The Crow is het beste (lees: meest afwisselende) nummer, met tokkelend akoestisch gitaarspel contrasterend met een subtiel keyboardtapijt. Wat vooral erg plezierig is, is dat het nummer een spannende opbouw kent die plotseling haast vulkanisch uitbarst in een toetsen- en gitaarsolo, waar – hoewel niet met de passie die erin hád kunnen zitten – een bepaalde gedrevenheid uit spreekt. He’s Calling Me heeft zo’n irritant refrein dat mijn handen jeuken om dit gedrocht tot stoppen te dwingen, maar nee ik doorsta de volledige marteling met ware doodsverachting. De woorden “I know I have to go” worden zo vaak herhaald dat je op je knieën wordt gedwongen en op een gegeven moment uitbraakt: “ga dan toch alsjeblieft!” En dan de veel te laat komende verlossende stilte, maar deze is niet die van voor de storm die komen gaat, nee dit is zo’n dag met een miezerig regentje. One Night Without You is dan weer erg toegankelijk en heeft een deuntje dat Marillion ook had kunnen schrijven, al is de uiteindelijke uitwerking meer jaren tachtig melodieuze rock. Zelf noemt de band hun muziek overigens ‘progressive cathedral metal’, wat dat ook moge zijn.
Omdat ik graag zie (hoor?) dat muziek de soundtrack van mijn (dag)droom is, ga ik hier niet veel meer woorden aan vuil maken, want dit werkje is beslist geen hoogvlieger. Het is te hopen dat de Russische meneren bij zichzelf te rade gaan en voor een volgend werkstuk (veel) meer vuur en afwisseling in hun spel leggen. Ook de refreinen mogen wat interessanter. Blijft niet veel meer over dan het volgende predikaat mee te geven: alleen geschikt voor echte diehard progmetal / melodieuze rock liefhebbers. Dit is er hoogstwaarschijnlijk één die je eens draait en daarna nooit weer! Hopelijk wordt de volgende keer de wekker gezet om bijtijds de bus te kunnen pakken.
Ton Veldhuis