De uit Frankrijk afkomstige zanger/bassist Franck Carducci maakt samen met allerlei bevriende medemuzikanten al jaren muziek die een weldaad is voor de zintuigen; progressieve retrorock die gehuld is in psychedelische sferen.
De vintage verrichtingen van het stel drijven altijd op een niet misselijke mix van intense virtuositeit en gedreven hartstocht met een geluid dat het midden houdt tussen Alice Cooper en Genesis. Niet alleen is de muziek van Carducci en consorten een feest voor oor en oog zoals dat blijkt uit hun eerdere albums “Oddity”(2011), “Torn Apart”(2014) en de dvd “Tearing The Tour Apart” (2017), tevens gaat de muziek met al z’n verbeeldingskracht enorm in je hoofd zitten. Het gaat wat dat betreft nog niet eens zozeer om de teksten, het is de spelvreugde die er keer op keer vanaf spat. Luister je naar de muziek van Carducci, dan hangt die basgitaar om jouw nek, dan laat jij het Hammondorgel ronken. Die gitaarpartijen zijn van jou en terwijl je lekker aan het drummen bent gooi je er ook nog wat lagen samenzang tegenaan. Je zit er zo middenin. “The Answer” is het derde studioalbum van de man uit Lyon en mocht je je afvragen in hoeverre dit nieuwe werkstuk ook weer grossiert in verbeeldingskracht, lees dan hier verder, ik heb het antwoord.
Om een goed beeld van het album te krijgen is een blik op de indeling niet verkeerd. Allereerst zijn daar de zes nummers van het reguliere “The Answer”. Deze hoofdmoot duurt bijna 52 minuten en bevat minstens drie epische nummers in de niet te versmaden Carducci-stijl. Het is hier waar het album z’n punten binnenhaalt, progtechnisch gezien. Daarna komen ter afsluiting vier bonustracks en je mag je afvragen of dat een slimme zet is van Carducci. Dit zijn toch een beetje nummers voor een rariteiten-cd, twee lichtvoetige livenummers in de categorie niemendalletje en twee radio-edits van eerder op het album staande nummers. Persoonlijk vind ik dat hiermee het album enigszins uitgaat als een nachtkaars en dat verdient het reguliere deel niet. Zie hier.
Het album gaat open met het zinderende (Love is) The Answer dat vanaf de zweverige intro met onder andere didgeridoo uitbouwt naar een heerlijke progsong vol te gekke invullingen op gitaar en orgel. Carducci zelf staat uiteraard ook niet aan de zijlijn en laat zeer regelmatig zijn virtuositeit op de basgitaar prominent aanwezig zijn. Het is een onvervalst hippie-nummer met een modern geluid. Qua stijl gaat het richting de oude Yes waar de folky kant van Fleetwood Mac doorheen zit. Carducci is meteen herkenbaar als zanger. Zijn gedreven, intense vocalen klinken mooi in verhouding met de dames van de achtergrondzang. Hij mag zich een gelukkig man prijzen aangezien zijn samenwerking met Mary Reynaud, waarmee hij de tekst van dit nummer schreef, behoorlijk goed overkomt. Als aan het eind van het nummer de dynamiek met een paar rake accenten verandert biedt dat hoop voor wat komen gaat.
Met het daaropvolgende Slave To Rock ‘n’ Roll blikt Carducci eigenlijk vooruit op het epische Superstar, althans op de hoofdpersoon uit de tekst. Carducci heeft zich hier laten leiden door een Griekse mythe over een bespeler van de khitarra, een oud snaarinstrument. De mythe is omgezet naar het heden en zo is daar Arion Superstar, een rockster uit Hollywood die alles al heeft meegemaakt. Slave To Rock ‘n ’Roll is zijn zogenaamde mega-hit. Carducci presenteert het hardrock/classicrocknummer hier in de volledige albumversie, maar het is ook als videoclip verschenen. Het nummer kent aardige thema’s en zanglijnen die na veel luisteren nog steeds interessant klinken. Verwacht hier echter geen prog, laat dat duidelijk zijn.
Met het twaalf en halve minuut durende Superstar komt het album in een Halleluja-modus. Neem alleen al de intro van het nummer en hoor hoe Carducci met z’n Genesis-invloeden omgaat. Er zijn duizenden adepten ter wereld maar Carducci heeft een vrijbrief; Steve Hackett, de ex- gitarist van Genesis, was immers z’n ontdekker. Sprankelende gitaarakkoorden ondersteunen het nummer en het is de Carducci-clan die je laat wegdromen in het verhaal van Arion. Vooral de momenten waar hij zijn basgitaar meer dan prominent aanspreekt zijn fingerlicking good en ook het vocaal aandoenlijke solostuk van Mary Reynaud neemt je mee. Als de gitaristen Christophe Obadia en Steve Marsala hun neus wat dichter tegen het venster drukken stijgt de dynamiek en dat is bij de muziek van Carducci altijd een tof teken. De bedenker van dit alles zingt dit nummer op prettige wijze uit en zo dient The After Effect zich aan. Dit is een heerlijk Rush-achtig nummer dat met z’n spacy klanken niet zou hebben misstaan op een Rush-album uit de jaren ’80. Het geeft een goede variatie aan het geheel en dat kan zeker ook gezegd worden van het sfeervolle The Game Of Life. Hier zijn het de stemmige piano, de desolate trompet en enige partijen op de basgitaar die het geluidsbeeld bevolken. Met Asylum sluit het reguliere gedeelte van het album af en ook gevoelsmatig is het een eindpunt. Het is een bijzonder nummer en dat is het niet alleen vanwege de geslaagde mengeling van pittige blues en mooie prog, het zijn vooral de gastbijdragen van Derek Sherinian en Jimmy Pallagrosi die het allemaal zo speciaal maken. Sherinian, de ex-Dream Theater toetsenist, komt met een weergaloze solo op het Hammond orgel en de Karnataka drummer Pallagrosi slaat het nummer zo fantastisch de zevende hemel in dat je blij wordt van geluk. Ook de leadgitaar van Fabrice Dutour is zaligmakend.
Over de bonustracks die volgen wil ik nog even iets kwijt. De ballad Beautiful Night is redelijk geslaagd te noemen dankzij het mooie spel op de synthesizer en hoewel je je twijfels kunt hebben bij de radio-cuts: er is nog nooit iemand doodgegaan door een dergelijke ingreep. Eigenlijk is er wel genoeg gezegd over de muziek.
Tot slot wil ik nog antwoord geven op de vraag of je je mag afvragen in hoeverre dit nieuwe werkstuk ook weer grossiert in verbeeldingskracht. “The Answer” laat je dan weer een hippie zijn, dan weer een gladjanus. De ene keer ben je een gespikkeld spacekonijn, een sensitiefje of een bluesy progger. Soms voel je je een razende drummer, een op stoomgeraakte toetsenist, een wulpse bassist, een uitbundige gitarist of een in katzwijmgeraakte progliefhebber die z’n Mellotron het liefst consumeert per mud. Genoeg?