Liefhebbers opgelet!
De in 1962 geboren Belg Frank Van Bogaert is in principe professioneel producer en mixer maar hij brengt eens in de zoveel tijd ook toetsengerichte albums uit onder zijn eigen naam. In de vroege zomer van 2009 is het weer zover en mag de elektronische muziekliefhebber in de buidel tasten voor zijn nieuwe album, luisterend naar de naam “Air Machine”.
Het hier beschreven “Air Machine” is alweer zijn zesde album sinds zijn debuutplaat “Colours” uit 1997. Waar in het begin zijn werk nogal neigde richting Enigma, Era en Deep Forest-achtige acts ging zijn latere werk meer de ambient richting op. Op een gegeven moment begon het proghart van Van Bogaert echter op te spelen en ging hij in samenwerking met Erik Wøllo aan de slag om een meer symfo / prog gerelateerde cd te maken. Dit prettige idee werd uitgewerkt en is in de vorm van “Air Machine” dus ook uitgekomen.
Als je denkt dat je een pure progplaat (als iemand al weet wat dat is…) in handen te hebben dan heb je het toch mis. Van Bogaert is en blijft een man van het toetsenwerk, dus je moet qua referenties ook die hoek in. Zo hoor je een hoop Jean-Michel Jarre, Vangelis en het jaren ’80 werk van Jan Hammer invloeden terug, maar ook zeker wat new-age achtige dingetjes in de stijl van de Oostenrijkers Gandalf en Landall. De grootste typische prog-invloeden zijn te horen in het achtste nummer van deze cd The Thin Line. Hierin hoor je zelfs wat van The Alan Parsons Project terug in samenwerking met het Miami Vice geluid van Jan Hammer. De grootste invloeden op deze plaat zijn toch echter Jean-Michel Jarre en Vangelis. Het filmische en bombastische maar toch subtiele van Vangelis en de muzikale vormgeving van Jarre. Het klinkt op papier al als een fraaie combinatie en dat komt gelukkig ook qua muziek tot uiting.
De zeer elektronisch getinte cd “Air Machine” is namelijk een lust voor het oor. In een kleine vijftig minuten hoor je een tiental prachtige composities voorbij komen waarvan de basis dan misschien ietwat klinisch mag overkomen, maar er zit erg veel gevoel voor detail in. Daarin verschilt Van Bogaert ook veel met zijn collega’s in dezelfde muzikale hoek. Door het gebruik van akoestische gitaren, natuur / zee geluiden en percussie wordt er veel meer leven in de muziek geblazen. Hierdoor gaat de cd veel minder snel vervelen in vergelijking met een hoop andere instrumentale elektronische cd’s. Alhoewel geheel instrumentaal is “Air Machine” dat ook niet echt, aangezien er tijdens het No-Man achtige Breathe wat gezongen wordt. Weliswaar pakt Van Bogaert op redelijk bescheiden wijze de microfoon op, maar toch, er wordt gezongen.
Voor de liefhebber van eerder genoemde namen is het wellicht raadzaam om zich eens te verdiepen in het werk van Van Bogaert en dan met name deze plaat. Een warme en afwisselende elektronische plaat die de aandacht meer dan verdient!
Sander Kok