Met een sterke passie voor de zee, stormen, het leed der wereld en Moog-synthesizers heeft Galleon sinds dit debuut uit 1992 de progressieve wereld gedeeltelijk voor zich weten te winnen. De uitermate down-to-earth klinkende, o zo typische Galleon-sound heeft er haast voor gezorgd dat de definitie van neoprog voortaan zou luiden ‘muziek die als Galleon klinkt’.
Reeds bij dit debuut klinkt Galleon zoals ze nooit zouden veranderen. Als Marillion zonder fratsen. Als Rush zonder goede muzikanten. Als Fruitcake zonder humor. Als Asia zonder krachtpatserij. Als Barclay James Harvest zonder Mellotron. In alle opzichten is Galleon daarmee een vreemde eend in de bijt; ze lijken schijnbaar geen énkele troef te hebben. Waarom scoort de Zweedse groep dan toch elke keer punten in de progscene?
“Lynx” moge het startpunt van de groep zijn, het had net zo goed het eindpunt kunnen zijn. Immers, Galleon zal soms wat elementen toevoegen, soms wat gasten uitnodigen, en soms gek doen met een nummer van bijna een uur. Maar Galleon zal feitelijk nooit een steek veranderen. “Lynx” bevat acht ijzersterke composities, die zich nauwelijks ten opzichte van elkaar onderdoen. Gelijk valt op dat een aantal tracks handelt over slecht weer, in alle opzichten. Zo heeft een bepaald bootje het héél moeilijk in Wild Ocean, en wij allemaal in het gemeen vrolijk klinkende The Storm. In de ijzersterke opener Untouchable verontschuldigt zanger Göran Fors zich voor zijn onverschilligheid ten opzichte van de ellende in de wereld met de klassieke zin ’there’s no jusitification in this egofixation, but at least I’m not giving you lies’.
Dat Galleon een weinig optimistische kijk op de mensheid heeft blijkt wel uit het geciteerde gedicht van Thomas Lindberg in Epilogue, waarin een persoon zijn vleugels kwijtraakte, na een storm, en daarmee zijn vrijheid. Dát verklaart ook dat Göran in On The North Shore, Pt 2 met stellige zekerheid zingt life is a disappointment and a big deceit, it’s full of broken promises. Nou, nou.
Dan heb ik nog mijn mond gehouden over Submission, een ruim 14 minuten durend uiterst actueel klinkend verhaal over een 14-jarig meisje dat niet meekomt op school, thuis, onder vrienden, waar dan ook. Het meisje valt ten prooi aan neerslachtigheid en wanhoop, welke leidt naar een wereld van drugs, prostitutie en uiteindelijk, de dood.
Alle neerslachtigheid ten spijt, de muziek van Galleon waarop deze macabere en weinig hoopvolle teksten op gestoeld zijn, klinkt berustend en haast troostend. Misschien is deze vreemde combinatie van factoren wel één van de verborgen krachten van Galleon. Ogenschijnlijk gebeurt er niet veel in een compositie van Galleon. De basis van een liedje wordt vrij snel neergezet, en de composities duren daarom over het algemeen niet erg lang. Toch wordt er ook de tijd genomen een bepaalde kleur te pakken in het liedje, dat door de teksten de benodigde diepte krijgen. Galleon kent ook een bewuste traagheid die haar typerende geluid bepaalt. Het is de soort hypnotiserende traagheid welke ik alleen ken bij La Tulipe Noire, of – wat bekendere voorbeelden – The Gathering en Barclay James Harvest. Elke track van “Lynx” kent wel die traagheid. Toch vind ik News daarin het beste voorbeeld: de o-zo-zalige Moog-klanken en de overgangen nadat Göran ‘away’ vanuit zijn tenen zingt. Juist in dit nummer lijkt het wel alsof de Moog van Ulf Petterson een beetje achterblijft bij het ritme. Prachtig.
Die Ulf heeft trouwens toch maar mooi de mooist klinkende Moog-sound uit de héle progwereld. Zo, vertaal dat maar in het Zweeds voor hem, ik heb het lekker gezegd. Hij laat het horen ook, in het afsluitende Flying High, een zowaar hoopvolle afsluiter van deze voortreffelijke eersteling. Laat die stormen daar in Zweden nog maar even waaien.
Markwin Meeuws