Het groeien van een nieuwe loot aan de Nederlandse progboom is altijd een gebeurtenis om even goed bij stil te staan. We koesteren immers het vaderlandse product. Met Gate 6 kunnen we een nieuwe uitwas verwelkomen, zonder dat hier overigens sprake is van groentjes in het vak. De bandleden deden ruimschoots ervaring op in bands als Marathon, Symmetry en Barstool Philosophers. Hun eerste product “God Machines” kende een behoorlijke rijpingstijd, de eerste opnamen dateren uit 2007. Het is het wachten waard geweest, het Twentse kwintet komt met een prima debuut aanzetten.
De naam Gate 6 verwijst naar de voorlaatste hellepoort, waar een Sumerische godin doorheen gaat. Gooit u dit maar in mijn pet. De elf nummers zijn wel tot een interessant concept gesmeed. De band vertelt het verhaal dat in 2042 het internet een eigen entiteit wordt, intelligent en zelfbewust, met een eigen wil en destructieve neigingen, wat leidt tot chaos en ellende. Wordt een film als Blade Runner werkelijkheid?
Muzikaal koppelt de band dit verhaal aan een melange van progrock en progmetal. Gate 6 laat minimaal twee gezichten zien. Ronduit stevige passages worden vormgegeven door gitarist Tony ten Wolde, daarbij ondersteund door het stuwende basspel van Jacques Suurmond en Martin Kuipers die op een solide wijze achter de drumkit plaatsneemt. Zanger Erik Masselink heeft een stemgeluid dat blijft hangen. Bij tijd en wijle rauw met een randje eraan en dat maakt het net lekker. Dat past prima bij het forse werk. Hij heeft niet voor niets in metalband Symmetry gezongen. Maar net zo makkelijk, en soms onverwacht, schakelen de mannen terug naar zijn één, de muziek terugbrengend tot soms alleen pianospel. Masselink kan ook in de gevoelige stukken prima uit de voeten.
Het openingsnummer Father Son is voor wat betreft de geschetste afwisseling exemplarisch. Rustig pianospel van toetsenman Jan Kosters en ruige rock met bijbehorende zang wisselen elkaar af. Dit is een patroon dat in meer nummers terugkeert, overigens zonder dat de verveling kans krijgt om toe te slaan. In God Machines zweept Masselink zijn stem op tot emotionele hoogte en ook letterlijk grote hoogte. Met tv-stemmen en metaalachtige geluiden schetst de band een beklemmende sfeer van de machines die de wereld overnemen.
Ten Wolde bezaait intussen de akkers met menig smaakvol en afwisselend uitgevoerde gitaarsolo, soms meer dan één per nummer. Kosters zorgt naast zijn prominente pianospel voor subtiel toetsenwerk, zonder daarbij solerend op de voorgrond te treden.
Uit een iets ander vaatje tapt Poort Zes in I Am. Piano met gevoelige zang, met daarin een lichte slis, die voor nog een extra dimensie zorgt. Langzaam groeit het toe naar de mooiste gitaarsolo van het album die rust op een heerlijk bedje toetsen.
Hulde aan deze nieuwe band, met een sterke cd die ook nog eens in eigen beheer is opgenomen en waarvan de productie en het artwork in eigen gelederen zijn verzorgd.
De muziek klinkt helder, strak, stevig, maar op voldoende momenten ook subtiel en emotioneel. Dit laatste vooral met dank aan zanger Erik Masselink en gitarist Jan Kosters.
De voorlaatste poort is gepasseerd. De volgende en laatste moet voor Gate 6 een fluitje van een cent zijn. Maar om daarvoor nou de meteen weer de bandnaam te veranderen…
Fred Nieuwesteeg